ECLI:NL:RBROT:2024:11131

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 oktober 2024
Publicatiedatum
11 november 2024
Zaaknummer
C/10/686808 / FA RK 24-7249
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Zorgmachtiging na crisismaatregel met opname en ambulante zorgopties

Op 17 oktober 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam een zorgmachtiging verleend aan een betrokkene die lijdt aan een psychotische stoornis. De officier van justitie had op 2 oktober 2024 een verzoek ingediend voor de voortzetting van een crisismaatregel, die eerder op 11 september 2024 was verleend. De betrokkene, zonder bekende woon- of verblijfplaats, verblijft momenteel in een instelling en heeft geen ziektebesef of -inzicht. Tijdens de mondelinge behandeling op 17 oktober 2024, waar de betrokkene en zijn advocaat aanwezig waren, werd duidelijk dat de betrokkene zich niet verzet tegen medicatie en zorg, maar dat hij tijdens de opname zijn medicatie had geweigerd. De rechtbank oordeelde dat er een risico op ernstig nadeel aanwezig is als de betrokkene geen medicatie krijgt, gezien zijn psychische toestand en eerdere incidenten, waaronder het bijten van een verpleegkundige en het dreigen met messen. De rechtbank heeft daarom besloten dat verplichte zorg noodzakelijk is om het ernstig nadeel af te wenden. De zorgmachtiging is verleend voor een periode van zes maanden, met de mogelijkheid voor de betrokkene om terug te keren naar Italië of om ambulante zorg te ontvangen. De rechtbank heeft de verzoeken van de officier beoordeeld en enkele vormen van verplichte zorg goedgekeurd, waaronder het toedienen van medicatie en het beperken van de bewegingsvrijheid. De beschikking is mondeling gegeven door rechter S.L. Raphael en schriftelijk uitgewerkt op 31 oktober 2024.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/686808 / FA RK 24-7249
Referentienummer: ZM/IND/148924
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 17 oktober 2024 betreffende een zorgmachtiging in aansluiting op een voortzetting crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:11 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] , [geboorteplaats] ,
hierna: betrokkene,
zonder bekende woon- of verblijfplaats binnen en buiten Nederland,
op dit moment verblijvende in [verblijfplaats] ,
advocaat mr. Ch.J. Nicolaï te Rotterdam.

1.Procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift van de officier, ingekomen op 2 oktober 2024.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • de medische verklaring opgesteld door [naam 1] , psychiater, van 30 september 2024;
  • de niet-ingevulde zorgkaart;
  • het zorgplan van 26 september 2024;
  • de bevindingen van de geneesheer-directeur over het zorgplan;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wvggz;
  • de relevante politiegegevens van betrokkene;
  • het bericht dat er geen relevante strafvorderlijke en justitiële gegevens van betrokkene zijn.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 17 oktober 2024. Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam 2] , sociaal psychiatrisch verpleegkundige, verbonden aan Antes;
  • een familielid van betrokkene.
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden met behulp van een tolk Pidgin Engels.
1.3.
De officier is niet tijdens de mondelinge behandeling verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2.Beoordeling

2.1.
Bij beschikking van deze rechtbank van 11 september 2024, is op grond van artikel 7:7 Wvggz een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel verleend. Tijdig, te weten op 2 oktober 2024, is dit verzoek ingediend.
2.2.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling blijkt dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een psychotische stoornis.
2.3.
De advocaat voert aan dat er geen sprake is van ernstig nadeel of het risico hierop. Betrokkene komt momenteel rustig over en wil graag zijn leven weer oppakken met een daarbij horende baan. Tijdens de mondelinge behandeling verklaart de sociaal psychiatrisch verpleegkundige dat als betrokkene geen medicijnen gebruikt, het risico bestaat dat er weer sprake zal zijn van ernstig nadeel. Onduidelijk is of er sprake was van middelengebruik. De sociaal psychiatrisch verpleegkundige kent betrokkene niet, onduidelijk is of er sprake is van een psychiatrische voorgeschiedenis. De psychose van betrokkene heeft bovendien lang geduurd. De rechtbank oordeelt dat als betrokkene geen medicijnen krijgt, het risico op ernstig nadeel aanwezig is. Het gedrag van betrokkene leidt dan als gevolg van zijn psychische stoornis tot ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar, ernstig lichamelijk letsel, maatschappelijke teloorgang, bedreiging van de veiligheid van betrokkene al dan niet doordat hij onder invloed van een ander raakt, de situatie dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van anderen oproept en de situatie dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar is. Uit de politiemutaties blijkt dat voorafgaand aan de opname melding is gemaakt dat betrokkene met twee messen op een balkon zou staan. De melder wilde dat betrokkene de woning zou verlaten. Tijdens de opname heeft betrokkene een verpleegkundige gebeten. Uit de medische verklaring blijkt dat er sprake is van achterdocht bij betrokkene.
2.4.
Om ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, de geestelijke gezondheid van betrokkene dusdanig te herstellen dat hij zijn autonomie zoveel mogelijk herwint, heeft betrokkene zorg nodig.
2.5.
De advocaat voert ter mondelinge behandeling aan dat betrokkene zich niet verzet tegen de medicatie en de aangeboden zorg. Betrokkene wil vrijwillig blijven meewerken. Uit de medische verklaring blijkt dat betrokkene geen ziektebesef en -inzicht heeft. Hij wilde geen hulp en snapte ook niet waarom hij was opgenomen. Uit het zorgplan blijkt dat betrokkene tijdens de opname zijn medicatie heeft geweigerd. De rechtbank oordeelt onduidelijk is waar betrokkene na zijn ontslag naar toe gaat en dat het belangrijk is dat er iemand meekijkt om in de gaten te houden dat het goed gaat. De stijgende lijn van herstel dient bestendigd te worden. Om die reden is verplichte zorg nodig.
2.6.
De in het verzoekschrift opgenomen vormen van verplichte zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en de bevindingen van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken. De sociaal psychiatrisch verpleegkundige heeft aangegeven dat de opname en het beperken van de bewegingsvrijheid beperkt kan worden tot maximaal één week. Tijdens die week kan ofwel een ticket gekocht worden zodat betrokkene terug kan keren naar Italië ofwel kan ambulante hulpverlening worden ingezet. Namens betrokkene is subsidiair verzocht om het toedienen van medicatie niet toe te wijzen als vorm van verplichte zorg, omdat betrokkene dit vrijwillig wil nemen. De verpleegkundig specialist verklaart echter dat er betrokkene zijn medicijnen altijd genomen heeft met op de achtergrond de zorgmachtiging.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank dan ook de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk
voor de gehele periode van zes maanden vanaf 17 oktober 2024om het ernstig nadeel af te wenden:
  • het toedienen van medicatie, ter behandeling van een psychische stoornis;
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, inhoudende het accepteren en nakomen van ambulante behandelafspraken;
Voor een afwijkende periode van
maximaal één week vanaf 17 oktober 2024acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
  • het beperken van de bewegingsvrijheid;
  • het opnemen in een accommodatie.
2.7.
De overige door de officier verzochte vorm van verplichte zorg, te weten het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening, word door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de sociaal psychiatrisch verpleegkundige tijdens de mondelinge behandeling gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig is om het ernstig nadeel af te wenden.
2.8.
Voor de toegewezen vormen van verplichte zorg zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. Verder is de voorgestelde verplichte zorg evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.9.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend voor de verzochte duur van zes maanden met ingang van vandaag.

3.Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van [betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.6. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 17 april 2025;
3.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 17 oktober 2024 mondeling gegeven door mr. S.L. Raphael, rechter, in tegenwoordigheid van J. Dam, griffier, en op 31 oktober 2024 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.