ECLI:NL:RBROT:2023:5821

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 juni 2023
Publicatiedatum
5 juli 2023
Zaaknummer
C/10/657200 / HA RK 23-434
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot benoeming van een vereffenaar in een nalatenschap met onbekende erfgenamen

Op 15 juni 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster, ZORGZAAM IN BALANS B.V., in de hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van [verzoekster01], een verzoek heeft ingediend tot benoeming van een vereffenaar in de nalatenschap van erflaatster [erflaatster01]. De erflaatster, geboren op [geboortedatum01] 1948 in Joegoslavië en overleden op [overlijdensdatum01] te Rotterdam, heeft geen testament achtergelaten en was ongehuwd. Haar vijf kinderen, waaronder verzoekster, zijn haar erfgenamen.

De rechtbank heeft vastgesteld dat verzoekster niet in contact kan komen met de andere erfgenamen en dat zij niet over de benodigde kennis en kunde beschikt om de nalatenschap te vereffenen. Aangezien de nalatenschap beneficiair is aanvaard, heeft de rechtbank op grond van artikel 4:203 lid 1 onder a BW besloten om een vereffenaar te benoemen. De rechtbank heeft de belanghebbenden gevraagd of zij verweer willen voeren, maar zij hebben niet gereageerd, wat de rechtbank interpreteert als geen bezwaar tegen de benoeming.

Verzoekster heeft mr. P.M. Boiten voorgesteld als vereffenaar, en de rechtbank heeft deze benoeming toegewezen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de vereffenaar is opgedragen om de benoeming bekend te maken in de digitale Staatscourant. De rechtbank heeft ook opgemerkt dat er mogelijk nog een erfgenaam is, [naam05], die verder onderzocht moet worden door de benoemde vereffenaar. Het verzoek om kosten is afgewezen, en de rechtbank heeft de griffier verzocht om de benoeming in te schrijven in het boedelregister.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rekestnummer: C/10/657200 / HA RK 23-434
Beschikking van 15 juni 2023
in de zaak van
ZORGZAAM IN BALANS B.V.,
in de hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen die (zullen) toebehoren aan
[verzoekster01],
gevestigd te [vestigingsplaats01] ,
verzoekster,
advocaat mr. P.M. Boiten te Hendrik-Ido-Ambacht
Belanghebbenden:
1.
[naam01],
wonende te [woonplaats01] ,
2.
[naam02],
wonende te [woonplaats01] ,
3.
[naam03],
wonende te [woonplaats02] ,
4.
[naam04],
wonende te [woonplaats03] .

1.De procedure

1.1.
Op 28 april 2023 is bij de rechtbank ingekomen het verzoekschrift van verzoekster tot benoeming van een vereffenaar, met producties.
1.2.
Bij aangetekende brieven van 10 mei 2023 heeft de rechtbank aan de belanghebbenden gevraagd of zij verweer willen voeren tegen het verzoekschrift. De rechtbank heeft van de belanghebbenden geen reactie ontvangen en de brief van belanghebbende 3 heeft de rechtbank retour ontvangen, omdat deze niet is afgehaald. Omdat de belanghebbenden niet hebben laten weten verweer te willen voeren en de rechtbank geen vragen heeft aan verzoekster, heeft de rechtbank besloten om zonder mondelinge behandeling uitspraak te doen.

2.De beoordeling

2.1.
Op [overlijdensdatum01] is te Rotterdam overleden mevrouw [erflaatster01] (hierna: erflaatster), geboren op [geboortedatum01] 1948 te [geboorteplaats01] (Joegoslavië). De laatste woonplaats van erflaatster was Rotterdam.
2.2.
Erflaatster heeft niet bij testament over haar nalatenschap beschikt. Ten tijde van haar overlijden was erflaatster ongehuwd. Erflaatster heeft vijf kinderen achtergelaten, namelijk [verzoekster01] en de belanghebbenden. Op grond van de wet zijn de kinderen van erflaatster haar erfgenamen.
2.3.
De kantonrechter van de rechtbank Rotterdam heeft de goederen die (zullen) toebehoren aan [verzoekster01] vanaf 9 juli 2020 onder bewind gesteld. Verzoekster is met ingang van 1 juli 2022 de bewindvoerder van [verzoekster01] . Verzoekster heeft de nalatenschap van erflaatster namens [verzoekster01] op 6 april 2023 beneficiair aanvaard. Dit betekent dat de nalatenschap op grond van de wet door alle erfgenamen moet worden vereffend.
2.4.
Volgens verzoekster lukt het niet om in contact te komen met de andere erfgenamen en ontbreekt het haar aan de kennis en de kunde om de nalatenschap te vereffenen. Verzoekster verzoekt daarom, in de hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen die (zullen) toebehoren aan [verzoekster01] , om een vereffenaar te benoemen in de nalatenschap van erflaatster en de beschikking uitvoerbaar bij voorraad te verklaren, kosten rechtens.
2.5.
De rechtbank kan op grond van artikel 4:203 lid 1 onder a BW een vereffenaar benoemen als een nalatenschap beneficiair is aanvaard en een erfgenaam verzoekt een vereffenaar te benoemen. Aan deze beide voorwaarden is voldaan, want [verzoekster01] is erfgenaam en heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard. Verzoekster heeft ook voldoende toegelicht dat er een belang is bij het benoemen van een vereffenaar, omdat vanwege de beneficiaire aanvaarding de nalatenschap van erflater vereffend moet worden en alle erfgenamen gezamenlijk vereffenaar zijn. Het is daarom aan verzoekster om samen met de andere erfgenamen de nalatenschap van erflater te vereffenen. Volgens verzoekster kan zij niet in contact komen met de andere erfgenamen en heeft zij als bewindvoerder ook niet de kennis en kunde om te vereffenen. Er is daarom voldoende belang om een vereffenaar te benoemen.
2.6.
De rechtbank heeft aan de belanghebbenden gevraagd of zij verweer willen voeren tegen het verzoekschrift, maar zij hebben op de brieven van de rechtbank niet gereageerd. De rechtbank leidt daaruit af dat zij geen bezwaar hebben tegen de benoeming van een vereffenaar. Het verzoek zal daarom worden toegewezen.
2.7.
Verzoekster heeft voorgesteld om De Bakker Advocaten en Erfrechtspecialisten B.V. dan wel mr. P.M. Boiten, verbonden aan deze vennootschap, tot vereffenaar te benoemen. Omdat de bereidverklaring die is overgelegd ziet op de benoeming van mr. P.M. Boiten tot vereffenaar, zal de rechtbank hem tot vereffenaar benoemen in de nalatenschap van erflater. De benoeming dient door de vereffenaar bekend te worden gemaakt in de digitale Staatscourant.
2.8.
De rechtbank merkt daarnaast nog het volgende op. De rechtbank heeft in de Basisregistatie personen gezien dat [naam05] ook als kind van erflaatster geregistreerd staat. In de Basisregistratie personen is [naam05] echter verder niet te vinden, zodat de rechtbank haar niet heeft kunnen aanschrijven. Het is de taak van de vereffenaar om een erfgenamenonderzoek te doen (artikel 225 lid 1 BW), zodat hij ook zal moeten onderzoeken of [naam05] of haar afstammelingen erfgenamen van erflaatster zijn.
2.9.
Het verzoek met betrekking tot de kosten van dit verzoek zal worden afgewezen, omdat daar nu geen grond voor is. Dit verzoek dient te zijner tijd separaat aan de kantonrechter te worden voorgelegd.

3.De beslissing

De rechtbank
3.1.
benoemt
mr. P.M. Boiten, verbonden aan De Bakker Advocaten en Erfrechtspecialisten B.V. te Hendrik-Ido-Ambacht (postadres: Postbus 175, 3341 AD te Hendrik-Ido-Ambacht), tot vereffenaar in de nalatenschap van:
tot vereffenaar van de nalatenschap van:
[erflaatster01],
geboren te [geboorteplaats01] (Joegoslavië) op [geboortedatum01] 1948,
laatstelijk wonende te Rotterdam,
overleden op [overlijdensdatum01] te Rotterdam,
3.2.
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
3.3.
draagt de vereffenaar op de benoeming bekend te maken in de digitale Staatscourant;
3.4.
verzoekt de griffier de benoeming onverwijld in te schrijven in het boedelregister van de rechtbank op voet van het bepaalde in artikel 4:206 lid 6 BW;
3.5.
verzoekt de griffier de kantonrechter te Rotterdam, locatie Dordrecht, op de hoogte te stellen van deze benoeming;
3.6.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. C. van Steenderen-Koornneef en in het openbaar uitgesproken op 15 juni 2023. [1]
3120

Voetnoten

1.Tegen deze beschikking kan - voor zover er definitief is beslist - door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof Den Haag. De verzoekende partij en verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden, te rekenen van de dag van de uitspraak, in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.