Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
Penitentiaire Inrichting [naam PI01] , locatie [detentielocatie01] ,
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- vrijspraak van het in de zaak met parketnummer 10/011848-23 onder 1 ten laste gelegde;
- bewezenverklaring van het in de zaak met parketnummer 10/311086-22 onder 1, 2, 3 primair, 4 en 5 primair ten laste gelegde en van het in de zaak met parketnummer 10/011848-23 onder 2 en 3 ten laste gelegde;
- indien de rechtbank toekomt aan een veroordeling voor de feiten onder parketnummer 10/011848-23: veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaar met aftrek van voorarrest,
- indien de rechtbank niet toekomt aan een veroordeling voor de feiten onder parketnummer 10/011848-23: veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 48 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar en met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering, alsmede dadelijke uitvoerbaarheid van de bijzondere voorwaarden;
- oplegging van de vrijheidsbeperkende maatregel als bedoeld in artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht (Sr), inhoudende een contactverbod met de aangevers en de medeverdachten voor de duur van twee jaar en, indien niet aan de maatregel wordt voldaan, één week vervangende hechtenis per overtreding, met een totale duur van ten hoogste zes maanden, alsmede dadelijke uitvoerbaarheid van de maatregel;
- verbeurdverklaring van de in beslag genomen telefoon.
4.Waardering van het bewijs
18 juli over een Glock, had direct na het schietincident de beschikking over een video waarop de schietpartij is waar te nemen en heeft een selfie gestuurd met de tekst dat de klus is gelukt. Primair kan de verdachte worden beschouwd als de schutter, subsidiair als medepleger.
5.Strafbaarheid feiten
medeplegen van opzettelijk en wederrechtelijk enig gebouw dat geheel of ten dele aan een ander toebehoort, beschadigen;
2.medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
medeplegen van een poging tot opzettelijk een ontploffing teweegbrengen, terwijl daarvan gemeen gevaar voor goederen te duchten is;
4.medeplegen van bedreiging met enig misdrijf tegen het leven gericht;
medeplegen van een poging tot zware mishandeling.
6.Strafbaarheid verdachte
7.Motivering straf en maatregel
8.In beslag genomen voorwerpen
9.Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 42 (tweeënveertig) maanden;
3 (drie) jaar;
de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
- [slachtoffer01] geboren op [geboortedatum02] 1992 in [geboorteplaats02] en
- verklaart verbeurd als bijkomende straf voor de feiten onder parketnummer 10/311086-22:
€ 41.220,92 (zegge: eenenveertigduizend tweehonderdtwintig euro en tweeënnegentig cent),bestaande uit € 39.220,92 aan materiële schade en € 2.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 28 november 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer01] te betalen
€ 41.220,92(hoofdsom,
zegge: eenenveertigduizend tweehonderdtwintig euro en tweeënnegentig cent),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 november 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 41.220,92 niet mogelijk blijkt, gijzeling kan worden toegepast voor de duur van; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
241 dagen
€ 12.213,76 (zegge: twaalfduizend tweehonderddertien euro en zesenzeventig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 28 november 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van [bedrijf01] B.V. te betalen
€ 12.213,76(hoofdsom,
zegge: twaalfduizend tweehonderddertien euro en zesenzeventig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 28 november 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 12.213,76 niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
96 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 3.000,- (zegge: drieduizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 27 november 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de Staat ten behoeve van [slachtoffer02] te betalen
€ 3.000,- (hoofdsom
, zegge: drieduizend euro),vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 27 november 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 3.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
40 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;