Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 9 maanden, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar.
4..Waardering van het bewijs
met [slachtoffer01] , geboren op [geboortedatum02] 2010, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
-het opzij en/of omhoog doen van de onderbroek van die [slachtoffer01] en
-het brengen en/of houden van zijn penis (in haar onderbroek) tegen haar billen en-het (daarbij) maken van heen en weer gaande bewegingen.
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf en maatregel
In de periode dat de verdachte vrijwillig onder toezicht stond heeft de reclassering hem geholpen om via de huisarts te starten met een behandeling gericht op zijn delictgedrag bij family supporters. Deze behandeling heeft hij inmiddels succesvol doorlopen.
8..Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11.. Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 8 (acht) maanden;
3 (drie) maanden niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzijde rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt gesteld op
2 (twee) jaar;
maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid voor de
vervangende hechteniswordt toegepast voor de duur van
7 (zeven) dagen;
ten hoogste 6 (zes) maandenbedragen;
€ 3.000,- (zegge: drieduizend euro), bestaande uit immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf
7 februari 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij01] te betalen
€ 3.000,-(hoofdsom,
zegge: drieduizend euro), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 7 februari 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 3.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
40 (veertig) dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op.
met [slachtoffer01] , geboren op [geboortedatum02] 2010, die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, meermalen een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, te weten
-het opzij en/of omhoog doen van de onderbroek van die [slachtoffer01] en/of
-het brengen en/of houden van zijn penis (in haar onderbroek) tegen haar billen en/of vagina, althans schaamstreek en/of
-het (daarbij) maken van heen en weer gaande bewegingen.