Op 21 augustus 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de toepassing van de schuldsaneringsregeling voor een verzoekster die in financiële problemen verkeert. De verzoekster heeft een verzoekschrift ingediend tot toepassing van de schuldsaneringsregeling, waarbij zij werd bijgestaan door verschillende hulpverleners. Tijdens de zitting werd vastgesteld dat de verzoekster in de afgelopen drie jaar enkele schulden had laten ontstaan door overbesteding, maar dat zij inmiddels gemotiveerd was om haar schulden aan te pakken. De rechtbank oordeelde dat de verzoekster voldeed aan de voorwaarden voor toelating tot de schuldsaneringsregeling, ondanks dat zij momenteel een opleiding volgt die haar in staat stelt om niet fulltime te werken. De rechtbank heeft besloten om de verzoekster voor een periode van tweeënhalf jaar toe te laten tot de schuldsaneringsregeling, met de voorwaarde dat zij haar opleiding succesvol afrondt. De rechtbank benadrukte dat de verzoekster in de tussentijd geen nieuwe schulden mag maken en dat zij zich moet inspannen om zoveel mogelijk baten voor de boedel te verwerven. De beslissing van de rechtbank is genomen met inachtneming van de relevante wetgeving, waaronder de Faillissementswet, en de rechtbank heeft de bevoegdheid om deze procedure te openen vastgesteld. De uitspraak is openbaar gemaakt en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen acht dagen na de uitspraak.