Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 12 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering, het meewerken aan ambulante behandeling en het meewerken aan middelencontrole;
- oplegging van de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid ex artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht (hierna: Sr), inhoudende een contactverbod met aangeefster [slachtoffer01] , te vervangen door hechtenis voor de duur van 2 weken per overtreding van de maatregel, met een maximum van 6 maanden hechtenis.
4.Waardering van het bewijs
5.Vordering benadeelde partij
6.Bijlage
7.Beslissing
- kussen/zoenen in/van de nek en/of van/op het T-shirt ter hoogte van de borst(en) van die [slachtoffer01] en/of
- wrijven over de (met kleding bedekte) borst(en) van die [slachtoffer01] en/of
- plaatsen van zijn, verdachtes, hand en/of vinger(s) in de (onder)broek en/of (vervolgens) aanraken van de (ontblote) vagina van die [slachtoffer01] ,
- plaatsen van zijn, verdachtes, armen om de middel, althans het (boven)lichaam van die [slachtoffer01] en/of
- (vervolgens) trekken/duwen/begeleiden van die [slachtoffer01] naar een speeltuin en/of
- zeggen dat die [slachtoffer01] nog een paar minuten moest/kon blijven;
( art 246 Wetboek van Strafrecht )