Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- de beschikking van de kinderrechter van deze rechtbank van 18 augustus 2023 en de daaraan ten grondslag liggende stukken;
- het nagekomen gezinsplan van de GI van 26 juni 2023, binnengekomen bij de griffie op 28 augustus 2023.
2.De feiten
3.Het verzoek
4.De standpunten
C/10/662789 /KG ZA 23-685). Daarin is bepaald dat de moeder de woning zal moeten verlaten en dat [voornaam minderjarige01] aan de vader wordt toevertrouwd. Dat de minderjarige niet veilig was is in de stukken naar voren gebracht. De vader is in staat de verzorging op zich te nemen. Hij kan zich daarom vinden in het verzoek van de GI. Ondanks de toevertrouwing heeft het de voorkeur dat ook het verzoek van de GI tot uithuisplaatsing wordt toegewezen.
5.De beoordeling
C/10/662789 /KG ZA 23-685). Op basis van die rechterlijke beslissing verblijft [voornaam minderjarige01] bij de gezaghebbende vader zo lang de procedure ten aanzien van het hoofdverblijf voortduurt. De GI heeft dan ook geen machtiging van de kinderrechter nodig om [voornaam minderjarige01] bij haar vader te laten verblijven, noch is die machtiging noodzakelijk om duidelijkheid te verschaffen over bij welke gezaghebbende ouder [voornaam minderjarige01] verblijft. Het verzoek zal daarom worden afgewezen.