In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om compensatie voor de jaren 2011 tot en met 2016 op grond van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht). De Dienst Toeslagen had deze aanvraag afgewezen met het besluit van 23 november 2021, en het bestreden besluit van 13 april 2023 bevestigde deze afwijzing. Eiseres, die in het verleden kinderopvangtoeslag ontving, stelde dat zij recht had op compensatie vanwege institutionele vooringenomenheid en de hardheid van het wettelijk systeem. De rechtbank oordeelde dat eiseres in de jaren 2011 tot en met 2016 geen kinderopvangtoeslag had aangevraagd en dat er geen uitvoeringshandelingen waren verricht door de Dienst Toeslagen. Hierdoor was er geen recht op compensatie. De rechtbank concludeerde dat de afwijzing van de aanvraag door de Dienst Toeslagen terecht was en dat er geen sprake was van etnisch profileren of onzorgvuldige besluitvorming. Eiseres kreeg geen gelijk en het griffierecht werd niet teruggegeven.