In deze economische strafzaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 24 oktober 2024 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, geboren in 1972, die als feitelijk leidinggevende van [bedrijf A] betrokken was bij de invoer van warmtepompen met fluorkoolwaterstoffen. De verdachte heeft in de periode van 1 februari 2019 tot en met 1 februari 2020 in totaal 155 warmtepompen geïmporteerd vanuit China, wat resulteerde in een CO2-equivalent van 867,63 ton. Dit gebeurde zonder het vereiste quotum, wat in strijd is met de F-gassenverordening. De officier van justitie, mr. L.W. Boogert, eiste een bewezenverklaring en een geldboete van €5.700,00. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk heeft gehandeld in strijd met de wetgeving en heeft de verdachte veroordeeld tot een geldboete van €5.700,00 en 63 dagen hechtenis. De rechtbank heeft rekening gehouden met de ernst van het feit, de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, en het feit dat hij niet eerder is veroordeeld. De uitspraak benadrukt het belang van naleving van milieuwetgeving en de gevolgen van het niet verkrijgen van de benodigde vergunningen voor de import van schadelijke stoffen.