Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 en 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 15 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 5 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en als bijzondere voorwaarden: een meldplicht bij de reclassering, opname in een zorginstelling, ambulante behandeling, verblijf in een instelling voor begeleid wonen of maatschappelijke opvang, meewerken aan middelencontrole en een inspanningsverplichting voor het verkrijgen en behouden van dagbesteding;
- bevel van dadelijke uitvoerbaarheid van deze voorwaarden.
4.Waardering van het bewijs
5.Strafbaarheid feiten
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf
- Meldplicht bij reclassering
- Opname in een zorginstelling
- Ambulante behandeling
- Begeleid wonen of maatschappelijke opvang
- Meewerken aan middelencontrole
- Inspanningsverplichting.
8.Vordering benadeelde partij en schadevergoedingsmaatregel
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Bijlagen
11.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 10 (tien) maanden;
5 (vijf) maandenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
3 (drie) jaar;
€ 1.000 (zegge: duizend euro), volledig bestaande immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 19 mei 2023 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij01] te betalen
€ 1.000(hoofdsom,
zegge: duizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 19 mei 2023 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.000 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 (twintig) dagen;