11.Beslissing
verklaart niet bewezen, dat de verdachte de onder 1 en 2 in dagvaarding II ten laste gelegde feiten heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 1 primair, 2 en 3 in dagvaarding I ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 2 (twee) jaar;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart verbeurd als bijkomende straf voor feit 1 in dagvaarding I een geldbedrag van € 2.000,- (zegge: tweeduizend euro);
- gelast de teruggave aan verdachte van een geldbedrag van € 1.295,- (zegge: twaalfhonderdvijfennegentig euro).
Dit vonnis is gewezen door mr. C. Laukens, voorzitter,
en mrs. A.S. Flikweert en E.M. Rocha, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. I.M. Sinon, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste rechter en griffier zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
Dagvaarding I
1.
hij in of omstreeks de periode van 7 januari 2023 tot en met 12 januari 2023 te Maasvlakte, gemeente Rotterdam, en/of Schiedam, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht, waaronder zoals bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet, ongeveer 174,65 kilogram cocaïne, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij op of omstreeks 12 januari 2023 te Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk heeft afgeleverd en/of verstrekt en/of vervoerd, in elk geval opzettelijk aanwezig heeft gehad, ongeveer 174,65 kilogram, in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I;
meer subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 7 januari 2023 tot en met 12 januari 2023 te Rotterdam en/of Ridderkerk en/of Schiedam, althans in Nederland, en/of te Waregem, althans in België, tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen, te weten
- het opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland brengen, waaronder zoals bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet,
- het opzettelijk afleveren, verstrekken en/of vervoeren, en/of van 174,65 kilogram cocaïne, in elk geval een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s), wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
- met één of meer mededader(s) (telefonisch) contacten te onderhouden en/of informatie uit te wisselen en/of afspraken te maken en/of instructies te geven over het afleveren en/of uithalen en/of verstrekken en/of vervoeren van de container [containernummer01] (met daarin de cocaïne), en/of
- één of meer ontmoetingen met zijn mededader(s) gehad, en/of
- zich (onbevoegd) begeven op de APM2Terminal, gelegen aan de Europaweg 910,
- op de APM2-terminal te verblijven in de (geprepareerde) container [containernummer02] ,
- één of meer (organisatie)telefoon(s) voorhanden te hebben, en/of
- het zegel van container [containernummer01] te verbreken en/of (vervolgens) te vervangen door een vals zegel, en/of
- die (tassen) cocaïne (over) te plaatsen naar de container [containernummer01] , en/of
- als bestuurder van een vrachtwagen en trekker daarmede die container [containernummer01] van de APM2-terminal op/uit te halen, en/of
- foto’s te maken van het (valse) zegel op de container [containernummer01] ;
2.
hij in of omstreeks de periode van 7 januari 2023 tot en met 12 januari 2023 te Rotterdam en/of Schiedam, althans in Nederland, en/of in België, heeft deelgenomen aan een organisatie, bestaande uit een samenwerkingsverband van natuurlijke personen, te weten (onder meer en/of voor zover bekend), verdachte en/of [medeverdachte01] en/of [medeverdachte02] en/of [medeverdachte03] en/of [medeverdachte04] en/of [medeverdachte05] , die tot oogmerk had het plegen van een misdrijf als bedoeld in artikel 10 derde, vierde en vijfde lid en artikel 10a eerste lid van de Opiumwet;
3.
hij op of omstreeks 12 januari 2023 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening (van het terrein van de APM2-terminale, gelegen aan de Europaweg 910) heeft weggenomen container [containernummer01] (inhoudende kinderwagens), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [bedrijf01] B.V., althans een een ander of anderen dan aan hem, verdachte, en/of zijn mededader(s), waarbij verdachte en/of zijn mededader(s) zich de toegang tot de plaats des misdrijfs heeft/hebben verschaft en/of de/het weg te nemen goed(eren) onder zijn/hun bereik heeft/hebben gebracht door middel van een valse sleutel, te weten door met een (valselijk verkregen) pin- en/of TAR-code, die hij, verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd was/waren te gebruiken, die container (met kinderwagens) van het terrein van de APM2-terminal op/uit te halen en/of weg te voeren;
Dagvaarding II
1.
hij op of omstreeks 19 december 2022 te Maasvlakte Rotterdam en/of elders in Nederland
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de Opiumwet, voor te bereiden en/of te bevorderen, te weten
- het opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland brengen, waaronder zoals bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet,
- het opzettelijk afleveren, verstrekken en/of vervoeren 70 kilogram cocaïne, in elk geval hoeveelheden van een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I,
- een ander heeft getracht te bewegen om dat feit te plegen, te doen plegen, mede te plegen en/of uit te lokken, om daarbij behulpzaam te zijn en/of om daartoe gelegenheid, middelen en/of inlichtingen te verschaffen,
- zich en/of een ander gelegenheid, middelen en/of inlichtingen tot het plegen van dat feit heeft getracht te verschaffen,
- voorwerpen, vervoermiddelen, stoffen, gelden en/of andere betaalmiddelen voorhanden heeft gehad, waarvan hij, verdachte en/of zijn mededader(s), wist(en) of ernstige reden had(den) om te vermoeden dat zij bestemd waren tot het plegen van dat feit,
- met één of meer mededader(s) (telefonisch) contacten te onderhouden en/of (via Whatsapp) informatie uit te wisselen en/of afspraken te maken en/of instructies te
geven/ontvangen over het afleveren en/of uithalen en/of verstrekken en/of vervoeren van die cocaïne, en/of
- de container [containernummer03] (meermalen) valselijk in Portbase voor te laten melden, zodat die container door hem, verdachte, kon worden uit/opgehaald, en/of
- zijn mededader zich (met een valselijk verkregen pincode) als chauffeur met een vrachtwagen en trekker bij de ECT Terminal te laten melden om de container [containernummer03] uit/op te halen, en/of
-zijn mededader telefonisch contact te laten zoeken met de balie van de ECT Terminal;
2.
hij op of omstreeks 19 december 2022 te Maasvlakte Rotterdam, gemeente Rotterdam
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, ter uitvoering van het door verdachte en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om container [containernummer03] (inhoudende druiven), in elk geval enig goed, dat/die geheel of ten dele aan [bedrijf02] B.V., in elk geval aan een ander dan aan verdachte en/of zijn/haar mededader(s) toebehoorde(n) weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich de toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en/of dat/die weg te nemen goed/goederen onder zijn/haar/hun bereik te brengen door middel van een valse sleutel
- zich bij de ECT Terminal, gelegen aan de Europaweg 875, als chauffeur heeft gemeld, en/of
- met behulp van een valselijk verkregen pincode, die verdachte en/of zijn mededader(s) niet gerechtigd waren te gebruiken, heeft geprobeerd de container [containernummer03] (inhoudende druiven) van de ECT Terminal 875 op/uit te halen,
terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;