In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 11 augustus 2023 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van diefstal door middel van woninginsluiping en het pinnen met een gestolen pinpas. De verdachte, geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01], was ten tijde van de zitting preventief gedetineerd. De rechtbank heeft het onderzoek op de terechtzitting op 28 juli 2023 gehouden. De officier van justitie, mr. C. de Kimpe, had gevorderd tot bewezenverklaring van de tenlastegelegde feiten en een gevangenisstraf van vijf maanden. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte op 15 april 2023 in Rotterdam en Nieuwerkerk aan den IJssel een hoeveelheid geld heeft weggenomen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen, door gebruik te maken van een valse sleutel en door te pinnen met de bankpas van het slachtoffer. De verdachte heeft bekend dat hij een rugzak uit de woning van de aangevers heeft meegenomen, maar ontkende het oogmerk tot wederrechtelijke toe-eigening van de overige goederen in de rugzak. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verdachte voldoende bewijs heeft geleverd voor de bewezenverklaring van de diefstal. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 105 dagen, rekening houdend met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, die een arbeidsmigrant is zonder werk en huisvesting. De rechtbank heeft ook de gevolgen van de insluiping voor de slachtoffers meegewogen, die gevoelens van onveiligheid en overlast ervaren.