Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- het tussenvonnis van 27 oktober 2021 en de daaraan ten grondslag liggende processtukken, waaronder het tussenvonnis van 31 maart 2021 (laatstgenoemd tussenvonnis zal hierna “het tussenvonnis” worden genoemd);
- de brief van de VVE van 8 november 2021 met betrekking tot het voorschot voor het deskundigenonderzoek;
- de e-mail van de rechtbank van 14 december 2021 met betrekking tot het voorschot voor het deskundigenonderzoek;
- het concept ‘Verslag deskundige’ van 16 augustus 2022;
- de conclusie na deskundigenbericht tevens houdende wijziging van eis van [persoon01] van 28 september 2022 met twee producties (genummerd als productie 1 en 2);
- de conclusie na deskundigenbericht tevens reactie op wijziging van eis van de VVE, met drie producties (genummerd als productie 1 tot en met 3);
- het definitieve deskundigenbericht van 13 januari 2023, nadat partijen alsnog in de gelegenheid zijn gesteld op het concept te reageren;
- de nadere conclusie na deskundigenbericht van [persoon01] , met bijlage A;
- de conclusie na deskundigenbericht tevens reactie op wijziging van eis van de VVE, met één productie (genummerd als productie 4).
2.De gewijzigde vordering
- € 108,25, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 3 januari 2018;
- € 110,10, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 19 januari 2018;
- € 1.250,00, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 19 januari 2018;
- € 187,55, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 6 december 2017;
- € 133,92, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 20 november 2020;
- € 10.587,50, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 22 november 2021;
- de VVE verplicht is de resultaten van het onderzoek per omgaande met [persoon01] te delen;
- het onderzoek en de eventueel uit te voeren herstelwerkzaamheden in aanwezigheid van [persoon01] dienen plaats te vinden, op straffe van verbeurte van een door de rechtbank te bepalen dwangsom;
3.De verdere beoordeling
Vraag 1: Is er op dit moment wateroverlast in en/of rondom de vakantiewoning met tuin van [persoon01] waarneembaar? En zo ja, wat is de omvang en de oorzaak van de overlast? En is er onderscheid te maken tussen hemelwater en grondwater?Bij het beantwoorden van deze vraag is er vanuit gegaan dat met deze vraag wordt bedoeld dat er wateroverlast is opgetreden, dan wel kan zijn opgetreden in de huidige situatie.
Waarbij onder huidige situatie wordt verstaan de situatie zonder aanvullende maatregelen om de kans op wateroverlast te verkleinen.
Waterschade door zware neerslag en/of omhoog komend grondwater is tot op heden volgens beide partijen nog niet opgetreden. Wel is de bodem rondom huisje 183 meerdere keren zo nat geweest dat er gedurende enige tijd water op [het] maaiveld heeft gestaan in de tuin rondom het huisje. De (grond)waterstand onder het huisje is tot op heden niet hoger geweest dan ongeveer 35 cm onder het vloeroppervlak van het huisje. Als bewoner kun je daar ongerust over worden en het als overlast ervaren. Als beheerder kun je stellen dat het goed is gegaan, omdat er geen schade is opgetreden.
Er moet worden opgemerkt dat statistisch gezien de kans op zeer extreme buien in de zomer groter is dan in de winter.
4.2 Verschil met de wadi’s in [locatie01]
5.Analyse situatie [locatie01]
Het 7 daagse maximum heeft een herhalingstijd van meer dan 100 jaar en de herhalingstijd van de 8 en 9 daagse maxima schommelt rond de 500 jaar. Dat toont aan dat de neerslagperiode van september 2017 zeldzaam zwaar is geweest.
6.Grondwatermodellering
Feitelijk wordt wateroverlast in dit gebied altijd veroorzaakt door neerslag die tot hoge grondwaterstanden leidt”) dat het grondwater op zichzelf niet de oorzaak is van een waterpeil dat problemen zou kunnen veroorzaken. De door [persoon01] ervaren overlast ontstaat niet zonder neerslag, die zich voegt bij het grondwater. Er zijn ook momenten waarop geen sprake is van overtollig water rondom het huisje van [persoon01] . Volgens de eigen en op dat punt door de deskundige onderschreven stellingen van de VVE is dit het merendeel van de tijd. De rechtbank is dan ook van oordeel dat het grondwaterpeil in de basis niet dusdanig hoog is dat geconcludeerd kan worden dat de wateroverlast, voor zover daarvan sprake is (de rechtbank gaat hier onder III.2 op in) door grondwater wordt veroorzaakt. De discussie over wat [persoon01] als overlast ervaart speelt immers pas als het grondwaterpeil door (hevige) regenval stijgt.
De wadi verminder[t] de kans op wateroverlast een klein beetje, omdat er op die plek ongeveer 6 keer zoveel water in past dan er op die plek in de grond zou passen als er geen wadi zou zijn. Het volume van de wadi is echter dermate klein dat dit nauwelijks invloed heeft op de grondwaterstand.” Er is op dit moment geen andere voorziening voor de afvoer van hemelwater van de locatie waar de vakantiewoning van [persoon01] gelegen is op [locatie01] . De vraag is of de VVE alsnog zulke maatregelen dient te treffen om aan haar verantwoordelijkheid met betrekking tot de deugdelijke afvoer van hemelwater van die locatie te voldoen, en zo ja welke.
4.De beslissing
3268/3152