ECLI:NL:RBROT:2023:8310

• Datum uitspraak: 22 augustus 2023
• Publicatiedatum: 12 september 2023
• Zaaknummer: 10/712019-15
• Instantie: Rechtbank Rotterdam
• Type: Uitspraak
• Rechtsgebied: Strafrecht
• Procedures: Beschikking
• Rechters: G.P. van Beek; K.Th. van Barneveld; F.J.E. van Rossum
• Vindplaatsen: Rechtspraak.nl

AI samenvatting door Lexboost • Automatisch gegenereerd

Verlenging van de termijn van terbeschikkingstelling in verband met seksuele delicten en psychische problematiek

In deze beschikking van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 22 augustus 2023, is de termijn van de terbeschikkingstelling van de terbeschikkinggestelde verlengd met twee jaren. De rechtbank heeft deze beslissing genomen naar aanleiding van een vordering van het openbaar ministerie, die op 23 juni 2023 werd ingediend. De terbeschikkinggestelde, die sinds 26 juli 2017 onder terbeschikkingstelling staat, is eerder veroordeeld voor ernstige seksuele delicten, waaronder seksueel misbruik van minderjarigen en het bezit van kinderporno. De rechtbank heeft vastgesteld dat de terbeschikkinggestelde nog steeds lijdt aan een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens, en dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd.

Tijdens de openbare terechtzitting op 22 augustus 2023 zijn de terbeschikkinggestelde, zijn raadsman mr. R.J.M. Oerlemans, en de officier van justitie mr. M. Boekhoud gehoord. De instelling waar de terbeschikkinggestelde verblijft, heeft in een rapport van 23 mei 2023 geadviseerd om de terbeschikkingstelling met twee jaren te verlengen, gezien de complexiteit van de problematiek en het risico op terugval in delictgedrag. De rechtbank heeft dit advies gevolgd, ondanks het verzoek van de terbeschikkinggestelde en zijn raadsman om de verlenging te beperken tot één jaar. De rechtbank oordeelt dat er geen reëel zicht is op ontslag na één jaar en dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde nog geruime tijd in beslag zal nemen.

De beslissing is genomen door een meervoudige kamer voor strafzaken, bestaande uit de voorzitter mr. G.P. van Beek en de rechters mr. drs. K.Th. van Barneveld en mr. F.J.E. van Rossum. De rechtbank wijst het meer of anders gevraagde af en stelt de duur van de verlenging vast op twee jaar. Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2

Parketnummer: 10/712019-15

Datum uitspraak: 22 augustus 2023

Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:

[naam] (hierna ook: de terbeschikkinggestelde),

geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1973,

verblijvende in FPC Dr. Henri van der Hoeven Kliniek te Utrecht (de instelling),

raadsman mr. R.J.M. Oerlemans, advocaat te ’s-Hertogenbosch.

1. Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 7 november 2016 is de terbeschikkingstelling van [naam] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen. De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van seksueel misbruik van en ontucht met minderjarigen, meermalen gepleegd, het vervaardigen, verwerven en in bezit hebben van kinderporno, het maken van een gewoonte van deze strafbare feiten en terzake van onttrekking van een minderjarige aan het wettelijk gezag.

De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 26 juli 2017.

Bij beslissingen van deze rechtbank van 20 augustus 2021 is de terbeschikkingstelling verlengd met twee jaar.

2. Procesverloop

De rechtbank heeft op 23 juni 2023 van het openbaar ministerie een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling met twee jaren. Bij die vordering zijn de daarbij vereiste stukken gevoegd.

De vordering is op de openbare terechtzitting van 22 augustus 2023 behandeld. De officier van justitie mr. M. Boekhoud, de terbeschikkinggestelde, bijgestaan door de raadsman

mr. R.J.M. Oerlemans en als deskundige [naam deskundige] , werkzaam bij de instelling, zijn gehoord.

3. Adviezen

Advies instellingDe instelling adviseert in het rapport, gedateerd 23 mei 2023, de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaren. De deskundige heeft dit advies ter terechtzitting nader toegelicht.

Uit het advies blijkt dat bij de terbeschikkinggestelde sprake is van een seksuele deviante stoornis in de vorm van hebefilie, niet exclusief, een persoonlijkheid met antisociale trekken, ADHD en een autismespectrumstoornis.

De terbeschikkinggestelde toont volgens het advies inzet en motivatie gedurende zijn behandeling. Sinds enkele maanden verblijft hij middels transmuraal verlof in een woonvoorziening van de Sluis, waarbij hij langdurig en intensief begeleid kan worden bij zijn resocialisatie. Hij boekt voortgang, maar het blijft lastig om het geleerde te generaliseren. Daarbij vertoont de terbeschikkinggestelde soms heimelijk gedrag, zodat verder toezicht nog essentieel is. Gezien de complexiteit van de problematiek wordt verwacht dat hij langdurig aangewezen zal zijn op ondersteuning en begeleiding. Vrijheden zullen worden getemporiseerd en uitgebreid worden getoetst.

Het risico op terugval in seksueel delictgedrag wordt in de huidige situatie van toezicht ingeschat als laag tot matig. Wanneer het tbs-kader nu zou komen te vervallen, wordt het risico ingeschat als hoog. Daarom adviseert de instelling om de terbeschikkingstelling met dwangverpleging te verlengen met twee jaren.

4. Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.

Standpunt van de ter beschikking gestelde

De terbeschikkinggestelde en de raadsman erkennen dat aan de juridische voorwaarden voor verlenging van de terbeschikkingstelling wordt voldaan. De terbeschikkinggestelde ziet in dat hij nog behandeling nodig heeft. De terbeschikkinggestelde en de raadsman bepleiten echter verlenging van de terbeschikkingstelling met één jaar, zodat in de instelling aandacht blijft voor de voortgang van de behandeling en het behalen van de behandeldoelen van de terbeschikkinggestelde.

5. Beoordeling

Op grond van het advies van de instelling en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting is de rechtbank van oordeel dat:

- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;

- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar wordt verlengd.

De rechtbank stelt de duur van de verlenging op twee jaar. Zij overweegt dat alle partijen erkennen dat de behandeling van de terbeschikkinggestelde nog geruime tijd in beslag zal nemen en er geen reëel zicht is op ontslag na één jaar. De rechtbank ziet geen grond om af te wijken van het uitgangspunt van verlenging van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging met twee jaar. Zij volgt de terbeschikkinggestelde niet in zijn standpunt dat de instelling zich bij een kortere verlenging meer voortvarend zal inzetten.

De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen.

6. Beslissing

De rechtbank:

verlengt de termijn van de terbeschikkingstelling met
2 (twee) jaren ;

wijst af het meer of anders gevraagde.

Deze beslissing is genomen door mr. G.P. van Beek, voorzitter,

en mr. drs. K.Th. van Barneveld en mr. F.J.E. van Rossum, rechters,

in tegenwoordigheid van mr. T. van Driel, griffier en uitgesproken op de openbare terechtzitting.

De jongste rechter is buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.

Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.