In deze zaak gaat het om een kort geding dat is aangespannen door de Stichting Veritas Vertegenwoordiging, die optreedt als wettelijke vertegenwoordiger van een onder bewind gestelde vrouw, tegen haar ex-echtgenoot, de man. De vrouw en de man zijn nog steeds samen eigenaar van een woning, maar de vrouw woont daar niet meer. De man is eerder veroordeeld om mee te werken aan de verkoop van de woning, maar volgens de Stichting q.q. werkt hij daar niet volledig aan mee. De vrouw vordert in dit kort geding dat de man de woning ontruimt en meewerkt aan de verkoop. De voorzieningenrechter heeft in een eerder verstekvonnis de man veroordeeld om de woning te ontruimen, maar de man komt in verzet tegen dit vonnis. Hij stelt dat hij inmiddels wel meewerkt aan de verkoop en dat hij nog geen vervangende woning heeft gevonden.
De voorzieningenrechter heeft het verstekvonnis vernietigd en staat de man toe om onder voorwaarden in de woning te blijven wonen. De man moet echter wel meewerken aan de verkoop van de woning, waaronder het toestaan van bezichtigingen. Als hij zich niet aan deze voorwaarden houdt, moet hij de woning binnen drie dagen ontruimen. De vorderingen van de Stichting q.q. om de man te veroordelen om mee te werken aan de verkoop en om financiële stukken te verstrekken zijn afgewezen, omdat de man inmiddels aan deze verplichtingen heeft voldaan. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten betaalt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.