Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een jeugddetentie voor de duur van 280 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 120 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar met als bijzondere voorwaarden dat de verdachte behandeling volgt bij Fivoor, zich houdt aan een contactverbod met de medeverdachten en meewerkt aan begeleiding van de jeugdreclassering;
- met opdracht aan de gecertificeerde instelling William Schrikker Stichting Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (hierna: WSS) tot het houden van toezicht op de naleving van voormelde bijzondere voorwaarden en de verdachte ten behoeve daarvan te begeleiden;
- dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden en het uit te oefenen toezicht.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feit
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
deskundigegehoord, [naam 2], werkzaam als jeugdreclasseerder bij WSS. Zij heeft verklaard dat het contact met de verdachte tot de zomervakantie goed was, maar dat de jeugdreclassering daarna niet meer in contact met hem kon komen. Na de vakantie van de jeugdreclasseerder is gebleken dat de verdachte bij Fivoor en de Nieuwe Kans niet meer is komen opdagen. Op 13 september 2024 is aan de verdachte een officiële waarschuwing gegeven. Fivoor heeft de verdachte uitgenodigd voor een gesprek om te bezien wat hij nodig heeft om op tijd aanwezig te zijn, maar hij is hierbij evenmin verschenen. De jeugdreclassering heeft de verdachte laten weten dat zij op huisbezoek zou komen en ondanks dat een week van tevoren hierover een bericht naar de verdachte is gestuurd, was hij niet thuis. Ook heeft de jeugdreclassering een melding van de wijkagent gehad dat er iets is voorgevallen. De verdachte stelt zich niet open en op dit moment is er geen grip op hem. Ook heeft hij zijn werkstraf voor het bezit van een steekwapen in juli 2023 niet afgerond, waardoor hij recent een aantal dagen in jeugddetentie heeft gezeten. Gelet op het verloop van de begeleiding door de jeugdreclassering zal een officiële negatieve terugmelding gaan plaatsvinden. Omdat de verdachte nu niet begeleidbaar is, vraagt de jeugdreclassering zich – gelet op het advies van de Raad – af of begeleiding door de jeugdreclassering haalbaar is.
8.Vorderingen benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
€ 272.485,47 vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht. Gelet op de jeugdige leeftijd van de verdachte zal geen gijzeling worden toegepast.
€ 17.500,-- vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht. Gelet op de jeugdige leeftijd van de verdachte zal geen gijzeling worden toegepast.
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
jeugddetentie voor de duur van 280 (tweehonderd-tachtig) dagen;
groot 120 (honderdtwintig) dagen, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
€ 272.485,47 (zegge: tweehonderdtweeënzeventigduizend vierhonderdvijfentachtig euro en zevenenveertig eurocent), bestaande uit € 122.485,47 aan materiële schade en
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [benadeelde partij 1] te betalen
€ 272.485,47(hoofdsom,
zegge: tweehonderd-tweeënzeventigduizend vierhonderdvijfentachtig euro en zevenenveertig eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 mei 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;
€ 17.500,-- (zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), bestaande uit affectieschade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 11 mei 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoeding op, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij [benadeelde partij 2] te betalen
€ 17.500,--hoofdsom,
zegge: zeventienduizend vijfhonderd euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 mei 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening, en bepaalt daarbij de duur van de gijzeling op 0 (nul) dagen;