Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 38 maanden met aftrek van voorarrest.
4.Waardering van het bewijs
- [medeverdachte 3] reed met een trekker de containers steeds in en uit de loodsen voordat hij ze terugbracht naar [naam bedrijf 2];
- op meerdere dagen reed een vorkheftruck in en tussen de loodsen;
- de vorkheftruck bracht big bags en bruine dozen van de ene loods naar de andere;
- twee van de zes containers stonden met de deuren open en helemaal leeg in een loods;
- er zijn meerdere keren vrachtwagens aangekomen en vertrokken bij de loods aan de Minervaweg;
- de medeverdachte [medeverdachte 1] is in de nabijheid van de loodsen gezien en een keer in zijn auto samen met [medeverdachte 3] een loods binnengereden.
28 september2018 tot en met 8 november 2018 in Nederland, tezamen en in vereniging met anderen, meermalen, telkens opzettelijk accijnsgoederen, te weten:
28 september2018 tot en met 8 november 2018 in Nederland heeft deelgenomen aan een organisatie, welke organisatie bestond uit een samenwerkingsverband tussen: verdachte en [medeverdachte 1] en [medeverdachte 3] en [medeverdachte 4] en [medeverdachte 2] en [naam bedrijf 2], welke organisatie tot oogmerk had het plegen van misdrijven, te weten:
enverkopen van goederen, terwijl hij weet of vermoedt, dat een daarvoor in de douanewetgeving voorziene aangifte niet is gedaan en/of de heffing van die rechten overeenkomstig de douanewetgeving is verzekerd (artikel 10:3, lid 1 en 2 van de Algemene douanewet) en- het opzettelijk onjuist of onvolledig doen van ingevolge de douanewetgeving vereiste aangiften, hetgeen er toe strekt dat te weinig rechten bij invoer wordt geheven (artikel 10:5, lid 1, 2 en 3 Algemene douanewet); en- het opzettelijk voorhanden hebben van accijnsgoederen, zijnde tabaksproducten, die niet overeenkomstig de bepaling van de Wet op de accijns in de heffing zijn betrokken (artikel 5 lid 1, juncto artikel 97 Wet op de accijns).
5.Strafbaarheid feiten
1.
medeplegen van opzettelijk een in artikel 5 van de Wet op de accijns opgenomen verbod overtreden, meermalen gepleegd;
2.
deelneming aan een organisatie die tot oogmerk heeft het plegen van misdrijven.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 12 (twaalf) maanden;
een gedeelte, groot 6 (zes) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;