ECLI:NL:RBROT:2024:13060

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
20 december 2024
Publicatiedatum
23 december 2024
Zaaknummer
11316605 VZ VERZ 24-8224
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Arbeidsrecht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Transitievergoeding en achterstallig loon in arbeidszaak

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 20 december 2024 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van [verzoekster] tegen Betsy Innovations the Netherlands B.V. De verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. O. Sahin, heeft aanspraak gemaakt op achterstallig loon, wettelijke verhoging, rente en een transitievergoeding na beëindiging van haar arbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst liep van 16 december 2021 tot 30 juni 2024. Na een ziekmelding op 6 december 2023 heeft Betsy Innovations de loonbetaling opgeschort, wat door [verzoekster] werd betwist. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Betsy Innovations op grond van de cao verplicht was het loon tijdens ziekte door te betalen en dat de opschorting onterecht was. De rechter heeft Betsy Innovations veroordeeld tot betaling van € 9.428,28 aan achterstallig loon, inclusief wettelijke verhoging en rente. Daarnaast heeft de rechter geoordeeld dat [verzoekster] recht heeft op een transitievergoeding van € 1.817,27, die ook met wettelijke rente moet worden betaald. Betsy Innovations is verder verplicht om gecorrigeerde loonstroken en een eindafrekening te verstrekken, met een dwangsom bij niet-naleving. De proceskosten zijn voor rekening van Betsy Innovations, die in het ongelijk is gesteld. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11316605 VZ VERZ 24-8224
datum uitspraak: 20 december 2024
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoekster],
woonplaats: [woonplaats],
verzoekster,
gemachtigde: mr. O. Sahin,
tegen
Betsy Innovations the Netherlands B.V.,
vestigingsplaats: Zutphen,
verweerster,
die niet in de procedure is verschenen.
De partijen worden hierna ‘[verzoekster]’ en ‘Betsy Innovations’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het verzoekschrift van [verzoekster], met bijlagen;
  • de brief van de gemachtigde van [verzoekster] van 5 november 2024, met bijlagen.
1.2.
Op 29 november 2024 is de zaak tijdens een zitting besproken. Daarbij waren [verzoekster] en haar gemachtigde aanwezig. Namens Betsy Innovations is niemand ter zitting verschenen, hoewel zij naar behoren is opgeroepen en de oproeping haar ook moet hebben bereikt. De kantonrechter leidt dat laatste af uit het feit dat de gemachtigde van [verzoekster] heeft verklaard dat Betsy Innovations aanvankelijk in het kader van schikkingsonderhandelingen werd vertegenwoordigd door mr. S. van der Vegt en dat die op de hoogte was van de zittingsdatum. Uit een e-mail van mr. Van der Vegt van 26 november 2024 aan de griffie blijkt verder dat hij bekend was met de correspondentie tussen de gemachtigde van [verzoekster] en de griffie, maar dat hij zich in deze procedure niet als gemachtigde zou stellen. Gelet op die omstandigheden heeft de kantonrechter het niet nodig geacht om de mondelinge behandeling aan te houden en Betsy Innovations nogmaals te laten oproepen.

2.De beoordeling

Waar gaat de zaak over?
2.1.
[verzoekster] heeft vanaf 16 december 2021 tot 30 juni 2024 bij Betsy Innovations gewerkt. Op 6 december 2023 heeft [verzoekster] zich ziekgemeld. Betsy Innovations vond dat er niet adequaat werd gecommuniceerd over de re-integratie van [verzoekster] en heeft daarop, per 1 april 2024, de loonbetaling opgeschort. [verzoekster] is het daar niet mee eens. Zij maakt in deze procedure aanspraak op het loon dat volgens haar nog betaald moet worden en op de wettelijke verhoging en rente. Ook vindt zij dat Betsy Innovations een transitievergoeding aan haar moet betalen en gecorrigeerde loonspecificaties en een eindafrekening dient te verstrekken.
2.2.
De verzoeken van [verzoekster] worden grotendeels toegewezen. Hierna wordt uitgelegd waarom dit de uitkomst is.
Betsy Innovations moet achterstallig loon, wettelijke verhoging en rente betalen
2.3.
Betsy Innovations heeft niet weersproken dat zij op grond van artikel 7.2.1 lid 2 van de toepasselijke cao gehouden is het loon tijdens ziekte de eerste 52 weken volledig door te betalen en dat zij dat niet heeft gedaan. Over de periode vanaf december 2023 tot 19 april 2024 moet Betsy Innovations daarom, conform de berekening van [verzoekster], nog € 3.535,15 bruto aan loon inclusief emolumenten aan [verzoekster] betalen.
2.4.
In het midden kan blijven of Betsy Innovations het loon terecht heeft opgeschort en of zij dat met terugwerkende kracht mocht doen, omdat de reden voor opschorting, als die er al zou zijn geweest, met het einde van het dienstverband per 30 juni 2024 hoe dan ook is weggevallen en Betsy Innovations het opgeschorte loon daarom alsnog moet uitbetalen. Conform de berekening van [verzoekster] wordt het verschuldigde loon vanaf 19 april 2024 tot en met 30 juni 2024 vastgesteld op € 5.893,13 bruto aan loon inclusief emolumenten in totaal.
2.5.
Het totaalbedrag dat Betsy Innovations aan achterstallig loon moet betalen, komt daarmee op € 9.428,28.
2.6.
Het verzoek tot betaling van de wettelijke verhoging over voormelde bedragen is als niet weersproken en op de wet gegrond eveneens toewijsbaar. Uit de overgelegde stukken volgt dat [verzoekster] reeds voorafgaand aan deze procedure meermaals heeft gevraagd om uitleg over de bedragen op de loonstrook van maart 2024, maar dat een reactie van Betsy Innovations is uitgebleven. Daarnaast volgt uit de stukken dat Betsy Innovations aan de deskundige heeft medegedeeld dat zij bereid is alsnog achterstallig loon te betalen als [verzoekster] afziet van haar aanspraken op verhoging, rente en kosten. Gelet op deze omstandigheden en de gedragingen van Betsy Innovations ziet de kantonrechter geen aanleiding om de wettelijke verhoging ambtshalve te matigen.
2.7.
De wettelijke rente wordt eveneens toegewezen, omdat [verzoekster] genoeg heeft gesteld waaruit volgt dat deze moet worden betaald en Betsy Innovations dat niet heeft betwist.
Betsy Innovations moet een transitievergoeding betalen
2.8.
[verzoekster] heeft recht op een transitievergoeding, omdat aan alle wettelijke voorwaarden is voldaan en het eindigen van de arbeidsovereenkomst niet het gevolg is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van [verzoekster] (artikel 7:673 lid 1 en lid 7 BW).
2.9.
Anders dan [verzoekster] in haar berekening van de hoogte van de transitievergoeding heeft gedaan, moet het loon berekend worden over een periode van 12 maanden voorafgaand aan het einde van het dienstverband. Dat is in dit geval de periode vanaf 1 juli 2023 tot en met 30 juni 2024, en dus niet vanaf 1 september 2023. Ook heeft [verzoekster] ten onrechte de niet-genoten vakantiedagen meegenomen in haar berekening. Met inachtneming van het voorgaande bedraagt het gemiddelde maandloon daarom € 1.677,45, te vermeerderen met gemiddeld € 192,92 per maand aan toeslagen, 8% vakantietoeslag en 8,33% eindejaarsuitkering, in plaats van het bedrag van € 2.490,06 waar [verzoekster] vanuit is gegaan.
2.10.
Op basis van het gemiddelde maandloon en de duur van de arbeidsovereenkomst is de hoogte van de transitievergoeding € 1.817,27 bruto. Dit bedrag moet Betsy Innovations aan [verzoekster] betalen.
2.11.
De wettelijke rente over de transitievergoeding wordt toegewezen vanaf een maand na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd (artikel 7:686a BW).
Gecorrigeerde loonstroken en eindafrekening
2.12.
Betsy Innovations moet binnen 14 dagen nadat deze beschikking is betekend gecorrigeerde loonstroken over de periode december 2023 tot en met juni 2024 en een eindafrekening aan [verzoekster] verstrekken. [verzoekster] heeft gevraagd daarvoor twee dagen te hanteren, maar deze termijn vindt de kantonrechter te kort en praktisch onhaalbaar. Verstrekt Betsy Innovations voornoemde stukken niet of niet tijdig, dan is zij een dwangsom van € 100,- per dag verschuldigd met een maximum van € 5.000,-.
Betsy Innovations moet de proceskosten betalen
2.13.
De proceskosten komen voor rekening van Betsy Innovations, omdat zij voor het grootste deel ongelijk krijgt. De kantonrechter begroot de kosten die Betsy Innovations aan [verzoekster] moet betalen op € 87,- aan griffierecht, € 543,- aan salaris voor de gemachtigde en € 135,- aan nakosten. Dit is totaal € 765,-. Hier kan nog een bedrag bij komen als de uitspraak wordt betekend. De wettelijke rente wordt toegewezen.
Deze beschikking is uitvoerbaar bij voorraad
2.14.
Deze beschikking wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard omdat [verzoekster] dat heeft gevraagd en Betsy Innovations daar geen bezwaar tegen heeft gemaakt (artikel 288 Rv). Dat betekent dat de beschikking meteen mag worden uitgevoerd, ook als één van de partijen aan een hogere rechter vraagt om de zaak opnieuw te beoordelen.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt Betsy Innovations om binnen 2 dagen na de betekening van deze beschikking aan [verzoekster] te betalen € 14.142,43 bruto aan achterstallig loon inclusief emolumenten en wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW, te vermeerderen met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW vanaf de data van opeisbaarheid van de verschuldigde bedragen tot de dag dat volledig is betaald;
3.2.
veroordeelt Betsy Innovations om binnen 2 dagen na de betekening van deze beschikking aan [verzoekster] de transitievergoeding van € 1.817,27 bruto te betalen, te vermeerderen met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf een maand na de dag waarop de arbeidsovereenkomst is geëindigd tot de dag dat volledig is betaald;
3.3.
veroordeelt Betsy Innovations om binnen 14 dagen na de betekening van deze beschikking de gecorrigeerde loonstroken over de periode december 2023 tot en met juni 2024 en een eindafrekening aan [verzoekster] verstrekken, op straffe van een dwangsom van € 100,- per dag met een maximum van € 5.000,-;
3.4.
veroordeelt Betsy Innovations in de proceskosten, die aan de kant van [verzoekster] tot vandaag worden vastgesteld op € 765,-, met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dat bedrag vanaf de vijftiende dag nadat deze beschikking is betekend tot de dag dat volledig is betaald;
3.5.
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
3.6.
wijst al het andere af.
Deze beschikking is gegeven door mr. G.A. Vriezen en in het openbaar uitgesproken.
43416