Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding, met producties;
- de conclusie van antwoord;
- de oproepingsbrief van deze rechtbank van 21 februari 2023;
- de akte overleggende producties van [eiser01] ;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 29 augustus 2023;
- de brief van mr. Van Gils van 8 september 2023 met een reactie op het proces-verbaal.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Bevoegdheid en toepasselijk recht
onrechtmatiggehandeld. Dat handelen maakt namelijk inbreuk op het eigendomsrecht van [eiser01] (artikel 6:162 lid 2 BW). Vooralsnog staat echter niet vast dat [gedaagde01] heeft gedaan alsof zij betaalde en de auto heeft meegenomen. [gedaagde01] heeft dat namelijk betwist en aangevoerd dat het [naam01] was die de betaling deed en die de auto ook heeft meegenomen. Omdat op grond van de hoofregel van artikel 150 Rv op [eiser01] de bewijslast rust van de stelling dat [gedaagde01] deed alsof zij betaalde, terwijl dat niet het geval was, en de auto vervolgens heeft meegenomen, draagt de rechtbank hem op die stelling te bewijzen. De rechtbank ziet, anders dan [eiser01] ter zitting heeft betoogd, geen aanleiding om af te wijken van deze hoofdregel. Dat geldt ook voor de bewijsopdrachten die hierna volgen.
5.De beslissing
oktober tot en met december 2023direct moet opgeven, waarna dag en uur van het getuigenverhoor zullen worden bepaald;