In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 13 september 2023, wordt het beroep van eiseres tegen een boete van € 2.500,- beoordeeld. De boete is opgelegd door de minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor het aanprijzen van een diergeneesmiddel zonder de vereiste vergunning. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde H.B. Klinkenbijl, betwist de boete en stelt dat de claim op haar website al was aangepast na eerdere contacten met de NVWA. De rechtbank behandelt de zaak en concludeert dat de minister terecht heeft vastgesteld dat eiseres een overtreding heeft begaan van de Wet dieren. De rechtbank oordeelt dat de opgelegde boete niet onevenredig is, gezien de risico's voor het dierenwelzijn die voortvloeien uit de onjuiste aanprijzing van het product. De rechtbank wijst erop dat eiseres verantwoordelijk is voor de inhoud van haar website en dat de overtreding een risico voor dieren met zich meebrengt. De rechtbank concludeert dat de boete van € 2.500,- passend is, ook al is deze gematigd ten opzichte van het standaardbedrag. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.