ECLI:NL:RBROT:2023:7205

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
7 juli 2023
Publicatiedatum
14 augustus 2023
Zaaknummer
11.500529.05
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging voor een periode van twee jaar

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 7 juli 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de terbeschikkingstelling van een ter beschikking gestelde, die sinds 2006 onder toezicht staat na een veroordeling voor poging tot verkrachting. De rechtbank ontving op 25 mei 2023 een vordering van het openbaar ministerie tot verlenging van de terbeschikkingstelling, die op de openbare zitting werd behandeld. De ter beschikking gestelde, bijgestaan door zijn raadsman mr. P. Scholte, was aanwezig via videoverbinding, evenals een deskundige van de instelling waar hij verblijft.

De instelling adviseerde om de terbeschikkingstelling met twee jaar te verlengen, gezien de aanhoudende psychische problemen van de ter beschikking gestelde, waaronder een borderline persoonlijkheidsstoornis en een ongespecificeerde parafiele stoornis. Ondanks een positieve gedragslijn en deelname aan EMDR-therapie, werd het recidivegevaar als hoog ingeschat. De rechtbank oordeelde dat de veiligheid van anderen eist dat de terbeschikkingstelling wordt verlengd, omdat er geen behandel- en resocialisatieperspectief meer is en de pathologie van de ter beschikking gestelde onverminderd aanwezig is.

De rechtbank heeft besloten de termijn van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging met twee jaar te verlengen, waardoor de totale duur van de terbeschikkingstelling boven de vier jaar komt. Dit is mogelijk omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen de onaantastbaarheid van het lichaam van anderen. De beslissing is genomen door een meervoudige kamer, met de voorzitter en twee rechters, en is openbaar uitgesproken. Tegen deze beslissing kan binnen veertien dagen beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam
Team straf 2
Parketnummer: 11.500529.05
Datum uitspraak: 7 juli 2023
Beslissing van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, met betrekking tot de terbeschikkingstelling van:
[ter beschikking gestelde01](de ter beschikking gestelde),
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] ,
verblijvende in [instelling01] (hierna: de instelling),
raadsman mr. P. Scholte, advocaat te Amsterdam.

1..Inleiding

Bij vonnis van deze rechtbank van 5 januari 2006 is de terbeschikkingstelling van [ter beschikking gestelde01] gelast en is zijn verpleging van overheidswege (dwangverpleging) bevolen.
De terbeschikkingstelling is gelast ter zake van poging tot verkrachting. De termijn van de terbeschikkingstelling is aangevangen op 12 juli 2006.
Bij beslissing van deze rechtbank van 20 juli 2021 is de terbeschikkingstelling laatstelijk verlengd met twee jaar.

2..Procesverloop

De rechtbank heeft op 25 mei 2023 van het openbaar ministerie een vordering ontvangen tot verlenging van de terbeschikkingstelling. Bij die vordering zijn de daarbij vereiste stukken gevoegd dan wel later toegezonden.
De vordering is op de openbare terechtzitting van 7 juli 2023 behandeld. De officier van justitie mr. M. Boekhoud, de ter beschikking gestelde (via een videoverbinding), bijgestaan door diens raadsman, en als deskundige, [naam01] (via videoverbinding), werkzaam bij de instelling, zijn gehoord.

3..Adviezen

Advies instelling
De instelling adviseert in het rapport, gedateerd 17 april 2023, de terbeschikkingstelling te verlengen met twee jaar.
Bij de ter beschikking gestelde is sprake van een borderline persoonlijkheidsstoornis, een ongespecificeerde parafiele stoornis, verslavingsproblematiek in langdurige remissie en een andere gespecificeerde schizofreniespectrum- of andere psychotische stoornis.
Gedurende de tbs-behandeling wordt tevens geconcludeerd dat er sprake is van verhoogde seksuele arousal met intense en frequente seksuele fantasieën.
Geconstateerd is dat er geen behandel- en resocialisatieperspectief meer is en voortzetting van verblijf in een behandelkliniek niet meer passend is. Op 1 maart 2021 is de ter beschikking gestelde daarom overgeplaatst naar [instelling01] . Binnen de LFPZ laat de ter beschikking gestelde een positieve gedragslijn zien. Hij toont probleem- en zelfinzicht en is zelfs gestart met EMDR-therapie. Het toestandsbeeld is daarom relatief stabiel te kaderen. Om de kwaliteit van leven te verbeteren is er stapsgewijs begonnen aan het uitbreiden van de vrijheden binnen de LFPZ. Door een incident is het eerstvolgende verlof echter weer ingetrokken en zijn verlofgang totdat de aangifte is gedaan ‘on hold’ gezet.
Hoewel een positieve lijn zichtbaar is, is het waarschijnlijk dat zonder controle, begeleiding en toezicht de ter beschikking gestelde zal worden blootgesteld aan destabiliserende factoren. Bij tegenslagen in het leven of stress zullen op termijn (gewelddadige) seksuele fantasieën - die voortdurend op de achtergrond aanwezig zijn - obsessieve vormen aannemen. De drang tot seksueel deviant gedrag wordt dan steeds groter. Ondanks dat de ter beschikking gestelde zich zal proberen te weerhouden op deze manier te handelen, zullen zijn copingvaardigheden, emotieregulatie en zelfcontrole tekortschieten om hem te behoeden voor dergelijk delictgedrag.
Gezien het voorgaande wordt het recidivegevaar zonder de specifiek geboden intensieve zorg en begeleiding nog steeds als hoog geschat. De pathologie is onverminderd aanwezig en onvoldoende behandelbaar gebleken. Mede door de inzet van de ter beschikking gestelde is stabilisatie in het huidige kader echter goed te behouden. Derhalve adviseert de kliniek de LPFZ-status van de ter beschikking gestelde voort te zetten en de tbs-maatregel te verlengen voor de duur van twee jaren.
Op de terechtzitting gegeven advies
De deskundige heeft het advies op de terechtzitting toegelicht. Zij heeft onder meer – zakelijk weergegeven – verklaard dat de ter beschikking gestelde tijd nodig heeft om tot rust te komen, mede gezien de wisseling van de behandelaren die kort geleden heeft plaatsgevonden. De zorgconferentie heeft op verzoek van de ter beschikking gestelde nog geen doorgang gevonden. De behandeldruk zou anders als te hoog worden ervaren. Het tempo van het verdere behandelverloop zal in samenspraak met de ter beschikking gestelde worden bepaald.

4..Standpunt van partijen

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaar.
Standpunt van de ter beschikking gestelde
De ter beschikking gestelde en de raadsman hebben zich niet verzet tegen verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling.

5..Beoordeling

Op grond van de adviezen en wat verder naar voren is gekomen op de terechtzitting, is de rechtbank van oordeel dat:
- er nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens van de ter beschikking gestelde;
- de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen of goederen eist dat de termijn van de terbeschikkingstelling met twee jaren wordt verlengd.
De ter beschikking gestelde bevindt zich op de LFPZ-afdeling, omdat door de kliniek is geconstateerd dat er geen behandel- en resocialisatieperspectief meer is. Het toestandsbeeld van de ter beschikking gestelde is, mede gezien de inzet van de ter beschikking gestelde, als stabiel te kwalificeren. Hoewel een positieve gedragslijn zichtbaar is, is de pathologie en het hoge recidiverisico onverminderd aanwezig. Dit maakt dat de rechtbank de verlenging van de TBS met dwangverpleging met een termijn van twee jaar nodig acht.
De totale duur van de terbeschikkingstelling met dwangverpleging gaat door de verlenging een periode van vier jaar te boven. Verlenging is niettemin mogelijk, omdat de terbeschikkingstelling is opgelegd voor een misdrijf dat gericht is tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van één of meer personen.

6..Beslissing

De rechtbank:
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met
2 jaar.
Deze beslissing is genomen door mr. C.G. van de Grampel, voorzitter,
en mrs. L.J.M. Janssen en L.R. Bhalla, rechters,
in tegenwoordigheid van mrs. E.S. Brouwer en L.C. Suiker, griffiers
en uitgesproken op de openbare terechtzitting.
De oudste en jongste rechters zijn buiten staat deze beslissing mede te ondertekenen.
Tegen deze beslissing kan het openbaar ministerie binnen veertien dagen na de uitspraak en de ter beschikking gestelde binnen veertien dagen na betekening daarvan beroep instellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden.