Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het procesverloop en de processtukken
[niet in raadkamer besproken, maar wellicht nog te overwegen:]”
Rechtbank Rotterdam
Op 20 juli 2023 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Rotterdam een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker tegen de rechters mr. R.R. Roukema, mr. M.C. Franken en mr. M.B. van den Enden. Het wrakingsverzoek was gebaseerd op de stelling dat de wrakingskamer niet onpartijdig zou zijn. De verzoeker was niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling op 17 juli 2023, waardoor de gronden van het verzoek niet verder konden worden toegelicht. De wrakingskamer oordeelde dat de aangevoerde gronden geen aanwijzingen boden voor een gebrek aan onpartijdigheid van de rechters. De verzoeker had onder andere geklaagd over de gang van zaken in eerdere procedures en het ontbreken van bepaalde processtukken, maar deze gronden waren niet relevant voor de beoordeling van de wraking zelf. De wrakingskamer concludeerde dat er geen bijzondere omstandigheden waren die de objectieve schijn van partijdigheid rechtvaardigden. De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd genomen door de voorzitter mr. P.C. Santema, samen met de rechters mr. A. Verweij en mr. W.J.M. Diekman, en werd openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier mr. M.M. Schalk.