Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.De procedure
- de vrouw, bijgestaan door haar advocaat;
- de man;
- de raad voor de kinderbescherming Rotterdam-Dordrecht (hierna: de raad), in zijn adviserende rol, vertegenwoordigd door [persoon A] .
2.De vaststaande feiten
- in de even weken van vrijdag uit school tot de daarop volgende maandag naar school;
- in de oneven weken donderdag uit school tot diezelfde donderdag 19.00 uur (eten bij de vader);
- de vakanties en feestdagen in onderling overleg, maar in beginsel ieder de helft van de dagen.
3.De beoordeling
- te bepalen dat de man [voornaam minderjarige 1] ziet in onderling overleg tussen de man en [voornaam minderjarige 1] ;
- te bepalen dat de man [voornaam minderjarige 2] ziet elk laatste weekend van de maand, waarbij de vrouw hem op vrijdagavond bij de man brengt en de man hem zondagavond weer thuis brengt. Daarbij in overleg: 2 dagen in de kerstvakantie, 4 dagen in de meivakantie en 3 weken in de zomervakantie,
4.De beslissing
Indien er op zaterdag geen basketbalwedstrijd is kan de zorgregeling op de vrijdag aanvangen, tijdstip door partijen in onderling overleg nader te bepalen,