Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 26 weken waarvan 24 weken voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren en als bijzondere voorwaarden: een meldplicht en een verplichte ambulante behandeling.
4.Waardering van het bewijs
kinderpornografischmateriaal moet worden beschouwd. Deze 21 afbeeldingen waren in dezelfde mappen als al het overige materiaal opgeslagen. De verdachte heeft verklaard dat hij zich niet bewust was van de aanwezigheid van de kinderporno op zijn computer en stelt dat de kinderporno bijvangst moet zijn geweest bij het downloaden van de overige porno. Gelet op de verklaring van de verdachte, op het feit dat al het materiaal in dezelfde mappen was opgeslagen als het andere beeldmateriaal en op het verhoudingsgewijze geringe aantal van deze afbeeldingen op het totale aantal afbeeldingen in die mappen, kan de rechtbank niet met een voor een bewezenverklaring vereiste mate van zekerheid vaststellen dat de verdachte bewust kinderporno in zijn bezit heeft gehad. Dat de verdachte eerder contact heeft gehad met een minderjarige waarbij seksueel getinte afbeeldingen zijn uitgewisseld, is daarvoor onvoldoende. Ander bewijs dat de verdachte desondanks wist of moet hebben geweten van de aanwezigheid van deze afbeeldingen heeft de rechtbank niet aangetroffen.
eenontuchtige
is, waarbij een mens en een dier zijn betrokken, welke voornoemde ontuchtige handeling – zakelijk
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Bijlagen
10.Beslissing
taakstraf voor de duur van 20 (twintig) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
10 (tien) dagen;
2 (twee) jaren;