ECLI:NL:RBROT:2023:9217
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep na overlijden volmachtgever zonder machtiging erfgenamen
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 20 september 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de niet-ontvankelijkheid van een beroep. De zaak betreft de erven van [persoon A], die bezwaar hadden gemaakt tegen de vastgestelde waarde van een onroerende zaak voor het belastingjaar 2022. De waarde was vastgesteld door de heffingsambtenaar van de gemeente Molenlanden op € 628.000,-, maar na bezwaar was deze verlaagd naar € 558.000,-. De gemachtigde, mr. A. Bakker, heeft namens [persoon A] beroep ingesteld, maar het bleek dat [persoon A] in mei 2022 was overleden. Hierdoor was de volmacht die aan Bakker was verleend geëindigd. De rechtbank heeft vastgesteld dat Bakker geen machtiging van de erfgenamen of een verklaring van erfrecht had overgelegd, en dat hij ook niet had verzocht om een termijn om dit alsnog te doen. De rechtbank concludeert dat het beroep niet-ontvankelijk is, omdat de rechtshandeling van het instellen van het beroep aan Bakker zelf wordt toegerekend. De rechtbank heeft geen inhoudelijke beoordeling van de beroepsgronden kunnen maken en heeft de zaak afgesloten zonder proceskostenveroordeling.