Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het in dagvaarding I onder 1, 2, 3, 4 en 5 en in dagvaarding II onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot:
4.Waardering van het bewijs
zij op 16 januari 2024 te Sliedrecht, een ambtenaar, [naam 1], medewerker bij GGZ-instelling Yulius, gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening heeft mishandeld door die [naam 1] tegen haar (rechter)knie te trappen;
zij op 8 januari 2024 te Dordrecht, een ambtenaar, [naam 2], medewerker bij GGZ-instelling Yulius, gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening heeft mishandeld door die [naam 2] meermalen tegen haar (linker)bovenbeen te trappen;
zij op 16 januari 2024 te Sliedrecht, een ambtenaar, [naam 3], medewerker bij GGZ-instelling Yulius, gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening heeft mishandeld door die [naam 3] tegen haar (rechter)bovenbeen/(rechter)lies
enhaar (linker)knie te trappen;
zij op 11 april 2024 te Dordrecht, opzettelijk en wederrechtelijk een (voor)deur, die geheel aan GGZ-instelling Yulius, toebehoorde heeft vernield.
zij, in de periode van 15 maart 2024 tot en met 06 mei 2024 te Dordrecht opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, zaaknummer 2024-0011775, krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172/172a van de Gemeentewet, gedaan door de burgemeester van de gemeente Dordrecht, inhoudende dat zij, verdachte, zich in de periode van 15 maart 2024 tot en met 15 juni 2024, niet mocht bevinden in het in voornoemd bevel genoemde gebied, door zich op tijdstippen in voornoemde periode in voornoemd gebied te bevinden;
zij, in de periode van 26 februari 2024 tot en met 11 maart 2024 te Dordrecht, zich meermalen, op of langs gedeelten van een hoofdspoorweg, met uitzondering van een perron, die niet zijn gelegen in een gelijkvloerse kruising met een weg en/of in een voor het openbaar verkeer openstaande weg, heeft bevonden.
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregelen
dadelijk uitvoerbaaris.
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) maand;
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
maatregel strekkende tot gedragsbeïnvloeding of vrijheidsbeperking;
zij op of omstreeks 16 januari 2024 te Sliedrecht, althans in Nederland, een ambtenaar, [naam 1], medewerker bij GGZ-instelling Yulius, zijnde een zorgaanbieder als bedoeld in de Wvggz, gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening heeft mishandeld door die [naam 1] tegen haar (rechter)knie te schoppen/trappen;
zij op of omstreeks 8 januari 2024 te Dordrecht, althans in Nederland, een ambtenaar, [naam 2], medewerker bij GGZ-instelling Yulius, zijnde een zorgaanbieder als bedoeld in de Wvggz, gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening heeft mishandeld door die [naam 2] meermalen tegen haar (linker)bovenbeen te schoppen/trappen;
zij op of omstreeks 16 januari 2024 te Sliedrecht, althans in Nederland, een ambtenaar, [naam 3], medewerker bij GGZ-instelling Yulius, zijnde een zorgaanbieder als bedoeld in de Wvggz, gedurende en/of terzake van de rechtmatige uitoefening van haar bediening heeft mishandeld door die [naam 3] tegen haar (rechter)bovenbeen/(rechter)lies, haar (linker)knie te schoppen/trappen;
zij op of omstreeks 11 april 2024 te Dordrecht, althans in Nederland, opzettelijk en wederrechtelijk een (voor)deur, in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan GGZ-instelling Yulius, in elk geval aan een ander toebehoorde(n) heeft vernield, beschadigd, onbruikbaar gemaakt en/of weggemaakt;
zij in of omstreeks de periode van 26-02-2024 tot en met 06-05-2024 te Dordrecht, althans in Nederland, wederrechtelijk stelselmatig opzettelijk inbreuk heeft gemaakt op eens anders persoonlijke levenssfeer, te weten die van hulpverleningsdiensten, waaronder de wijkagenten van de wijk Stadspolders en/of (andere) politiemedewerkers en de medewerkers van openbaar vervoerorganisatie Qbuzz, door:
- veelvuldig naar het treinspoor te gaan en het treinspoor (proberen) te betreden en/of;
- meermalen bij de wijkagent(en), althans de politie, telefonisch en/of per WhatsApp aan te kondigen dat zij (ondanks het aan haar uitgereikte gebiedsverbod op 15 maart 2024) naar het treinspoor gaat en/of;
- de onophoudelijke inzet van de hulpdiensten te vragen, ondanks dat hieromtrent op 12 februari 2024 een stopgesprek heeft plaatsgevonden en/of;
- zich te verzetten tegen politiemedewerkers door te duwen en/of te schoppen wanneer deze politiemedewerkers haar van het treinspoor proberen te halen en/of;
- scheermesjes onder haar oksels, in haar liezen en onder haar borsten, althans op/aan haar lichaam, te dragen en/of te plakken,
met het oogmerk die hulpverleningsdiensten, waaronder de wijkagenten van de wijk Stadspolders en/of (andere) politiemedewerkers en de medewerkers van openbaar vervoerorganisatie Qbuzz, te dwingen iets te doen, niet te doen, te dulden en/of vrees aan te jagen;
zij, in of omstreeks de periode van 15 maart 2024 tot en met 06 mei 2024 te Dordrecht opzettelijk niet heeft voldaan aan een bevel, te weten een gebiedsverbod, zaaknummer 2024-0011775, krachtens een wettelijk voorschrift, te weten artikel 172/172a van de Gemeentewet, gedaan door of namens de burgemeester van de gemeente Dordrecht, in elk geval een ambtenaar als bedoeld in artikel 184 Wetboek van Strafrecht, eerste en/of tweede lid, inhoudende dat zij, verdachte, zich in de periode van 15 maart 2024 tot en met 15 juni 2024, niet mocht bevinden in het in voornoemd bevel genoemde gebied, door zich op een of meer tijdstippen in voornoemde periode in/op, althans op een openbare weg of plaats gelegen in voornoemd gebied te bevinden;
zij, in of omstreeks de periode van 26 februari 2024 tot en met 13 maart 2024 te Dordrecht, althans in Nederland, zich meermalen, althans eenmaal (telkens) op of langs gedeelten van een hoofdspoorweg, met uitzondering van een perron, die niet zijn gelegen in een gelijkvloerse kruising met een weg en/of in een voor het openbaar verkeer openstaande weg, heeft bevonden en/of daarop en/of daarlangs dieren heeft gedreven en/of heeft laten lopen;