ECLI:NL:RBROT:2023:6154

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
6 juli 2023
Publicatiedatum
12 juli 2023
Zaaknummer
C/10/658389 / KG ZA 23-436
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bestuursbesluiten van een amateurvoetbalvereniging en de rechtsgeldigheid daarvan

In deze zaak, die voor de Rechtbank Rotterdam is behandeld, heeft eiser [eiser01] een kort geding aangespannen tegen de vereniging SV Besiktas. De procedure is gestart naar aanleiding van een geschil over bestuursbesluiten die tijdens algemene ledenvergaderingen zijn genomen. Eiser vordert onder andere de schorsing van het besluit van 2 februari 2023 tot benoeming van het bestuur van Besiktas, in afwachting van een bodemprocedure waarin hij de vernietiging van dit besluit zal vorderen. Eiser stelt dat de besluiten van de ALV van 22 september 2022 en 2 februari 2023 niet rechtsgeldig zijn genomen, omdat deze in strijd zijn met de statuten van de vereniging en de wet. Besiktas voert verweer en concludeert tot afwijzing van de vorderingen van eiser.

De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat eiser een voldoende spoedeisend belang heeft bij zijn vorderingen, maar heeft de inhoudelijke vorderingen afgewezen. De voorzieningenrechter oordeelt dat er onvoldoende bewijs is dat de besluiten van de ALV niet rechtsgeldig zijn genomen. Eiser heeft weliswaar stellingen geponeerd over de onrechtmatigheid van de besluitvorming, maar de voorzieningenrechter kan niet vaststellen dat de door Besiktas overgelegde stukken vals zijn. De voorzieningenrechter concludeert dat de vorderingen van eiser niet toewijsbaar zijn en dat er geen grond is voor het treffen van een voorlopige voorziening.

De beslissing van de voorzieningenrechter houdt in dat de vorderingen van eiser worden afgewezen en dat de proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij de eigen kosten draagt. Dit vonnis is uitgesproken op 6 juli 2023.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rolnummer: C/10/658389 / KG ZA 23-436
Vonnis in kort geding van 6 juli 2023
in de zaak van
[eiser01],
wonende te Barendrecht,
eiser,
advocaat mr. D.F.P. van Arkel te Rotterdam,
tegen
de vereniging
SV BESIKTAS,
gevestigd te Barendrecht,
gedaagde,
advocaat mr. R.P. Zieltjens te Amsterdam.
Partijen worden hierna [eiser01] en Besiktas genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding van 6 juni 2023 met producties 1 tot en met 10
  • productie 11 van [eiser01]
  • bijlagen 1 tot en met 6 van Besiktas
  • de mondelinge behandeling gehouden op 21 juni 2023
  • de pleitnota van Besiktas.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2..De feiten

2.1.
Besiktas is een in 1999 opgerichte amateur voetbalvereniging met ongeveer 120 spelende leden. [eiser01] is één van de leden van Besiktas.
2.2.
In de statuten van Besiktas is onder meer het volgende opgenomen:
 een besluit tot royement van een lid door het bestuur moet zo spoedig mogelijk schriftelijk aan het lid bekend worden gemaakt (artikel 6 lid 6);
 de algemene ledenvergadering (ALV) benoemt de bestuursleden en bepaalt het aantal bestuursleden (artikel 9 lid 1);
 van het verhandelde in een vergadering van een orgaan van de vereniging worden notulen opgemaakt die op de eerstvolgende vergadering van dat orgaan dienen te worden goedgekeurd (artikel 14 lid 3);
 een besluit van een orgaan is vernietigbaar wegens strijd met de wettelijke of de statutaire bepalingen die het tot stand komen van het besluit regelen en wegens strijd met de redelijkheid en billijkheid of een reglement (artikel 14 lid 5);
 de ALV wordt bijeengeroepen door het bestuur, met inachtneming van een termijn van tenminste veertien dagen; de bijeenroeping geschiedt door een mededeling in het clubblad of door middel van een aan alle leden te zenden schriftelijke kennisgeving, met gelijktijdige vermelding van de agenda (artikel 15 leden 3 en 5);
 van het verhandelde in elke ALV worden door een bestuurslid notulen gemaakt (artikel 16 lid 2);
 een algemeen lid heeft een stem, een vrijwilliger heeft twee stemmen en een bestuurslid heeft vijf stemmen (artikel 17 lid 2a).
Volgens de statuten is voor een wijziging daarvan goedkeuring van de KNVB nodig. De meest recente statutenwijziging, waarbij onder andere de hiervoor genoemde regeling van artikel 17 lid 2a is ingevoerd, is door de KNVB goedgekeurd.
2.3.
Op 22 september 2022 en op 2 februari 2023 heeft een algemene ledenvergadering van Besiktas (hierna: de ALV) plaatsgevonden.
2.4.
Binnen Besiktas bestaat verdeeldheid. Het geschil tussen [eiser01] en zijn achterban en het feitelijk zittende bestuur van Besiktas en haar achterban is voorgelegd aan de Arbitragecommissie van de KNVB, maar die is aan een inhoudelijke beslissing niet toegekomen.

3..Het geschil

3.1.
[eiser01] vordert om bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
het besluit van 2 februari 2023 van Besiktas tot benoeming van het bestuur te schorsen, in afwachting van de uitkomst van een door [eiser01] te starten bodemprocedure tegen Besiktas, waarin onder meer vernietiging van voornoemd besluit zal worden gevorderd;
het besluit van 2 februari 2023 van Besiktas tot benoeming van [naam01] tot voorzitter te schorsen, in afwachting van de uitkomst van een door [eiser01] te starten bodemprocedure tegen Besiktas, waarin onder meer vernietiging van voornoemd besluit zal worden gevorderd;
althans een zodanige voorziening te treffen als de voorzieningenrechter in goede justitie vermeent te behoren;
Besiktas te veroordelen in de kosten van de onderhavige procedure, een bedrag aan kosten voor de door haar raadsvrouw verleende juridische bijstand inbegrepen, alsmede met veroordeling van Besiktas in de nakosten.
3.2.
Besiktas voert verweer. Zij concludeert tot afwijzing van de vorderingen met veroordeling van [eiser01] in de proces- en nakosten, te vermeerderen met de wettelijke rente.

4..De beoordeling

4.1.
Anders dan Besiktas heeft betoogd, heeft [eiser01] bij zijn vorderingen op zichzelf een voldoende spoedeisend belang. Daarvoor is voldoende dat, zoals [eiser01] heeft gesteld, enkele leden van Besiktas vanwege de bestaande interne spanningen, van plan zijn om aan het einde van dit voetbalseizoen het lidmaatschap op te zeggen, wat gevolgen kan hebben voor de continuïteit van Besiktas. Dit betekent dat [eiser01] ontvankelijk is. Daaraan doet niet af dat [eiser01] langere tijd heeft gewacht met het aanhangig maken van dit kort geding. Het geschil tussen partijen is in de tussentijd immers ook voorgelegd aan de Arbitragecommissie van de KNVB.
4.2.
Inhoudelijk is de vraag aan de orde of het aannemelijk is dat een eventuele bodemrechter [eiser01] gelijk zal geven en, zo ja, of sprake is van zodanig klemmende redenen dat op dit moment een voorlopige beslissing moet worden genomen. Die vraag beantwoordt de voorzieningenrechter ontkennend.
4.3.
[eiser01] stelt zich, kort gezegd, op het standpunt dat het op 22 september 2022 genomen bestuursbesluit tot uitbreiding van het bestuur naar elf leden in strijd met de statuten is genomen en daarmee niet rechtsgeldig is, net als het in die ALV of die van 2 februari 2023 volgens Besiktas genomen besluit tot benoeming van het bestuur. Volgens [eiser01] zijn die besluiten daarom vernietigbaar. De stemming met betrekking tot het voorzitterschap van Besiktas in de ALV van 2 februari 2023, waarbij het bestuur in de visie van [eiser01] onjuist gebruik heeft gemaakt van het verzwaarde stemrecht, is in verband daarmee ook niet rechtsgeldig.
4.4.
Volgens artikel 2:15 BW is een besluit vernietigbaar als het in strijd is met wettelijke of statutaire bepalingen die het tot stand komen van besluiten regelen, met de redelijkheid en billijkheid die door artikel 2:8 BW worden geëist of met een reglement. In de statuten van Besiktas is in artikel 14 lid 5 hetzelfde bepaald.
4.5.
[eiser01] meent dat de uitbreiding van het bestuur en benoeming van zeven nieuwe bestuursleden niet rechtsgeldig heeft plaatsgevonden, omdat dit niet op de (aankondiging van de) agenda voor de ALV van 22 september 2022 stond. Bovendien is tijdens de vergadering besloten dat, vanwege het bezwaar van sommige leden, deze kwestie zou worden doorgeschoven naar een volgende vergadering. De zeven leden zijn volgens [eiser01] dus niet rechtsgeldig tot het bestuur toegetreden. Hij heeft zijn standpunt onderbouwd door middel van een e-mail waarin de agenda is opgenomen. Ook heeft hij een stuk overgelegd waarin volgens hem de notulen van die ALV staan. De voorzieningenrechter heeft geconstateerd dat beide stukken inderdaad steun bieden aan zijn stellingen. Besiktas heeft beide punten echter bestreden en ter onderbouwing van dat verweer heeft ook zij stukken overgelegd. Het gaat onder andere om een aankondiging van de ALV, waarin is opgenomen dat “Bestuur & Vrijwilligers” het eerste punt van de agenda is. Ook heeft Besiktas de notulen van die ALV overgelegd, waarin is opgenomen dat het nieuwe bestuur is benoemd en waarin geen melding wordt gemaakt van een afspraak of besluit om dit punt door te schuiven naar de volgende vergadering. Beide partijen stellen of suggereren dat de stukken van de andere partij vervalsingen zijn.
4.6.
De voorzieningenrechter moet het doen met wat beide partijen ter onderbouwing van hun standpunt naar voren hebben gebracht. Voor een nader onderzoek naar de echtheid van de over en weer gepresenteerde stukken bestaat in deze procedure geen ruimte. De voorzieningenrechter kan dus niet vaststellen dat de door Besiktas overgelegde stukken vals zijn, zoals [eiser01] meent. Als de door Besiktas overgelegde stukken juist zijn, lijkt daaruit te moeten volgen dat tijdens de ALV rechtsgeldig is besloten tot benoeming van nieuwe bestuursleden. Het nieuwe bestuur is dus niet pas tijdens de ALV van 2 februari 2023 benoemd. Dit betekent dat de vordering onder 1 niet toewijsbaar is. Er is, gelet op het voorgaande, ook geen grond om in dit verband een andere voorziening te treffen, zoals een schorsing van het besluit van 22 september 2022 tot benoeming van het nieuwe bestuur.
4.7.
[eiser01] meent, zo begrijpt de voorzieningenrechter, dat (het bestuur van) Besiktas de besluitvorming tijdens de ALV van 2 februari 2023 op oneigenlijke manier heeft beïnvloed. Enerzijds heeft het bestuur bepaalde leden ten onrechte als “vrijwilliger” aangemerkt, waardoor zij een verzwaard stemrecht hadden. Ook het verzwaarde stemrecht van de zeven zogenaamd tijdens de ALV van 22 september 2022 benoemde nieuwe leden was niet terecht. Daarnaast heeft het bestuur volgens [eiser01] voorafgaande aan de ALV van 2 februari 2023 leden ten onrechte van het stemrecht uitgesloten omdat zij hun contributie niet hadden betaald en ook heeft het bestuur op oneigenlijke wijze gebruik gemaakt van volmachten. Besiktas heeft dit betoog bestreden.
4.8.
Van belang is allereerst dat volgens de statuten aan bepaalde leden een zwaarder stemrecht toekomt: twee stemmen voor een als zodanig aangewezen vrijwilliger en vijf stemmen voor een bestuurslid. Deze bepaling is niet in strijd met de wet, goedgekeurd door de KNVB en geldt dus als vertrekpunt in de onderhavige beoordeling. Onjuist is het verwijt van [eiser01] dat aan de zeven nieuw benoemde bestuursleden geen verzwaard stemrecht toekwam. Dat volgt uit wat hiervoor is overwogen met betrekking tot de ALV van 22 september 2022. Verder heeft Besiktas aangevoerd, onderbouwd met stukken, dat er een lijst van vrijwilligers is en dat iedereen op die lijst het verzwaarde stemrecht heeft. Hiertegenover heeft [eiser01] onvoldoende onderbouwd dat niet duidelijk is wie allemaal als vrijwilliger zijn aangewezen. De voorzieningenrechter is van oordeel dat Besiktas ten onrechte per (algemene) mail heeft aangekondigd dat leden die hun contributie niet hadden betaald geen stemrecht hadden. Een dergelijke ver strekkende beslissing vergt een rechtstreeks aan het betrokken lid gerichte mededeling. Op dit punt heeft Besiktas dus steken laten vallen. [eiser01] is hier echter uiteindelijk niet mee geholpen. Onduidelijk is gebleven welk effect genoemde aankondiging heeft gehad en dus ook of er leden zijn geweest die wel hadden willen stemmen maar om die reden niet zijn komen opdagen of wier stem ten onrechte ongeldig is verklaard. [eiser01] heeft wel enkele verklaringen overgelegd van leden waaruit lijkt te volgen dat het bestuur op oneigenlijke wijze machtigingen heeft verzameld, maar dat is onvoldoende om de door [eiser01] gevorderde maatregel te rechtvaardigen.
4.9.
Het voorgaande leidt ertoe dat de voorzieningenrechter te weinig in handen heeft gekregen om de conclusie te kunnen trekken dat de bodemrechter [eiser01] waarschijnlijk gelijk zal geven. Ook een belangenafweging maakt dat geen grond bestaat voor het treffen van een voorlopige voorziening, ook al kan niet uitgesloten worden dat (het bestuur van) Besiktas in de aanloop naar en mogelijk ook tijdens de beide hiervoor besproken ALV’s steken heeft laten vallen. Beide partijen zijn gebaat bij het goede functioneren van de vereniging. Toewijzing van enig deel van de vordering zal vermoedelijk niet bijdragen aan dat goede functioneren. Het belang van de vereniging kan, zo lijkt het, wel worden gediend met een gesprek tussen partijen, misschien onder leiding van een onafhankelijke derde. Daarbij is van belang dat [eiser01] klaarblijkelijk niet alleen staat in zijn kritiek op het bestuur.
4.10.
De vorderingen van [eiser01] worden dus afgewezen. Uit het voorgaande volgt echter dat (het bestuur van) Besiktas ook steken heeft laten vallen. Zo bezien krijgen beide partijen in zekere zin op onderdelen ongelijk. Dat gegeven en het belang van het goede functioneren van de vereniging, waarvoor beide partijen zeggen op te komen, zijn aanleiding voor de voorzieningenrechter om de proceskosten te compenseren. Dat betekent dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5..De beslissing

De voorzieningenrechter
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
compenseert de kosten van deze procedure tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. Th. Veling en in het openbaar uitgesproken op 6 juli 2023.1734/1980