ECLI:NL:RBROT:2024:12975

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
11 december 2024
Publicatiedatum
20 december 2024
Zaaknummer
83/248841-23
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het medeplegen van het opzettelijk ter beschikking stellen van professioneel vuurwerk aan een pseudokoper van de politie

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 11 december 2024 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het medeplegen van het opzettelijk ter beschikking stellen van professioneel vuurwerk aan een pseudokoper van de politie. De verdachte, geboren in 2002 en ingeschreven op een adres in Rotterdam, werd bijgestaan door zijn raadsman, mr. L.A.R. Newoor. De tenlastelegging omvatte meerdere feiten, waaronder het voorhanden hebben van professioneel vuurwerk in een loods en in een auto, en het aanbieden van vuurwerk via Snapchat. De officier van justitie eiste een gevangenisstraf van 133 dagen, waarvan 90 dagen voorwaardelijk, en een taakstraf van 180 uren.

Tijdens de zitting op 27 november 2024 werd het bewijs besproken. De rechtbank concludeerde dat de verdachte en een medeverdachte op 10 oktober 2023 professioneel vuurwerk hadden overgedragen aan een undercoveragent. De verdachte had ook vuurwerk opgeslagen in een loods en had via Snapchat vuurwerk te koop aangeboden. De rechtbank oordeelde dat de verdachte op de hoogte was van het vuurwerk in de loods en dat hij zich al langere tijd met de handel in vuurwerk bezighield. Het verweer van de verdediging werd verworpen, en de rechtbank verklaarde de verdachte schuldig aan de tenlastegelegde feiten.

De rechtbank legde een gevangenisstraf op van 133 dagen, waarvan 90 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, en een taakstraf van 180 uren. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en het advies van de reclassering, die een laag recidiverisico inschatte. De rechtbank vond een deels voorwaardelijke gevangenisstraf en een forse taakstraf passend, gezien de risico's die het handelen van de verdachte met zich meebracht.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 1
Parketnummer: 83/248841-23
Datum uitspraak: 11 december 2024
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige economische kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 2002,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres 1],
raadsman mr. L.A.R. Newoor, advocaat te Rotterdam.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 27 november 2024.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. K. Broere heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1 t/m 4 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 133 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 90 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en een taakstraf voor de duur van 180 uren.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring feiten 1, 2 en 4
Het onder 1, 2 en 4 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Bewijswaardering feit 3
4.2.1.
Standpunt verdediging
Aangevoerd is dat de verdachte dient te worden vrijgesproken ten aanzien van feit 3, aangezien uit het dossier niet blijkt dat de verdachte wetenschap had van de aanwezigheid van het aangetroffen vuurwerk in de loods.
4.2.2.
Beoordeling
De rechtbank stelt op basis van het dossier vast dat verdachte en medeverdachte [medeverdachte 1] op 10 oktober 2023 professioneel vuurwerk hebben overgedragen aan een pseudokoper van de politie. Toen de pseudokoper vroeg om meer professioneel vuurwerk is de verdachte samen met [medeverdachte 1] naar een loods in Hellevoetsluis gereden. Bij de loods werd er meer vuurwerk in de auto geladen en vervolgens zijn de verdachte en [medeverdachte 1] aangehouden. In de telefoon van [medeverdachte 1] werd een notitie aangetroffen over vuurwerk, personen en bedragen. Uit deze notitie kan worden afgeleid dat de verdachte geld heeft ingelegd voor het vuurwerk en er sprake is van een gezamenlijke voorraad. Daarnaast zijn er in de telefoon van [medeverdachte 1] chatgesprekken aangetroffen tussen [medeverdachte 1] en de medeverdachte [medeverdachte 2] over het ophalen van vuurwerk samen met de verdachte. Hieruit blijkt dat de verdachte zich al langere tijd bezig hield met de handel in vuurwerk en daarvoor op verschillende momenten in de loods is geweest. Hij wist dus van het vuurwerk in de loods en kon daarover beschikken.
4.2.3.
Conclusie
Het verweer van de raadsman wordt verworpen.
4.3.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 3 ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1, 2 en 4 ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
1
Hij op 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten,
- knalvuurwerk (Cobra 6),
voorhanden heeft gehad en aan een ander, te weten een pseudokoper van de politie, ter beschikking heeft gesteld;
2
Hij op 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, tezamen en in vereniging met een ander, opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten
knalvuurwerk (Cobra 6),
voorhanden heeft gehad in personenauto, Kia Picanto, met kenteken [kenteken];
3
Hij in de periode van 20 september 2023 tot en met 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, tezamen en in vereniging met anderen, opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten
- knalvuurwerk (Cobra 6 en Super Cobra 6 en DumBum 5g) en
- shell
s,
heeft opgeslagen en voorhanden heeft gehad, in een opslagruimte aan [adres 2];
4
Hij in de periode van 20 september 2023 tot en met 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, opzettelijk, teneinde handelingen als bedoeld in het eerste tot en met vierde lid van artikel 1.2.2 Vuurwerkbesluit, te weten:
- aan een ander ter beschikking stellen van professioneel vuurwerk bestemd voor particulier gebruik (lid 1) en
- het aan een ander dan aan een persoon met gespecialiseerde kennis professioneel vuurwerk ter beschikking te stellen (lid 2),
voor te bereiden en/of te bevorderen, (telkens)
- heeft getracht zichzelf gelegenheid tot het verrichten van die handelingen te verschaffen,
immers, heeft hij, verdachte (telkens) via snapchat, professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te koop aangeboden.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5.Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:

1. medeplegen van een overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet Milieubeheer, opzettelijk begaan;

2. medeplegen van een overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet Milieubeheer, opzettelijk begaan;

3. medeplegen van een overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet Milieubeheer, opzettelijk begaan;

4. overtreding van een voorschrift, gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet Milieubeheer, opzettelijk begaan.

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. De feiten zijn dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straffen

7.1.
Algemene overweging
De straffen die aan de verdachte worden opgelegd, zijn gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte.
7.2.
Feiten waarop de straffen zijn gebaseerd
De verdachte heeft op 10 oktober 2023 samen met een medeverdachte professioneel vuurwerk (300 stuks cobra 6) verkocht aan een pseudokoper van de politie. Daarnaast heeft de verdachte in een loods een aanzienlijke hoeveelheid professioneel vuurwerk (van in totaal 6.321 stuks) opgeslagen en voorhanden gehad. Daarnaast bood de verdachte via snapchat professioneel vuurwerk te koop aan.
Het voorhanden hebben en het verkopen van professioneel vuurwerk aan een particulier, brengt grote veiligheidsrisico’s met zich mee. Het gaat om vuurwerk dat krachtige explosies teweeg brengt en daarmee veel schade kan aanbrengen aan personen en goederen. De verdachte heeft niet stil gestaan bij deze risico’s en heeft zich kennelijk slechts laten leiden door financieel gewin. Het is slechts te danken aan het handelen van de politie dat het professionele vuurwerk dat nog opgeslagen lag in de loods, niet in omloop is gekomen.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
Uit een uittreksel uit de justitiële documentatie van 30 september 2024 blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportage
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 11 januari 2023. De reclassering concludeert dat de verdachte een stabiel leven heeft. Hij woont met zijn jongere zus nog bij zijn ouders, heeft een fulltime baan en geen financiële problemen. De reclassering schat het recidiverisico laag in en adviseert bij een veroordeling dan ook een straf zonder bijzondere voorwaarden.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de ernst van de feiten en de aanzienlijke hoeveelheid professioneel vuurwerk kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Een dergelijke straf doet recht aan het gevaar dat verdachte met zijn handelen heeft veroorzaakt. De rechtbank ziet met de officier van justitie in de persoonlijke omstandigheden van de verdachte en zijn proceshouding echter aanleiding om te bepalen dat de verdachte niet terug hoeft naar de gevangenis. Gelet op het voorgaande acht de rechtbank een deels voorwaardelijke gevangenisstraf en een forse taakstraf, zoals de officier van justitie heeft geëist, passend en geboden. Bij de bepaling van de duur van deze straffen heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 47 en 57 van het Wetboek van Strafrecht en
artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten, artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer en artikel 1.2.2 van het Vuurwerkbesluit

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1 t/m 4 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 133 (honderd drieëndertig) dagen;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot
90 (negentig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op
2 (twee) jaren;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
veroordeelt de verdachte tot een
taakstraf voor de duur van 180 (honderdtachtig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
90 (negentig) dagen;
heft op het bevel tot voorlopige hechtenis van de verdachte, die bij eerdere beslissing is geschorst.
Dit vonnis is gewezen door mr. D.C.J. Peeck, voorzitter,
en mrs. H.J. de Kraker en J. van de Klashorst, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. R.E. Kroon, griffier,
en uitgesproken op 11 december 2024.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
Hij op of omstreeks 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, in elk geval te Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen, opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten,
- één of meer stuk(s) knalvuurwerk (Cobra 6),
voorhanden heeft gehad en/of aan (een) ander(en), te weten een pseudokoper van de politie, ter beschikking heeft gesteld;
2
Hij op of omstreeks 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, in elk geval te Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen, opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten
één of meer stuks knalvuurwerk (Cobra 6),
heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad in personenauto, Kia Picanto, met kenteken [kenteken];
3
Hij in of omstreeks de periode van 20 september 2023 tot en met 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, in elk geval te Nederland, tezamen en in vereniging met een (of meer) ander(en), althans alleen, opzettelijk,
professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te weten
- één of meer stuks knalvuurwerk (Cobra 6 en/of Super Cobra 6 en/of DumBum 5g) en/of
- één of meer stuks shell,
heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad, in een opslagruimte aan [adres 2];
4
Hij in of omstreeks de periode van 20 september 2023 tot en met 10 oktober 2023, te Hellevoetsluis, in elk geval te Nederland, opzettelijk, teneinde handelingen als bedoeld in het eerste tot en met vierde lid van artikel 1.2.2 Vuurwerkbesluit, te weten:
- het opslaan, voorhanden hebben en/of aan een ander ter beschikking stellen van professioneel vuurwerk bestemd voor particulier gebruik (lid 1) en/of
- het aan een ander dan aan een persoon met gespecialiseerde kennis professioneel vuurwerk ter beschikking te stellen (lid 2), en/of
- het als een ander dan een persoon met gespecialiseerde kennis voorhanden en/of opgeslagen hebben van professioneel vuurwerk (lid 3),
voor te bereiden en/of te bevorderen, (telkens)
- heeft getracht een ander te bewegen om die handelingen te plegen, te doen plegen en/of mede te plegen en/of
- heeft getracht zichzelf gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen tot het verrichten van die handelingen te verschaffen,
immers, heeft hij, verdachte (telkens) via (onder meer) snapchat, professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te koop aangeboden.