ECLI:NL:RBROT:2023:8235

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
29 augustus 2023
Publicatiedatum
8 september 2023
Zaaknummer
10/035927-23
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor het verspreiden van pornografisch materiaal aan een minderjarige

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 29 augustus 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die is beschuldigd van het verspreiden van pornografisch materiaal aan een minderjarige. De verdachte, geboren in 1967, heeft via WhatsApp en andere communicatiediensten seksueel getinte beelden en video's gestuurd naar een slachtoffer dat op dat moment jonger was dan zestien jaar. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte misbruik heeft gemaakt van de kwetsbare positie van het slachtoffer, die als leerlinge op de school van de verdachte was ingeschreven. De verdachte was zich bewust van de kwetsbaarheid van het slachtoffer, dat bekend was met suïcidale gedachten en automutilatie. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 180 uur en een voorwaardelijke gevangenisstraf van één maand, met bijzondere voorwaarden waaronder een meldplicht bij de reclassering en ambulante behandeling. De rechtbank heeft de ernst van het feit en de impact op het slachtoffer zwaar laten meewegen in de strafmaat. De verdachte heeft het ten laste gelegde bekend, en er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit of de verdachte uitsluiten. De rechtbank heeft de verdachte als strafbaar verklaard en de opgelegde straf als passend en geboden beschouwd.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/035927-23
Datum uitspraak: 29 augustus 2023
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum 1] 1967,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres:
[adres] te ( [postcode] ) [woonplaats] ,
raadsman mr. G.L. Gijsberts, advocaat te 's-Gravenhage.

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 15 augustus 2023.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. W.L. van Prooijen heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een taakstraf voor de duur van 180 uur, te vervangen door 90 dagen hechtenis en een gevangenisstraf voor de duur van twee maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaar en als bijzondere voorwaarden een meldplicht bij de reclassering en ambulante behandeling.

4.Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
De verdachte heeft het ten laste gelegde bekend. Dit feit zal – met inachtneming van de door de officier van justitie ter terechtzitting gevorderde te bewijzen periode – zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij op meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 28 september
2019tot
25 september 2022, te [plaats delict] , gemeente [gemeente] , afbeeldingen waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, heeft verstrekt, aan een minderjarige, te weten: [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum 2] 2006, van wie hij, verdachte, wist dat die [slachtoffer] jonger was dan zestien jaar, immers heeft hij, verdachte, via WhatsApp en een andere communicatiedienst,
- aan die [slachtoffer] een foto van een deels ontblote penis toegestuurd en
- aan die [slachtoffer] video‘s/filmpjes toegestuurd waarop hij, verdachte, met zijn tong demonstreerde hoe je een vrouw oraal kon bevredigen, in elk geval met zijn tong bewegingen maakte alsof hij met een vrouw orale seks aan het bedrijven was en
- aan die [slachtoffer] video‘s/filmpjes toegestuurd waarop hij, verdachte, (in zijn onderbroek) met zijn onderlichaam zgn. neukbewegingen, althans stotende bewegingen, maakte tegen een kussen;
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze cursief verbeterd. De verdachte is hierdoor niet in de verdediging geschaad.

5.Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
een afbeelding, bevattende een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, verstrekken aan een minderjarige van wie hij weet of redelijkerwijs moest vermoeden, dat deze jonger is dan zestien jaar, meermalen gepleegd
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
Het feit is dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feit waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft als medewerker van een Vmbo-scholengemeenschap via Whatsapp en één keer via Snapchat seksueel getint contact gehad met een leerlinge van die school. Op het moment dat dit contact begon was het slachtoffer bijna 13 jaar en de verdachte bijna 40 jaar ouder. Dit contact heeft circa drie jaar geduurd. Het contact bestond (onder meer) uit het voeren van seksueel getinte gesprekken met het slachtoffer en het sturen van seksueel getinte foto’s en video’s naar het slachtoffer. De verdachte was toen als roostermaker/conciërge werkzaam op de school van het slachtoffer. Hij is met haar in contact gekomen toen hij haar observeerde tijdens een door een andere medewerker gegeven “groeitraining”. Het slachtoffer volgde die training op school, om sterker in haar schoenen komen te staan. Zij werd beschouwd als naïef, onzeker, eenzaam en kwetsbaar. De verdachte was daarvan derhalve op de hoogte. De verdachte wist bovendien dat zij bekend was met suïcidale gedachten en automutilatie. Het slachtoffer beschouwde hem als vertrouwenspersoon en ook dat moet de verdachte hebben geweten. De rechtbank rekent het de verdachte aan dat hij gedurende een lange periode, totdat de ouders van het slachtoffer erachter kwamen en aangifte hebben gedaan, met zijn handelen de grenzen van dit zeer jonge slachtoffer heeft overschreden en daarbij misbruik heeft gemaakt van haar kwetsbare positie. Daarbij zijn de specifieke afbeeldingen en video’s die de verdachte naar het slachtoffer heeft gestuurd, schadelijk te achten voor haar ontwikkeling. Jeugdigen als het slachtoffer moeten hiertegen worden beschermd.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van 13 juli 2023, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.3.2.
Rapportages
Reclassering Nederland heeft een rapport over de verdachte opgemaakt, gedateerd 19 april 2023. Dit rapport houdt – kort gezegd – het volgende in.
De verdachte volhardt geen seksueel motief voor het ten laste gelegde te hebben gehad, noch hier enig seksueel gerief aan te hebben onttrokken, maar kan vooralsnog niet verklaren wat hem wel heeft aangezet tot zijn handelen. De verdere persoonlijke omstandigheden van de verdachte verlopen grotendeels zonder opmerkelijke problematiek. Zijn situatie qua huisvesting, werk, vrijetijdsbesteding, inkomen en financiën is stabiel. Hij heeft goed contact met gezin van herkomst en verdere familie, hij is zonder opmerkelijkheden en/of problematiek opgegroeid, zijn huwelijk is ondanks onderhavige kwestie relatief onbeschadigd gebleven en er lijkt zich geen problematiek af te spelen qua middelengebruik. Daarentegen kent betrokkene een beperkt sociaal vangnet buiten zijn familie en huwelijk om, is dit huwelijk ongewenst kinderloos gebleven, lijkt zijn seksualiteitsbeleving beperkt, zijn gevoelsleven oppervlakkig, is hem naar eigen zeggen in februari/maart van dit jaar door een psycholoog en psychiater te kennen gegeven autistische trekjes te hebben en kan op dit moment niet worden uitgesloten dat er sprake is van seksuele problematiek. Nu de reclassering de kans op herhaling van gedrag zoals ten laste gelegd niet kan uitsluiten, adviseren zij een (deels) voorwaardelijke straf, gekoppeld aan een proeftijd, met een meldplicht en ambulante behandeling als bijzondere voorwaarden.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
Gezien de aard en ernst van het feit zal de rechtbank een taakstraf van na te noemen duur opleggen. Bij de bepaling van de strafmodaliteit en de hoogte daarvan heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken worden opgelegd.
Nu de reclassering begeleiding en bijzondere voorwaarden noodzakelijk acht, zal de rechtbank verder een voorwaardelijke gevangenisstraf opleggen, met de voorwaarden die hierna worden genoemd. Dit voorwaardelijk strafdeel dient er tevens toe de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw strafbare feiten te plegen. De verdediging heeft verzocht om te volstaan met een deels voorwaardelijke taakstraf. Gelet op de aard en de ernst van het feit en de duur van de bewezen verklaarde periode ziet de rechtbank hiertoe geen aanleiding.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d en 240a van het Wetboek van Strafrecht.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) maand;
bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op
2 (twee) jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
- de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarden:
1. de veroordeelde meldt zich - na daartoe een uitnodiging te hebben ontvangen - binnen de gestelde termijn bij de Reclassering Nederland te Rotterdam en blijft zich melden op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt;
2. de veroordeelde laat zijn gedrag duiden (diagnosticeren) en behandelen door polikliniek De Waag te Rotterdam of ambulant behandelcentrum Fivoor te Rotterdam of een soortgelijke zorgverlener, te bepalen door de reclassering. Deze behandeling duurt de gehele proeftijd, of zoveel korter als de reclassering verantwoord vindt. De veroordeelde houdt zich aan de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling.
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
180 (honderdtachtig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
90 (negentig) dagen.
Dit vonnis is gewezen door mr. R. Brand, voorzitter,
en mrs. I. Bouter en L.R. Bhalla, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. F.H. Frerichs, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij op een of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 28 september 2018 tot 03 november 2022, te [plaats delict] , gemeente [gemeente] , althans in Nederland, (een) afbeelding(en) waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, heeft verstrekt, aangeboden en/of vertoond aan een minderjarige, te weten: [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum 2] 2006, van wie hij, verdachte, wist of redelijkerwijs had moeten vermoeden dat die [slachtoffer] jonger was dan zestien jaar, immers heeft hij, verdachte, via WhatsApp en/of een andere communicatiedienst,
- aan die [slachtoffer] een foto van zijn/een deels ontblote penis toegestuurd en/of
- aan die [slachtoffer] een of meerdere video('s)/filmpje(s) toegestuurd waarop hij, verdachte, met zijn tong demonstreerde hoe je een vrouw oraal kon bevredigen, in elk geval met zijn tong bewegingen maakte alsof hij met een vrouw orale seks aan het bedrijven was en/of
- aan die [slachtoffer] een of meerdere video('s)/filmpje(s) toegestuurd waarop hij, verdachte, (in zijn onderbroek) met zijn onderlichaam zgn. neukbewegingen, althans stotende bewegingen, maakte tegen een kussen.