ECLI:NL:RBROT:2024:10763

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
18 oktober 2024
Publicatiedatum
29 oktober 2024
Zaaknummer
11210601 CV EXPL 24-17424
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Verbintenissenrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geldvordering door drinkwaterbedrijf tegen gedaagde met betalingsachterstand

In deze zaak heeft Evides N.V., een drinkwaterbedrijf gevestigd in Rotterdam, een geldvordering ingesteld tegen een gedaagde die in betalingsachterstand verkeert. De procedure begon met een dagvaarding op 26 juni 2024, gevolgd door verschillende processtukken, waaronder aantekeningen van de griffier en correspondentie tussen de partijen. De kantonrechter heeft op 18 oktober 2024 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij de gedaagde werd veroordeeld om een achterstand van € 631,20 te betalen aan Evides. De gedaagde had erkend dat hij deze achterstand had en werd niet veroordeeld tot betaling van toekomstige facturen, aangezien deze al voortvloeien uit de bestaande overeenkomst. De kantonrechter wees de eis van Evides om toekomstige facturen te betalen af, omdat deze onvoldoende was onderbouwd. Daarnaast werd de gedaagde veroordeeld in de proceskosten, die door de kantonrechter zijn begroot op € 712,09. De partijen hebben een betalingsregeling afgesproken, waarbij de gedaagde het verschuldigde bedrag in termijnen kan aflossen. De kantonrechter heeft bepaald dat de gedaagde elke maand voor de 25e dag van de maand € 120,- moet aflossen, te beginnen in september 2024. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Evides het bedrag kan opeisen als de gedaagde zich niet aan de betalingsregeling houdt.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 11210601 CV EXPL 24-17424
datum uitspraak: 18 oktober 2024
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
Evides N.V.,
vestigingsplaats: Rotterdam,
eiseres,
gemachtigde: Syncasso Gerechtsdeurwaarders B.V.,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [plaatsnaam],
gedaagde,
die zelf procedeert.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 26 juni 2024, met bijlagen;
  • de aantekeningen van de griffier van de mondelinge reactie van [gedaagde] van 18 juli 2024;
  • de rolbeslissing van 23 augustus 2024;
  • de brief van Evides van 12 september 2024, met een bijlage;
  • de aantekeningen van de griffier van de mondelinge reactie van [gedaagde] van 17 september 2024.

2.De beoordeling

Waar gaat de zaak over?
2.1.
Evides levert drinkwater aan [gedaagde]. [gedaagde] moet hiervoor betalen, maar hij heeft een betaalachterstand. Evides eist (nadat zij haar eis heeft verminderd) dat [gedaagde] wordt veroordeeld om die achterstand en de komende facturen te betalen.
[gedaagde] moet nog € 631,20 betalen
2.2.
Evides en [gedaagde] zijn het erover eens dat [gedaagde] nu nog een achterstand heeft van € 631,20. [gedaagde] wordt veroordeeld om dat bedrag te betalen.
[gedaagde] wordt niet veroordeeld om toekomstige facturen te betalen
2.3.
De kantonrechter wijst de eis van Evides om [gedaagde] te veroordelen om de toekomstige facturen te betalen af. Uit de overeenkomst volgt namelijk al dat [gedaagde] die moet betalen. De eis houdt direct verband met de inmiddels ingetrokken eis om het water af te sluiten. Omdat Evides onvoldoende heeft toegelicht waarom zij toch belang heeft bij deze eis, wordt die afgewezen (artikel 3:303 BW).
[gedaagde] moet de proceskosten betalen
2.4.
[gedaagde] krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen (artikel 237 Rv). De kantonrechter begroot deze kosten aan de kant van Evides op € 114,09 aan dagvaardingskosten, € 328,- aan griffierecht, € 202,50 aan salaris voor de gemachtigde (1,5 punt x € 135,-) en € 67,50 aan nakosten. Dat is in totaal € 712,09. Hier kan nog een bedrag bijkomen als dit vonnis wordt betekend.
De partijen hebben een betalingsregeling afgesproken
2.5.
De partijen hebben een betalingsregeling afgesproken. Dat betekent dat [gedaagde] het bedrag van € 631,20 en de proceskosten niet in één keer aan Evides hoeft te betalen, zolang hij zich aan de regeling houdt. De regeling houdt in dat [gedaagde] iedere maand voor de 25e dag € 120,- moet aflossen. Hij heeft al twee keer betaald in juli en augustus. Daarom bepaalt de kantonrechter dat [gedaagde] vanaf september deze regeling moet nakomen.
2.6.
De kantonrechter begrijpt dat die regeling is getroffen voor twee verschillende dossiers. Het andere dossier laat de kantonrechter buiten beschouwing, omdat deze zaak daar niet over gaat. Het is uiteraard wel verstandig als [gedaagde] ook dat deel van de regeling nakomt. Zo voorkomt hij een nieuwe procedure en extra kosten.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan Evides € 631,20 te betalen;
3.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, die aan de kant van Evides worden begroot op € 712,09;
3.3.
bepaalt dat Evides de hiervoor genoemde bedragen niet kan opeisen zolang [gedaagde] elke maand voor de 25e dag van de maand € 120,- aflost, voor het eerst uiterlijk 25 september 2024;
3.4.
wijst al het andere af;
en, als [gedaagde] een maandelijkse aflossingstermijn niet of te laat betaalt:
3.5.
bepaalt dat [gedaagde] het bedrag dat op dat moment openstaat direct in één keer aan Evides moet betalen;
3.6.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. B.J.R. van Tongeren en in het openbaar uitgesproken.
33394