Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[gedaagde 1] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 16 april 2024, met bijlagen;
- het schriftelijk antwoord en mondeling verweer van [gedaagde 1] ;
- de repliek van SFVG
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak vordert de Stichting Sint Franciscus Vlietland Groep (hierna: SFVG) betaling van onbetaalde zorgkosten door gedaagde 1, wiens minderjarige kind een medische behandeling heeft ondergaan bij SFVG. De gedaagde heeft een factuur ontvangen voor de behandeling, maar heeft deze niet betaald. Gedaagde 1 betwist de vordering door te stellen dat zijn kind verzekerd was voor de zorgkosten, maar moet dit bewijs aanleveren bij zijn zorgverzekeraar. De kantonrechter oordeelt dat er een overeenkomst is gesloten voor de behandeling en dat gedaagde 1 verantwoordelijk is voor de betaling, aangezien het kind op het moment van de behandeling niet als verzekerd stond ingeschreven. De vordering tot betaling van de hoofdsom van € 424,23 wordt toegewezen, evenals de buitengerechtelijke incassokosten van € 76,99 en de wettelijke rente. Gedaagde 1 wordt ook veroordeeld in de proceskosten, die door de kantonrechter zijn vastgesteld op € 473,79. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad, wat betekent dat SFVG het vonnis onmiddellijk kan uitvoeren, ook als gedaagde 1 in hoger beroep gaat.