In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, heeft Bonis Accountancy B.V. een vordering ingesteld tegen een gedaagde partij, die niet bij naam is genoemd in het document. Bonis Accountancy stelt dat zij in de periode van oktober 2020 tot en met april 2021 werkzaamheden heeft verricht voor de gedaagde, waaronder het voeren van de administratie en het opstellen van belastingaangiften. Bonis Accountancy vordert een bedrag van € 968,00 aan openstaande facturen, maar de gedaagde betwist dat er een overeenkomst tot stand is gekomen en dat er werkzaamheden zijn verricht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er op essentiële punten onduidelijkheid bestaat tussen partijen, waardoor bewijslevering noodzakelijk is. De kantonrechter heeft Bonis Accountancy in de gelegenheid gesteld om bewijs te leveren van de gestelde overeenkomst en de verrichte werkzaamheden. De zaak is aangehouden voor een rolzitting op 12 oktober 2023, waar Bonis Accountancy schriftelijk moet uitlaten over de bewijslevering. De kantonrechter heeft ook aandacht gevraagd voor de inconsistentie in de data van de facturen die door Bonis Accountancy zijn overgelegd. De beslissing van de kantonrechter houdt in dat Bonis Accountancy moet aangeven hoe zij het bewijs wil leveren, en dat zij zorg moet dragen voor de oproeping van eventuele getuigen. De verdere beslissing is aangehouden.