Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het schriftelijke wrakingsverzoek van verzoeker van 21 juni 2023;
- de schriftelijke reactie van de rechter van 22 juni 2023.
- verzoeker en
- de rechter.
Rechtbank Rotterdam
Op 28 juni 2023 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Rotterdam een verzoek tot wraking afgewezen. Het verzoeker, die betrokken was bij een familierechtelijke zaak, stelde dat de rechter, mr. M. Moerman, vooringenomen was. Dit verzoek volgde op een zitting op 21 juni 2023, waar een stuk van de Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond (GI) kort voor de zitting was ingediend. Verzoeker voelde zich hierdoor overvallen en stelde dat hij niet voldoende tijd had gehad om het stuk te bestuderen. Hij had ook geprobeerd om de zitting uit te stellen, maar dit verzoek was afgewezen vanwege het spoedeisende karakter van de zaak, die betrekking had op de afgifte van een paspoort voor zijn minderjarig kind.
De wrakingskamer oordeelde dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor vooringenomenheid van de rechter. De rechter had alle partijen geïnformeerd over het ingediende stuk en had hen de kans gegeven om bezwaar te maken, wat niet gebeurde. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter wordt vermoed onpartijdig te zijn en dat wraking alleen mogelijk is bij bijzondere omstandigheden die deze onpartijdigheid in twijfel trekken. De aangevoerde gronden van verzoeker werden als onvoldoende beschouwd om aan te nemen dat de rechter niet onpartijdig was.
De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd op 28 juni 2023 openbaar uitgesproken door de rechters, waarbij ook een herstelbeslissing volgde op 12 juli 2023, waarin een fout in de naam van de rechter werd gecorrigeerd van mr. M. Moerman naar mr. E.M. Moerman. Tegen deze beslissing staat geen rechtsmiddel open.