Op 9 januari 2024 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van [kind01], geboren op [geboortedatum01] 2009. De Raad voor de Kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht heeft verzocht om een ondertoezichtstelling van [kind01] voor de duur van twaalf maanden, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad. De ouders, de moeder en de vader, zijn belast met het ouderlijk gezag en [kind01] woont afwisselend bij hen. Tijdens de mondelinge behandeling, die plaatsvond met gesloten deuren, zijn de ouders en een vertegenwoordiger van de Raad aanwezig geweest. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [kind01] kampt met gedragsproblemen en in aanraking is gekomen met politie en justitie. De ouders zijn onvoldoende in staat gebleken om [kind01] te begrenzen en te sturen, wat haar ontwikkeling bedreigt. De Raad en de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West hebben het verzoek tot ondertoezichtstelling ondersteund, maar de kinderrechter heeft besloten het verzoek aan te houden in afwachting van de voortzetting van de hulpverlening en de uitkomst van een strafzitting die op 24 januari 2024 gepland staat. De kinderrechter heeft de Raad verzocht om een briefrapportage over de actuele stand van zaken twee werkdagen voor de volgende zitting op 19 april 2024. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 9 januari 2024.