2.4.Op 26 april 2021 heeft GTR Invest met gedaagden een intentie-overeenkomst gesloten. In die overeenkomst (waarin gedaagden worden aangeduid als ‘ [gedaagde02] ’ of ‘ondergetekenden 2 t/m 4’) is, voor zover hier relevant, het volgende vermeld:
“(…)
In aanmerking nemende dat:
a. GTR een onderneming is, die zich, direct of indirect, bezighoudt met managementconsultancy, projectmanagement en advisering op het gebied van administratie, creditmanagement, juridische kwesties, financieringen, herstructurering, zakelijke contracten en incasso;
b. [gedaagde02] direct of indirect, belanghebbende is van, aandelen houdt in of bestuurder is van GSV Services B.V. (hierna GSV) en of [bedrijf01] (hierna [bedrijf01]) en of daaraan direct of indirect gelieerde ondernemingen;
c. [gedaagde03] direct of indirect een overeenkomst heeft met ECP (e.e.a. genoegzaam tussen partijen bekend);
d. ECP heeft middels een procedure een vordering ingesteld tegen GSV op grond waarvan beslag gelegd is onder de bank van GSV, als gevolg hiervan is de onderneming thans niet meer in staat haar verplichtingen na te komen;
e. ECP heeft de Rechtbank verzocht GSV te veroordelen tot betaling van €97.127,--, te vermeerderen met de contractuele boete ter hoogte van €30.000,--, een boeterente ter hoogte van 2% per maand en de te liquideren proces en beslagkosten ter hoogte van ongeveer €7.000,--;
f. ECP spreekt Ondergetekenden 2 t/m 4 tevens hoofdelijk op de door hen afgegeven borgstelling aan;
g. GTR en [gedaagde02] een samenwerking wensen aan te gaan die moet resulteren in de oprichting van een nieuwe vennootschap (hierna deVennootschap) vanwaar uit de aandelen in GSV en [bedrijf01] worden overgenomen en die moet leiden tot het bouwen van een succesvolle onderneming waarbij de toegevoegde waarde van Partijen het beste tot zijn recht komt;
h. GTR bereid is, onder nader over een te komen voorwaarden welke vastgelegd zullen worden in een akte van Geldlening, het thans benodigde kapitaal (hiernaOverbruggingsfinanciering) te financieren, begroot op €115.000 (inclusief de juridische kosten welke zijn begroot op €7.500), om in der minnen met ECP tot een afkoop te komen tegen finale kwijting;
i. Partijen in het kader van hun samenwerking afspraken wensen te maken, waarvan het raamwerk is vastgelegd in deze intentieverklaring.
Partijen zijn het volgende overeengekomen:
(…)