Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.Het verzoek
De standpunten
Rechtbank Rotterdam
In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 12 september 2023, wordt een ondertoezichtstelling van de minderjarige [kind01] bevolen. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om deze ondertoezichtstelling voor de duur van zes maanden, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad. De ouders van [kind01] zijn belast met het ouderlijk gezag, maar er zijn zorgen over hun vermogen om adequaat te communiceren en samen te werken in het belang van hun kind. De moeder heeft te maken met een psychiatrisch ziektebeeld, wat de situatie verder compliceert. Tijdens de mondelinge behandeling waren zowel de ouders als vertegenwoordigers van de Raad en de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming aanwezig. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er geen verweer is gevoerd tegen de ondertoezichtstelling en dat de gronden zoals gesteld in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek aanwezig zijn. De kinderrechter oordeelt dat [kind01] ernstig in zijn ontwikkeling wordt bedreigd en dat de ouders niet in staat zijn om de nodige zorg en veiligheid te bieden. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de ouders zijn geïnformeerd over hun recht om in hoger beroep te gaan.