ECLI:NL:RBROT:2023:6528

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 juli 2023
Publicatiedatum
23 juli 2023
Zaaknummer
C/10/661138 / KG ZA 23-581
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Proces-verbaal
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervangende toestemming voor vakantie met kinderen naar Marokko

In deze zaak, behandeld door de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam op 13 juli 2023, is de vraag aan de orde of de moeder vervangende toestemming kan krijgen om met haar kinderen op vakantie naar Tiflet in Marokko te gaan. De vader heeft zijn toestemming geweigerd, omdat hij bezorgd is over de veiligheid op de bestemming en omdat hij vindt dat de moeder niet meewerkt als hij met de kinderen op vakantie wil. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de moeder ontvankelijk is in haar vordering, gezien de spoedeisendheid van de situatie, en dat het geschil betrekking heeft op de uitoefening van het gezamenlijk ouderlijk gezag, zoals geregeld in artikel 1:253a BW.

De voorzieningenrechter heeft de argumenten van de vader om geen toestemming te geven als onvoldoende beoordeeld. Er zijn geen gegronde redenen om aan te nemen dat de vakantie niet in het belang van de kinderen zou zijn. De voorzieningenrechter heeft daarom de vordering van de moeder toegewezen en haar toestemming verleend om van 16 juli 2023 tot en met 18 augustus 2023 met de kinderen naar Marokko te reizen. Tevens zijn de proceskosten tussen partijen gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad, wat inhoudt dat deze onmiddellijk moet worden nageleefd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld.

Uitspraak

proces-verbaal

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
zaaknummer / rolnummer: C/10/661138 / KG ZA 23-581
Proces-verbaal van de zitting, gehouden op 13 juli 2023
in de zaak van
[eiseres01],
woonplaats: [woonplaats01]
eiseres,
advocaat: mr. R.A.A.H. van Leur,
tegen
[gedaagde01] ,
woonplaats: [woonplaats02] ,
gedaagde,
advocaat: mr. J.P.M. Castelein.
Partijen worden hierna de moeder en de vader genoemd.
Aanwezig is mr. M.C. van der Kolk, voorzieningenrechter, bijgestaan door mr. S.M.C. van Papenrecht, griffier.
Verschenen zijn:
  • de moeder in persoon, bijgestaan door haar advocaat;
  • de vader in persoon, bijgestaan door zijn advocaat en een tolk.
Nadat partijen hun standpunten hebben toegelicht, over en weer hebben gereageerd op de standpunten van de wederpartij en vragen van de voorzieningenrechter hebben beantwoord, heeft de voorzieningenrechter de zitting korte tijd geschorst. Na hervatting van de zitting heeft de voorzieningenrechter met toepassing van artikel 29a Rv mondeling uitspraak gedaan. Deze luidt als volgt.

1..De beoordeling

1.1.
Partijen hebben een affectieve relatie met elkaar gehad en hebben samen twee kinderen: [kind01] (geboren op [geboortedatum01] 2010 in [geboorteplaats01] ) en [kind02] (geboren op [geboortedatum02] 2013). Ouders hebben gezamenlijk gezag over de kinderen.
1.2.
In deze zaak gaat het om de vraag of de voorzieningenrechter vervangende toestemming moet verlenen aan de moeder zodat zij met de kinderen aanstaande van 16 juli 2023 tot en met 18 augustus 2023 op zomervakantie naar Tiflet in Marokko kan. De vader heeft tot op heden geweigerd zijn toestemming te verlenen voor de vakantie. De vader wil dat de voorzieningenrechter de vordering van moeder afwijst. Hij stelt dat het onveilig is op de plek waar ze willen verblijven en dat voor hem de maat vol is. Als hij met de kinderen op vakantie wil werkt moeder niet mee en om die reden wil hij nu ook niet meewerken aan het verzoek van de moeder.
1.3.
Gelet op de periode waarop de moeder met de kinderen wil afreizen, staat de spoedeisendheid van de vordering vast. De moeder is daarom ontvankelijk in haar vordering.
1.4.
Als uitgangspunt geldt dat het geschil dat in deze procedure aan de voorzieningenrechter wordt voorgelegd, betrekking heeft op de uitoefening van het ouderlijk gezag, omdat de ouders van de kinderen samen met het gezag over hen uitoefenen en zij het niet eens zijn over de geplande vakantie van de moeder en de kinderen naar Marokko. Een dergelijk geschil valt onder de reikwijdte van artikel 1:253a BW. Dit artikel regelt dat als ouders samen het gezag uitoefenen, maar het over de uitoefening daarvan niet eens worden, de (voorzieningen)rechter een beslissing neemt. De voorzieningenrechter zal bij de toepassing van dit artikel beslissen wat zij in het belang van de kinderen wenselijk vindt.
1.5.
Hoewel het in het algemeen in het belang van de kinderen is, als zij op vakantie kunnen met hun ouders, kunnen daarop uitzonderingen zijn, indien bijvoorbeeld de ouder die met de kinderen op vakantie wil niet in staat is om goed voor de kinderen te zorgen, wanneer er een gegronde vrees zou zijn voor ontvoering van de kinderen door de ouder of wanneer een vakantie in strijd is met de tussen partijen gemaakte afspraken over de zorg- en contactregeling.
1.6.
Op grond van alle overgelegde stukken en hetgeen tijdens de mondelinge behandeling is verteld komt de voorzieningenrechter tot de conclusie dat de argumenten van de vader om geen toestemming te geven onvoldoende zijn en dat er geen uitzonderingsgronden zijn. Uit niets blijkt dat de door de moeder gewenste vakantie niet in het belang van de kinderen is. De voorzieningenrechter wijst daarom de vordering tot vervangende toestemming toe.
1.7.
Gelet op de relatie die tussen partijen heeft bestaan, worden de proceskosten tussen hen gecompenseerd, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
1.8.
De voorzieningenrechter verklaart de beslissing, gelet op de aard van de vordering en in lijn met de vordering, uitvoerbaar bij voorraad. Dat betekent dat de beslissing alvast moet worden gevolgd, ook als er hoger beroep wordt ingesteld tegen deze beslissing.

2..De beslissing

De voorzieningenrechter:
2.1.
verleent - ter vervanging van de ontbrekende toestemming van de vader - toestemming aan de moeder om van 16 juli 2203 tot en met 18 augustus 2023 met de kinderen af te reizen naar Tiflet in Marokko en aldaar ook te verblijven;
2.2.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
2.3.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt;
2.4.
wijst af het meer of anders gevorderde.
Dit proces-verbaal is op 13 juli 2023 opgemaakt en ondertekend door de voorzieningenrechter.
3498/425