Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 augustus 2023 in de zaak tussen
[naam eiser] , uit [plaats] , eiser
Inleiding
Totstandkoming van het besluit
"
Ik reed samen met mijn partner, vanaf de Koningshoek Maassluis naar huis, toen wij een blauwe Toyota Yaris zagen rijden. Wat ons opviel was dat de achterklep van de auto openstond. Ook zagen wij dat de voorbumper naar beneden was geklapt en over de grond scheurde voor het voertuig uit. Uit de achterbak vielen verschillende zaken. Wij kunnen niet precies zeggen wat, maar voor ons was het genoeg om de politie te bellen. We wisten niet of de verloren zaken uit de achterbak van de auto kwamen of dat hij onderdelen van zijn bumper verloor. Voor de zekerheid zijn wij maar achter het voertuig aan blijven rijden. In eerste instantie dacht ik dat de bestuurder onder invloed was. Totdat het voertuig stopte bij de [straatnaam] te Maassluis. Ik zag toen een oudere man uitstappen, deze zette de garagedeur open en liep weg. De man liet zijn sleutels in het contact zitten en liet de motor lopen. Wij zijn maar hier blijven staan, omdat wij bang waren dat het voertuig nog zou worden weggenomen."
Een van de verbalisanten heeft vervolgens naar het voertuig gekeken en zag dat de voorbumper los was gekomen van het voertuig, met kenteken [kentekennummer] (het voertuig). De voorbumper hing nog met twee bouten vast aan de onderzijde van het voertuig. Toen de verbalisant de bumper omhoog klapte zag de verbalisant dat de kentekenplaat voor de helft was weggesleten. De verbalisant kon alleen nog 48-J lezen van het kenteken. De rest van het kenteken was weggesleten. Volgens de verbalisant vermoedelijk door het slepen van het kenteken over de weg. De verbalisanten verklaarden dat zij van verschillende buurtbewoners hoorden dat de bestuurde van het voertuig al wel vaker kleine schades in de buurt had gereden, wat de bestuurder, eiser, ontkende.
"Ik ben in botsing gekomen met een hek in Schiedam. Dit was op de Buitenhavenweg te Schiedam. Hierop zag ik dat mijn voorbumper was losgekomen en dat er enkele zaken los aan mijn voertuig hingen. Ik heb enkele loshangende zaken op de achterbank van mijn voertuig gelegd. Ik kreeg mijn bumper niet los. Dus ik heb toen besloten om met loshangende bumper naar mijn huis aan de [straatnaam] te Maassluis te rijden. Toen ik thuiskwam zag ik dat ik was vergeten om mijn achterbak dicht te doen. Ik dacht ik rijd maar naar huis want dan ben ik in ieder geval in de buurt van de garage.”
Het beroep van eiser
Het verweer
Beoordeling door de rechtbank
vermoedenvan ongeschiktheid te worden vastgesteld. Het opgelegde onderzoek is nu juist bedoeld om te kunnen bepalen of iemand geschikt is om een motorrijtuig te besturen. Uit vaste rechtspraak volgt dat verweerder mag uitgaan van een politierapport als dat een voldoende nauwkeurige en uitgebreide omschrijving bevat van de waargenomen gedragingen die aan het vermoeden ten grondslag zijn gelegd. Het proces-verbaal van bevindingen van 14 augustus 2022 voldoet aan die eisen, waarbij verwezen wordt naar wat hiervoor onder 1 t/m 3 is aangehaald. De feiten en omstandigheden zoals neergelegd in dat proces-verbaal zijn door eiser niet betwist. De politie heeft geconcludeerd dat eiser met zijn rijgedrag de verkeersveiligheid ernstig in gevaar heeft gebracht. Naar het oordeel van de rechtbank heeft verweerder op basis van de informatie van de politie, mede gelet op het feit dat eiser die informatie niet heeft betwist, in redelijkheid het vermoeden mogen ontlenen dat eiser niet langer beschikt over de geestelijke geschiktheid die is vereist voor het besturen van een motorvoertuig en dat deze twijfel een nader medisch onderzoek rechtvaardigt. Wat eiser daar tegenin heeft gebracht doet daar niet aan af. De stelling van eiser dat het vermoeden enkel is gebaseerd op zijn leeftijd, treft evenmin doel. De feiten en omstandigheden van het voorval op 14 augustus 2022 zoals verweerder bij de besluitvorming heeft betrokken, zijn – zoals hiervoor is geoordeeld – reeds voldoende om tot het vermoeden van ongeschiktheid te komen.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
1 augustus 2023.