Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder de parketnummers 10/243673-23 onder 1 en 2, 10/052078-23, 13/099529-24 primair en 05/325356-23 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot jeugddetentie voor de duur van 91 dagen met aftrek
- oplegging van de maatregel tot plaatsing in een inrichting voor jeugdigen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar, met als bijzondere voorwaarden dat de verdachte:
- met opdracht aan de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het uit te oefenen toezicht.
4.Waardering van het bewijs
envergezeld van geweld en bedreiging met geweld tegen die [slachtoffer 2] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, door
envergezeld van geweld tegen die [slachtoffer 1] , gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken, door
totaal) die aan [slachtoffer 5] , toebehoorden heeft weggenomen telkens met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich telkens die weg te nemen geldbedragen onder zijn bereik hebben gebracht door middel van een valse sleutel, door
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
- meewerkt aan de behandeling bij [naam instelling] en de therapieën die door hen noodzakelijk worden geacht,
- meewerkt aan de coaching (zoals E25 of een vergelijkbare instelling), zo lang de jeugdreclassering dit nodig acht,
- verboden wordt verdovende middelen of alcohol te gebruiken en hem wordt verplicht ten behoeve van de naleving van dit verbod mee te werken aan urineonderzoek, zo lang de jeugdreclassering dit nodig acht,
- meewerkt aan een avondklok, waarbij de tijden worden vastgesteld door de jeugdreclassering en waarvan de duur is zo lang de Jeugdreclassering dit nodig acht,
- meewerkt aan de voorwaarden die gesteld zijn voor elektronische monitoring,
8.Vorderingen benadeelde partijen/ schadevergoedingsmaatregelen
- [slachtoffer 3] , domicilie kiezende te Rotterdam, ter zake van het onder parketnummer 10/052078-24 tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 400,- aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel;
- [slachtoffer 4] , domicilie kiezende te Rotterdam, ter zake van het onder parketnummer 10/052078-24 tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 400,- aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel;
- [slachtoffer 1] , wonende te Amsterdam, ter zake van het onder parketnummer 13/099529-24 primair tenlastegelegde feit. De benadeelde partij vordert een bedrag van € 1550,- aan materiële schade en een bedrag van € 3000,- aan immateriële schade, vermeerderd met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
- matiging van de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer 2] tot een bedrag van 500 euro met wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel;
- matiging van de vorderingen van de benadeelde partijen [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] tot een bedrag van ieder 100 euro met wettelijke rente, zonder oplegging van de schadevergoedingsmaatregel;
- toewijzing van de materiële schadevergoeding van benadeelde partij [slachtoffer 1] tot het bedrag van de kosten van de bril met niet-ontvankelijkverklaring van de benadeelde partij in de overige door hem gevorderde materiele schade. Voorts heeft zij geconcludeerd tot matiging van de gevorderde immateriële schade tot een bedrag van 500 euro, met wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
- de benadeelde partij [slachtoffer 2] primair niet-ontvankelijk te verklaren in zijn vordering aangezien de vordering onvoldoende is onderbouwd, subsidiair de vordering te matigen;
- de benadeelde partijen [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] niet-ontvankelijk te verklaren in hun vorderingen;
- de benadeelde partijen De [slachtoffer 3] en [slachtoffer 4] ieder een schadevergoeding betalen van € 100,-, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld;
- de benadeelde partij [slachtoffer 1] een schadevergoeding betalen van € 300,-, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld;
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
jeugddetentie voor de duur van 90 (negentig) dagen;
maatregel van plaatsing in een inrichting voor jeugdigen;
2 (twee) jaren;
- zich gedurende een door de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond te bepalen periode (die loopt tot maximaal het einde van de proeftijd) en op door de jeugdreclassering te bepalen tijdstippen zal melden bij de reclassering, zo vaak en zo lang als de jeugdreclassering noodzakelijk acht;
- gedurende de proeftijd mee zal werken aan behandeling bij [naam instelling] of een vergelijkbare instelling en mee zal werken aan de therapieën die door de behandelaar(s) noodzakelijk wordt(en) geacht;
- mee zal werken aan de coaching door E25 of een vergelijkbare instelling, zo lang als de jeugdreclassering dit noodzakelijk vindt;
- zich gedurende de proeftijd zal onthouden van het gebruik van verdovende middelen en/of alcohol en zich verplicht ten behoeve van de naleving van dit verbod mee te werken aan urineonderzoek, zo lang de jeugdreclassering dit nodig acht;
- zich houden zal houden aan een avondklok voor de maximale duur van zes maanden of zoveel korter als de jeugdreclassering noodzakelijk acht. Deze avondklok houdt in dat de veroordeelde dagelijks om 19:00 uur thuis aan de [adres] , [postcode] Rotterdam zal zijn en thuis zal blijven tot de volgende ochtend 07:00 uur. Deze tijdstippen van de avondklok kunnen worden gewijzigd door de jeugdreclassering, in die zin dat de veroordeelde in dat geval ’s avonds later thuis mag komen en ’s ochtends eerder van huis mag;
- gedurende de proeftijd onderwijs en/of stage zal volgen en zich hierbij zal houden aan het (school)rooster en aan de afspraken die met hem worden gemaakt;
- gedurende de proeftijd een zinvolle vrijetijdsbesteding zal hebben en behouden in de vorm van werk en/of sport;
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan jeugd/reclasseringstoezicht, de medewerking aan huisbezoeken daaronder begrepen en het zich melden bij de jeugd/reclassering zo vaak en zolang als de jeugd/reclassering dit noodzakelijk acht;
[slachtoffer 2]niet-ontvankelijk in de vordering;
[slachtoffer 3], te betalen een bedrag van
€ 100,- (zegge: honderd euro)aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 9 oktober 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[slachtoffer 3]te betalen
€ 100,-(hoofdsom,
zegge: honderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 oktober 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
[slachtoffer 4], te betalen een bedrag van
€ 100,- (zegge: honderd euro)aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 9 oktober 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[slachtoffer 4]te betalen
€ 100,-(hoofdsom,
zegge: honderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 9 oktober 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
[slachtoffer 1]te betalen een bedrag van
€ 300,- (zegge: driehonderd euro),aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 september 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij
[slachtoffer 1]te betalen
€ 300,-(hoofdsom,
zegge: driehonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 september 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;