ECLI:NL:RBROT:2024:12572

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 december 2024
Publicatiedatum
12 december 2024
Zaaknummer
ROT 24/10699
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht; Bestuursprocesrecht
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke zaak

Op 13 december 2024 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer ROT 24/10699, waarin verzoekster, vertegenwoordigd door haar gemachtigde [persoon A], een verzoek om een voorlopige voorziening heeft ingediend. Dit verzoek was gerelateerd aan een eerder ingediend beroep tegen het niet tijdig beslissen op haar handhavingsverzoek van 25 november 2024, geregistreerd onder zaaknummer ROT 24/10696. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het verzoek kennelijk ongegrond is en heeft daarom zonder zitting uitspraak gedaan, zoals toegestaan onder artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

In de uitspraak van dezelfde dag is het beroep van verzoekster tegen het niet tijdig beslissen niet-ontvankelijk verklaard. Hierdoor is er geen connexe beroepsprocedure meer aanhangig bij de rechtbank, wat betekent dat het treffen van een voorlopige voorziening niet meer mogelijk is. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening dan ook afgewezen.

De uitspraak is gedaan door mr. H. Bedee, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. H. Sabanovic, griffier, en is uitgesproken in het openbaar. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open, en een afschrift van de uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM
Bestuursrecht
zaaknummer: ROT 24/10699

uitspraak van de voorzieningenrechter van 13 december 2024 in de zaak tussen

[naam verzoekster] , uit Rotterdam, verzoekster

(gemachtigde: [persoon A] ),
en

de Inspectie gezondheidszorg en jeugd, de IGJ.

Inleiding

1. In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoekster. Het verzoek hangt samen met het beroep dat verzoekster heeft ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op haar handhavingsverzoek van 25 november 2024. Dit beroep is bij de rechtbank geregistreerd onder zaaknummer ROT 24/10696. Omdat het verzoek kennelijk ongegrond is, doet de voorzieningenrechter uitspraak zonder zitting. Artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) maakt dat mogelijk.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag (ROT 24/10696) heeft de rechtbank het beroep niet tijdig beslissen niet-ontvankelijk verklaard. De voorzieningenrechter stelt daarom vast dat er geen connexe beroepsprocedure meer bij de rechtbank aanhangig is. Het treffen van een voorlopige voorziening is daarom niet meer mogelijk.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om een voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. H. Bedee, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. H. Sabanovic, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 13 december 2024.
De rechter is verhinderd om
de uitspraak te ondertekenen
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.