ECLI:NL:RBROT:2024:10550

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
16 oktober 2024
Publicatiedatum
24 oktober 2024
Zaaknummer
FT RK 24-851
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Insolventierecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van een verzoek tot toelating tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) met betrekking tot een problematische schuldensituatie en strafrechtelijke veroordeling

Op 16 oktober 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de toelating van [verzoeker] tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). [verzoeker] bevond zich in een problematische schuldensituatie en had een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de WSNP. Tijdens de zitting op 9 oktober 2024 zijn verschillende betrokkenen verschenen, waaronder beschermingsbewindvoerders en schuldhulpverleners. De rechtbank heeft vastgesteld dat [verzoeker] aan de voorwaarden voor toelating tot de WSNP voldoet, ondanks een recente strafrechtelijke veroordeling. De rechtbank heeft de afwijzingsgrond van de strafrechtelijke veroordeling gepasseerd, omdat [verzoeker] blijk heeft gegeven van een serieuze houding ten opzichte van zijn schulden en hij heeft hulp gezocht door zich onder bewind te stellen.

De rechtbank heeft de verplichtingen uiteengezet waaraan [verzoeker] zich moet houden tijdens de WSNP, waaronder de informatieverplichting en de afdrachtverplichting. Tevens is er een bewindvoerder benoemd die toezicht houdt op de naleving van deze verplichtingen. De rechtbank heeft benadrukt dat strafrechtelijk gerelateerde schulden, zoals die voortvloeien uit de drugssmokkel, niet onder de werking van de schone lei vallen. Dit betekent dat [verzoeker] weliswaar kan worden toegelaten tot de WSNP, maar dat de vordering van Douanes & Droits Indirects van € 39.010,- uitgesloten blijft van de schone lei.

De rechtbank heeft de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling vastgesteld op 16 oktober 2024 en de einddatum op 16 april 2026. Gedurende de eerste dertien maanden van de regeling geldt een postblokkade, waarbij alle post naar de bewindvoerder gaat. De rechtbank heeft de beslissing openbaar uitgesproken en de betrokken partijen geïnformeerd over de verdere procedure.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team insolventie
insolventienummer: [nummer]
vonnis van:
16 oktober 2024
op het verzoek van:
[verzoeker],
wonende te [adres],
[woonplaats].
Waar deze zaak over gaat
[verzoeker] bevindt zich in een problematische schuldensituatie. Om tot een oplossing voor zijn schulden te komen heeft [verzoeker] een verzoek gedaan te worden toegelaten tot de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP). Dit verzoek wordt toegewezen. De rechtbank legt hierna uit waarom zij zo beslist.

1.De procedure

1.1.
[verzoeker] heeft een verzoek ingediend om te worden toegelaten tot de WSNP.
1.2.
Het verzoek is behandeld op de zitting van 9 oktober 2024. Op de zitting zijn verschenen:
- [verzoeker],
- mevrouw L. van Dam en mevrouw L. Demirdjian, beschermingsbewindvoerders,
- mevrouw A. Bharatsingh en mevrouw R. van ’t Ende, schuldhulpverleners bij de Kredietbank Rotterdam.

2.De beoordeling van het verzoek

De toelating

2.1.
[verzoeker] kan worden toegelaten tot de WSNP als hij zich in een problematische schuldensituatie bevindt en hij te goeder trouw was bij het ontstaan en onbetaald laten van zijn schulden. De rechtbank kijkt daarbij vooral naar de afgelopen drie jaar. Ook moet de verwachting bestaan dat [verzoeker] aan de verplichtingen van de WSNP zal voldoen.
2.2.
[verzoeker] voldoet aan alle eisen en wordt toegelaten tot de WSNP.
Strafrechtelijke veroordeling
2.3.
De rechtbank moet – in beginsel – een verzoek om toelating afwijzen als sprake is van schulden die voortvloeien uit een onherroepelijke strafrechtelijke veroordeling, die minder dan vijf jaar vóór het WSNP verzoek onherroepelijk is geworden (artikel 288 lid 2 sub c Fw). De rechtbank kan de afwijzingsgrond – een onherroepelijke strafrechtelijke veroordeling – geheel passeren, indien de schuldenaar – kort gezegd – de oorzaak van de strafrechtelijke schulden ‘onder controle heeft gekregen’ (artikel 288 lid 3 Fw). Dit geldt ook wanneer deze schulden korter dan vijf jaar geleden zijn ontstaan. De rechtbank zal de afwijzingsgrond passeren en legt hierna uit hoe zij hiertoe gekomen is.
2.4.
Ter zitting heeft [verzoeker] het volgende verklaard. [verzoeker] had schulden die hij niet meer kon betalen. De schulden zijn ontstaan doordat [verzoeker] zijn financiën liet beheren door zijn toenmalige partner. [verzoeker] is op enig moment – mede omdat zijn kleinzoon ziek was geworden – naar Suriname gegaan. In Suriname is [verzoeker] in contact gekomen met oude bekenden die hem hebben overgehaald om drugs te smokkelen naar Frankrijk. [verzoeker] heeft dat toen gedaan en is opgepakt. Hij is hiervoor veroordeeld tot een gevangenisstraf van zeven maanden en aan hem is voor een periode van tien jaar een verbod opgelegd om Frankrijk in te komen. Ook is hij per 15 september 2021, vanwege deze drugssmokkel, een bedrag van € 39.010,- verschuldigd. Dit bedrag moet hij betalen aan Douanes & Droits Indirects. [verzoeker] dacht zijn schulden op te lossen, maar heeft daarbij verkeerde keuzes gemaakt, waardoor weer nieuwe schulden zijn ontstaan. [verzoeker] heeft spijt van zijn handelen maar hij heeft geleerd van zijn fouten en heeft zijn straf uitgezeten. Hij wil graag stabiliteit in zijn financiële situatie en heeft daarbij hulp gezocht door zich vrijwillig onder beschermingsbewind te stellen. [verzoeker] heeft ter zitting verklaard dat hij het belangrijk vind om een oplossing te vinden voor zijn schulden. Voor de rechtbank is voldoende aannemelijk geworden dat [verzoeker] een serieuze en saneringsgezinde houding heeft. Bij de rechtbank is dan ook het vertrouwen ontstaan dat [verzoeker] de verplichtingen uit de wettelijke schuldsaneringsregeling naar behoren zal nakomen.
Verplichtingen
2.3.
De verplichtingen waaraan [verzoeker] tijdens de WSNP moet voldoen zijn: de informatieverplichting, de inspanningsverplichting, de verplichting geen nieuwe schulden te laten ontstaan, de verplichting om schuldeisers niet te benadelen en de afdrachtverplichting. Er wordt een bewindvoerder benoemd. Deze bewindvoerder controleert of de verplichtingen worden nagekomen. Er wordt ook een rechter-commissaris benoemd. De taak van de rechter-commissaris is om toezicht te houden op de bewindvoerder.
2.4.
Als [verzoeker] zich tijdens het WSNP-traject houdt aan alle verplichtingen die de WSNP met zich brengt, eindigt het traject met de zogenoemde “schone lei”. Dit betekent dat schuldeisers hun vorderingen ten aanzien waarvan de WSNP werkt niet meer op [verzoeker] kunnen verhalen.
Vordering uitgesloten van de schone lei
2.5.
De rechtbank wijst erop dat strafrechtelijk gerelateerde schulden, zoals genoemd in artikel 358, vierde lid van de Faillissementswet, niet onder de werking van de schone lei vallen. [verzoeker] kan wel worden toegelaten, maar de vordering tot betaling van een geldboete of schadevergoeding blijft bij een positieve afsluiting van de WSNP uitgesloten van de schone lei. Op grond van artikel 7 van de Insolventieverordening geldt dat het recht van de lidstaat waar de procedure wordt geopend, bepaalt onder welke voorwaarden deze procedure wordt geopend, verloopt en wordt beëindigd. Dit betekent dat ook strafrechtelijk gerelateerde schulden uit andere EU-landen, zoals Frankrijk, niet onder de werking van de schone lei vallen.
2.6.
[verzoeker] heeft een schuld van € 39.010,- aan Douanes & Droits Indirects. Voor de rechtbank is niet precies duidelijk kunnen worden waar deze vordering op ziet, behoudens dat deze verband houdt met het smokkelen van drugs naar Frankrijk. Over deze vordering zijn geen nadere stukken overgelegd. Wel heeft de rechtbank met [verzoeker] besproken dat hij er rekening mee moet houden dat de schone lei – gelet op de vorige rechtsoverweging – niet werkt ten aanzien van de vordering van Douanes & Droits Indirects. [verzoeker] heeft ter zitting aangegeven, ondanks het voorgaande, (alsnog) te willen worden toegelaten tot de WSNP.
Postblokkade
2.5.
De eerste dertien maanden van het traject geldt een postblokkade. Dat betekent dat in die periode alle post naar de bewindvoerder gaat. De bewindvoerder stuurt de post na controle door aan [verzoeker]. Als de schuldsaneringsregeling eerder eindigt, stopt ook de postblokkade.
Bevoegdheid rechtbank
2.6.
De rechtbank is, gelet op het bepaalde in artikel 3 lid 1 Verordening (EU) 2015/848 van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie, bevoegd deze insolventieprocedure als hoofdprocedure te openen nu het centrum van voornaamste belangen van [verzoeker] in Nederland ligt.

3.De beslissing

De rechtbank:
- spreekt de toepassing van de wettelijke schuldsaneringsregeling uit ten aanzien van:
[verzoeker],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
wonende te [adres];
- benoemt tot rechter-commissaris mr. M.C. Franken
en tot bewindvoerder mr. J. van Rijen,
gevestigd te [postadres]
;
- stelt de ingangsdatum van de schuldsaneringsregeling vast op 16 oktober 2024 en de einddatum op 16 april 2026;
- draagt de bewindvoerder op om de komende dertien maanden de post van [verzoeker] in te zien;
- bepaalt dat de bewindvoerder een voorschot op de vergoeding mag nemen volgens het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering. Deze vergoeding is gelijk aan 1/19e deel van de overeenkomstig artikel 2 van dat Besluit te berekenen vergoeding. Dit kan alleen:
- zolang de schuldsaneringsregeling loopt en,
- voor zover de boedel toereikend is.
Dit is de beslissing van mr. M.C. Franken, rechter, in samenwerking met S.R.L.T. Peek, griffier. Deze beslissing is in het openbaar uitgesproken op 16 oktober 2024.