ECLI:NL:RBROT:2023:9062
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de rechtmatigheid van de aanslag afvalstoffenheffing en de bevoegdheid van de rechtbank inzake kwijtscheldingsverzoek
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 19 september 2023 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiser, een inwoner van [plaatsnaam], en de heffingsambtenaar van de gemeente Rotterdam. Eiser had een aanslag afvalstoffenheffing ontvangen voor het belastingjaar 2022, welke hij betwistte. De aanslag was opgelegd op basis van het besluit van 14 februari 2022. Eiser had bezwaar gemaakt tegen deze aanslag, maar dit bezwaar werd ongegrond verklaard in de uitspraak op bezwaar van 10 maart 2022. Hierop heeft eiser beroep ingesteld bij de rechtbank.
Tijdens de zitting op 8 augustus 2023 heeft eiser aangevoerd dat hij niet in staat is de aanslag te betalen vanwege een hoge nettoschuld, en verzocht om kwijtschelding. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat zij niet bevoegd is om te oordelen over het verzoek om kwijtschelding, aangezien dit niet binnen haar rechtsmacht valt. De rechtbank kan enkel de rechtmatigheid van de aanslag beoordelen, en deze staat tussen partijen niet ter discussie.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de aanslag terecht is opgelegd en dat eiser geen recht heeft op terugbetaling van het griffierecht of vergoeding van proceskosten, omdat het beroep ongegrond is verklaard. Eiser kan in de toekomst wel een verzoek om kwijtschelding indienen bij verweerder, maar dit moet via de juiste procedure gebeuren. De uitspraak is openbaar uitgesproken en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid tot hoger beroep.