In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 26 mei 2023 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging gesloten jeugdhulp voor de minderjarige [kind01]. De zaak betreft een verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond, die een machtiging heeft aangevraagd om [kind01] in een gesloten accommodatie te plaatsen. De minderjarige, geboren in 2006, verblijft momenteel bij [instelling01] en heeft te maken met ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de jeugdhulp noodzakelijk is om te voorkomen dat [kind01] zich aan de hulp onttrekt.
De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder niet aanwezig was. [kind01] is voorafgaand aan de zitting apart gehoord in het bijzijn van zijn advocaat, mr. J.E.F.K. Liauw. De kinderrechter heeft in zijn beoordeling aangegeven dat [kind01] baat heeft bij structuur en begeleiding, maar dat er zorgen zijn over zijn dagbesteding. De kinderrechter heeft de machtiging verleend voor de duur van de ondertoezichtstelling, tot 2 augustus 2023, en benadrukt het belang van meer duidelijkheid over de toekomst van [kind01].
De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak. De kinderrechter heeft de GI aangespoord om bij een eventueel vervolgverzoek te overwegen of een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp kan worden aangevraagd.