In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 25 oktober 2023, wordt een ondertoezichtstelling opgelegd aan de minderjarige [voornaam minderjarige01], geboren op [geboortedatum01] 2020. De zaak is aangespannen door de Raad voor de Kinderbescherming regio Rotterdam-Dordrecht, die zich zorgen maakt over de cognitieve en verbale ontwikkeling van de minderjarige. De moeder, die het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige01] heeft, woont bij hem en heeft een advocaat, mr. F.C. Hoogeveen, ingeschakeld. De vader is niet verschenen op de zitting, ondanks een behoorlijke oproep.
De procedure begon met een verzoekschrift van de Raad op 28 september 2023, gevolgd door een mondelinge behandeling op 23 oktober 2023. Tijdens deze behandeling werd duidelijk dat de moeder eerder niet goed functioneerde in de hulpverlening, maar dat er nu een nieuwe begeleider is waarmee zij beter kan samenwerken. De Raad verzoekt om een ondertoezichtstelling van negen maanden, maar de moeder verzoekt om afwijzing van dit verzoek of een kortere duur.
De kinderrechter oordeelt dat de zorgen over de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01] ernstig zijn en dat er onvoldoende zicht is geweest op zijn situatie. De kinderrechter besluit om de ondertoezichtstelling voor een periode van zes maanden op te leggen, met de mogelijkheid tot verlenging indien nodig. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de mogelijkheid tot hoger beroep is aangegeven.