In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 24 september 2024, wordt de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige, geboren in 2022, verlengd. De zaak betreft de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West, die het verzoek indient om de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige te verlengen voor de duur van de ondertoezichtstelling. De moeder van de minderjarige, die belast is met het ouderlijk gezag, heeft moeite met het bieden van een veilige en stabiele opvoedsituatie. Ondanks haar betrokkenheid bij de minderjarige, blijkt uit de procedure dat zij onvoldoende leerbaar is en dat er ernstige zorgen zijn over haar fysieke en emotionele beschikbaarheid. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de moeder niet openstaat voor de noodzakelijke hulpverlening en diagnostiek, wat de terugplaatsing van de minderjarige in de weg staat. De minderjarige verblijft sinds januari 2023 in een pleeggezin en ontwikkelt zich goed. De kinderrechter oordeelt dat het in het belang van de minderjarige is om de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen, zodat hij de stabiliteit en zorg kan blijven ontvangen die hij nodig heeft. De machtiging wordt verlengd tot 27 maart 2025, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.