Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het verzoekschrift van Star (ontvangen op 15 juli 2024), met bijlagen;
- de brief van Star van 16 september 2024, met een kopie van een deurwaardersexploot van 16 augustus 2024.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 4 oktober 2024 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen STAR Resources B.V. en een werknemer, aangeduid als [verweerder]. STAR, een uitzendbureau, had de arbeidsovereenkomst met [verweerder] aangegaan op 23 januari 2024. De werknemer was werkzaam als werktuigkundige en werd ter beschikking gesteld aan RWE Generation NL B.V. Echter, na een periode van ziekte en afwezigheid, heeft RWE de overeenkomst opgezegd wegens niet functioneren en geringe inzetbaarheid van [verweerder]. Ondanks herhaalde pogingen van STAR om contact te leggen, heeft [verweerder] niet gereageerd op berichten en is hij niet verschenen op uitnodigingen voor gesprekken.
STAR heeft vervolgens verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst, primair op basis van verwijtbaar handelen van [verweerder]. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [verweerder] sinds 29 april 2024 niet meer op het werk is verschenen en niet bereikbaar was voor STAR. Dit werd als ernstig verwijtbaar handelen aangemerkt, wat leidde tot de conclusie dat de arbeidsovereenkomst ontbonden kon worden zonder transitievergoeding. De kantonrechter heeft ook geoordeeld dat [verweerder] de eigendommen van RWE, waaronder werkkleding en een tablet, diende terug te geven, en dat hij de proceskosten moest vergoeden. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de beslissing onmiddellijk uitgevoerd kan worden, ook als er hoger beroep wordt aangetekend.
De beslissing van de kantonrechter is als volgt: de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden per 4 oktober 2024, [verweerder] moet de eigendommen van RWE binnen een week retourneren, en hij moet de proceskosten van in totaal € 808,- betalen aan STAR.