ECLI:NL:RBROT:2023:579

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
12 januari 2023
Publicatiedatum
30 januari 2023
Zaaknummer
10/280338-21
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor verwerven en bezit van kinderporno, ontucht met een minderjarige en toezenden van pornografie aan een minderjarige

Op 12 januari 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het verwerven en in bezit hebben van kinderporno, ontucht met een minderjarige en het toezenden van pornografisch materiaal aan een minderjarige. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte, in de periode van 22 tot en met 29 september 2020, via Snapchat contact heeft gezocht met een minderjarige, [slachtoffer01], en haar heeft aangemoedigd om naaktfoto's en video's van zichzelf naar hem te sturen. De verdachte heeft haar hiervoor geld aangeboden, wat leidde tot het versturen van meerdere seksuele afbeeldingen en video's. De rechtbank heeft de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten, waarbij de bewezenverklaring van het bezit en verwerven van kinderporno en de ontucht met de minderjarige als wettig en overtuigend bewezen werd beschouwd. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van 90 dagen, waarvan 88 dagen voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaar, en heeft bijzondere voorwaarden opgelegd, waaronder een meldplicht bij de reclassering en het vermijden van contact met minderjarigen. Daarnaast is er een gedeeltelijke toewijzing van de vordering van de benadeelde partij, die schadevergoeding heeft gevorderd voor materiële en immateriële schade.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer: 10/280338-21
Datum uitspraak: 12 januari 2023
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01],
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01],
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres01] , [postcode01] [plaats01] ,
raadsman mr. T. Sönmez, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 12 januari 2023.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie R.P.L. van Loon heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 90 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 88 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar en oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering in haar rapporten van 17 februari 2022 en 29 november 2022, met in aanvulling daarop het meewerken aan het vinden en behouden van een zinvolle dagbesteding en de voorwaarde dat de verdachte open is over zijn internetgebruik en hier inzage in geeft met een verbod om zijn internetgeschiedenis te wissen, alsmede een taakstraf voor de duur van 150 uur.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Bewezenverklaring zonder nadere motivering
Het onder 3 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Dit feit zal zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard.
4.2.
Bewijswaardering feiten 1 en 2
4.2.1.
Standpunt verdediging
De raadsman heeft vrijspraak bepleit van de feiten 1 en 2 primair. Hij heeft hiertoe aangevoerd dat, voor zover het al zou gaan om kinderporno, niet met zekerheid kan worden vastgesteld dat [slachtoffer01] degene is die op de afbeeldingen en filmpjes te zien is. Daarnaast is niet vast te stellen hoe de ontuchtige handelingen op de video’s tot stand zijn gekomen en of de verdachte hierin een actief aandeel heeft gehad. Hierdoor kan niet wettig en overtuigend worden bewezen dat sprake is van het bezit of verwerven van kinderporno en ontucht met een minderjarige.
4.2.2.
Beoordeling
De rechtbank verwerpt dit verweer en overweegt hiertoe als volgt. Uit de bewijsmiddelen en het verhandelde ter terechtzitting volgt dat de verdachte via Snapchat contact heeft gezocht met de destijds minderjarige [slachtoffer01] . De verdachte heeft verklaard dat hij wist dat ze minderjarig was omdat [slachtoffer01] hem dit in een chatgesprek had verteld. Daarna heeft hij haar een ‘dickpic’ gestuurd en herhaaldelijk aan haar gevraagd om naaktfoto’s en filmpjes van zichzelf naar hem te sturen, waarbij hij steeds aangaf wat hij wilde zien op de foto’s en filmpjes. [slachtoffer01] heeft gereageerd dat ze dat alleen zou doen in ruil voor geld waarna zij meerdere ‘Tikkies’ heeft verstuurd naar de verdachte. Zij hoopte dat zij hierdoor van hem af zou zijn. De verdachte betaalde echter de bedragen. [slachtoffer01] heeft vervolgens de gevraagde naaktfoto’s van haarzelf naar de verdachte toegestuurd. Ook heeft zij door de verdachte gevraagde filmpjes van haar naakte lichaam en een filmpje waarop zij zichzelf aan het vingeren is, gemaakt en naar de verdachte gestuurd.
Gelet hierop acht de rechtbank het onder 1 ten laste gelegde bezit en verwerven van kinderporno en de onder 2 primair ten laste gelegde ontucht met een minderjarige wettig en overtuigend bewezen.
4.3.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank de inhoud van wettige bewijsmiddelen opgenomen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Op grond daarvan, en op grond van de redengevende inhoud van het voorgaande, is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 en 2 primair ten laste gelegde heeft begaan.
In bijlage III heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder feit 3 ten laste gelegde heeft begaan.
De verdachte heeft de bewezen verklaarde feiten op die wijze begaan dat:
1
hij in de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] , meermalen
- afbeeldingen en
- gegevensdragers, te weten smartphones (merk Samsung S21, Samsung S10 en Samsung S8) en tablets (merk Apple iPad Air en Samsung tablet) en een laptop (merk HP), bevattende afbeeldingen,
te weten foto's en filmpjes, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken , te weten [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] -2004) ,
heeft
verworven,
in bezit gehad en
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de vingers vaginaal penetreren van het eigen lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het met de vingers en/of hand betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en
het geheel of gedeeltelijk naakt laten poseren door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij door het camerastandpunt en de (onnatuurlijke) pose en de uitsnede van de foto's /films nadrukkelijk het ontblote geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden waarbij de afbeelding aldus telkens een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en strekt tot seksuele prikkeling .
2 ( primair)
hij in of omstreeks de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] , met [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] -2004), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, ontuchtige handelingen heeft gepleegd, door
- die [slachtoffer01] zichzelf geheel en deels uit te laten kleden,
- die [slachtoffer01] haar vingers in haar vagina te doen brengen en bewegen,
en door die [slachtoffer01] zichzelf te laten filmen en fotograferen terwijl zij bovenstaande handelingen verricht en die [slachtoffer01] deze filmpjes en foto's naar hem te laten sturen.
3
hij in de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] , meerdere afbeeldingen waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, te weten afbeeldingen (foto’s ) waarop zijn ontblote penis zichtbaar was , heeft verstuurd aan een minderjarige, te weten, [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] -2004), van wie hij wist, dat deze jonger was dan zestien jaar.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.

5..Strafbaarheid feiten

Het bewezen feit levert op:
een afbeelding en een gegevensdrager bevattende een afbeelding van een seksuele gedraging, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet heeft bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, verwerven, in bezit hebben en zich door middel van een geautomatiseerd werk of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang daartoe verschaffen, meermalen gepleegd
met iemand beneden de leeftijd van zestien jaren buiten echt ontuchtige handelingen plegen
een afbeelding, bevattende een afbeelding waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, verstrekken aan een minderjarige van wie hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden, dat deze jonger is dan zestien jaar, meermalen gepleegd
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten.
De feiten zijn dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feiten waarop de straf is gebaseerd
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het aanbieden van pornografie aan iemand van 15 jaar, ontucht met diezelfde minderjarige en aan het verwerven en in bezit hebben van kinderpornografie. De verdachte heeft via Snapchat contact gezocht met [slachtoffer01] en heeft haar meermalen foto’s gestuurd van zijn ontblote geslachtsdeel. Daarnaast heeft [slachtoffer01] op zijn verzoek naaktfoto’s en seksueel getinte filmpjes van haarzelf gemaakt en naar hem gestuurd. De verdachte heeft zich hiermee schuldig gemaakt aan zeer ernstige feiten, die een normale en gezonde seksuele ontwikkeling bij een minderjarige kunnen doorkruisen. Dat dit een negatieve impact heeft gehad op het slachtoffer, is ook gebleken uit de ter zitting namens [slachtoffer01] voorgedragen slachtofferverklaring. De rechtbank rekent het de verdachte aan dat hij met zijn gedrag niet heeft stilgestaan bij de gevolgen van zijn gedrag voor een minderjarige in haar pubertijd en dat hij zich alleen heeft laten leiden door zijn eigen behoeftebevrediging.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
13 december 2022, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld.
7.3.2.
Rapportages
Reclassering Nederland, heeft rapportages over de verdachte opgemaakt op
17 februari 2022 en 29 november 2022. Deze rapportages houden onder meer het volgende in.
De reclassering ziet het gevoel van eenzaamheid tezamen met het psychosociaal functioneren van de verdachte als een mogelijk verband voor het begaan van de ten laste gelegde feiten. De verdachte is inmiddels begonnen met een vrijwillige ambulante behandeling bij de Waag en spreekt wekelijks met een behandelaar. Bij de verdachte is sprake van probleembesef en hij toont zelfinzicht. De behandeling verloopt goed en volgens de psycholoog bij de Waag boekt de verdachte vooruitgang. Ook slikt hij antidepressiva die goed lijken aan te slaan en de sombere gedachten van de verdachte onder controle houden. Tijdens de behandeling wordt aandacht besteed aan de delicten en zijn psychische problematiek, waaronder het negatieve zelfbeeld. De verdachte krijgt actieve huiswerkopdrachten mee naar huis om zijn eenzaamheid tegen te gaan en zijn ouders in het proces te betrekken. Doordat de verdachte meer is gaan werken, heeft zijn dagindeling meer structuur gekregen. De verdachte is tot op heden niet gerecidiveerd. Het risico op recidive wordt gelet op de behandeling en medicatie ingeschat als laag.
Het blijft wel van belang dat er antwoord komt op welke risico’s er zijn op het gebied van zedendelicten. Dit kan bij de Waag onderzocht worden. Om die reden wil de reclassering het gedrag van de verdachte monitoren in een toezicht en een ambulante behandeling.
Op de zitting heeft de verdachte verteld dat hij open staat voor reclasseringscontact en behandeling en gemotiveerd is om aan zijn problemen te werken. Door de wekelijkse behandelgesprekken bij de Waag leert hij om te gaan met verschillende gevoelens en situaties en begrijpt hij steeds beter wat er gebeurd kan zijn. Ook heeft hij verteld dat hij op eigen initiatief een online platform voor eenzame jongeren heeft verlaten en de behandeling bij de Waag is gestart, omdat hij erg geschrokken is van zijn handelen. Hij beseft dat hij hulp nodig heeft en stemt in met de bijzondere voorwaarden zoals voorgesteld door de reclassering.
Geadviseerd wordt om de verdachte een (deels) voorwaardelijke straf op te leggen met de bijzondere voorwaarden meldplicht, ambulante behandeling, het vermijden van contact met minderjarigen, het vermijden van kinderporno en het geven van openheid over het aangaan en onderhouden van (partner)relaties.
7.4.
Conclusies van de rechtbank
Gezien de ernst van de feiten kan in beginsel niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Mede gelet op het tijdsverloop en de door de reclassering geschetste noodzaak dat de verdachte een verdere behandeling zal krijgen, zal de rechtbank afzien van het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking de jonge leeftijd van de verdachte, dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor strafbare feiten, dat hij al vrijwillig in behandeling is gegaan om aan zichzelf te werken en zijn proceshouding waaruit gebleken is dat hij inzicht heeft getoond in het strafwaardige karakter van zijn handelen. Vanuit preventief oogpunt wordt daarom een voorwaardelijke gevangenisstraf opgelegd met een proeftijd, reclasseringstoezicht en de voorwaarden die hierna worden genoemd. Daarnaast wordt vanuit punitief oogpunt een taakstraf opgelegd.
Met de officier van justitie acht de rechtbank het van belang om als extra bijzondere voorwaarde op te nemen dat de verdachte meewerkt aan het vinden en behouden van zinvolle dagbesteding en dat hij aan de reclassering inzage moet geven in zijn internetgebruik en dat het hem verboden is om zijn internetgeschiedenis te wissen, dan wel gebruik te maken van internetgebruik verhullende apps en/of programma’s.
Daarnaast heeft de officier van justitie verzocht om in afwijking van het advies van de reclassering aan de verdachte als bijzondere voorwaarde op te leggen dat hij op geen enkele wijze contact zoekt met minderjarigen en deze contacten vermijd. De rechtbank ziet hiertoe onvoldoende aanleiding gelet op het feit dat de als bijzondere voorwaarde opgelegde voorwaarde om niet seksueel te communiceren met minderjarigen voorziet in een voldoende waarborg om ongepast contact met minderjarigen te voorkomen. Hierbij is mede in aanmerking genomen dat de reclassering heeft geconstateerd dat de verdachte tot op heden niet heeft gerecidiveerd.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straf passend en geboden.

8..Vordering benadeelde partij/ schadevergoedingsmaatregel

Als benadeelde partij heeft zich in het geding gevoegd: [benadeelde partij01] ter zake van de ten laste gelegde feiten. De benadeelde partij vordert een vergoeding van € 119,14 aan materiële schade en een vergoeding van € 2.500,00 aan immateriële schade.
De gevorderde materiële schade ziet op de vergoeding van de reiskosten naar het politiebureau, naar de raadsman van de benadeelde partij en naar de zitting. De gevorderde immateriële schade ziet op psychische klachten bij de benadeelde partij.
8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vordering te vermeerderen met de wettelijke rente en met oplegging van de schadevergoedingsmaatregel.
8.2.
Standpunt verdediging
De verdediging heeft zich op het standpunt gesteld dat de vordering niet-ontvankelijk dient te worden verklaard omdat de vordering onvoldoende is onderbouwd en te ingewikkeld is voor de behandeling in deze procedure.
8.3.
Beoordeling
Vast is komen te staan dat aan de benadeelde partij door de bewezen verklaarde strafbare feiten rechtstreeks zowel materiële als immateriële schade is toegebracht.
De immateriële schade zal naar billijkheid vastgesteld worden op € 1.000,00, zodat de vordering tot dit bedrag zal worden toegewezen. Voor het meerdere zal de vordering niet-ontvankelijk worden verklaard.
De materiële schade van € 119,14 zal geheel worden toegewezen, aangezien dat deel van de vordering voldoende is onderbouwd en door de verdediging niet is betwist.
De benadeelde partij heeft gevorderd het te vergoeden bedrag te vermeerderen met wettelijke rente. De rechtbank bepaalt dat het te vergoeden schadebedrag vermeerderd wordt met wettelijke rente vanaf 29 september 2020.
Nu de vordering van de benadeelde partij (in overwegende mate) zal worden toegewezen, zal de verdachte worden veroordeeld in de kosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken.
8.4.
Conclusie
De verdachte moet de benadeelde partij een schadevergoeding betalen van € 1.119.14, vermeerderd met de wettelijke rente en kosten als hieronder in de beslissing vermeld. Tevens wordt oplegging van de hierna te noemen maatregel als bedoeld in artikel 36f van het Wetboek van Strafrecht passend en geboden geacht.
Over een deel van de gevorderde schadevergoeding wordt in deze procedure geen inhoudelijke beslissing genomen.

9..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 36f, 57, 240a, 240b en 247 van het Wetboek van Strafrecht.

10..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11..Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen dat de verdachte de onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 90 (negentig) dagen;
bepaalt dat van deze gevangenisstraf een gedeelte, groot 88 (achtentachtig) dagen niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft en ook als de veroordeelde gedurende de proeftijd een bijzondere voorwaarde niet naleeft of een voorwaarde die daaraan van rechtswege is verbonden;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
stelt als bijzondere voorwaarden:
1. De veroordeelde meldt zich op afspraken met de reclassering, zo vaak en zolang de reclassering dat nodig vindt. De reclassering zal contact met de veroordeelde opnemen voor de eerste afspraak.
2. De veroordeelde laat zich behandelen door de Waag of een nader te bepalen instelling door de reclassering. De behandeling start wanneer de reclassering dit nodig acht. De behandeling duurt de gehele proeftijd of zoveel korter als de reclassering en de behandelaar nodig vindt. De veroordeelde houdt zich aan de huisregels en de aanwijzingen die de zorgverlener geeft voor de behandeling. Het innemen van medicijnen kan onderdeel zijn van de behandeling. Tevens is het afnemen en afronden van diagnostiek verplicht.
3. De veroordeelde vermijdt dat hij in aanraking komt met kinderpornografisch materiaal en vermijdt dat er kinderpornografisch materiaal op zijn digitale gegevensdragers komt. De veroordeelde onthoudt zich op welke wijze dan ook van:
- het seksueel getint communiceren met minderjarigen;
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin kinderpornografisch materiaal kan worden verkregen;
- het bezoeken van een digitale omgeving waarin over seksuele handelingen met
minderjarigen wordt gecommuniceerd.
De veroordeelde bespreekt tijdens de gesprekken met de reclassering hoe hij denkt dit gedrag te voorkomen. De veroordeelde werkt mee aan controle van digitale gegevensdragers tijdens een huisbezoek. De veroordeelde verschaft toegang tot alle aanwezige computers, smartphones en andere digitale gegevensdragers waarop afbeeldingen kunnen worden opgeslagen of waarmee het internet kan worden benaderd. De veroordeelde verstrekt de wachtwoorden die nodig zijn voor deze controle. De controle op digitale gegevensdragers vindt maximaal drie keer per jaar plaats. De controle is gericht op de vraag of de veroordeelde kinderpornografisch materiaal vermijdt. De controle strekt er niet toe een beeld te krijgen van het persoonlijke leven van de veroordeelde. De reclassering kan voor technische ondersteuning een deskundige meenemen, ook als dit een opsporingsambtenaar is die deskundig is op digitaal gebied. Bij de controle kan gebruik worden gemaakt van een hulpmiddel dat een indicatie geeft of kinderpornografisch materiaal aanwezig is.
4. De veroordeelde is open over zijn internetgebruik en geeft hier inzage in. Hij meldt welke gegevensdragers hij gebruikt en stemt in met controle op deze gegevensdragers, indien de reclassering hier een noodzaak toe ziet. Het is de veroordeelde verboden zijn internetgeschiedenis te wissen en/of gebruik te maken van internetgebruik verhullende apps en/of programma’s.
5. De veroordeelde geeft de reclassering openheid over het aangaan en onderhouden van (partner)relaties en verleent de reclassering toestemming om relevante referenten uit zijn (sociale) netwerk te raadplegen en contact te onderhouden met personen en instanties die deel uitmaken van zijn (sociale) netwerk.
verstaat dat van rechtswege de volgende voorwaarden zijn verbonden aan de hierboven genoemde bijzondere voorwaarden
- de veroordeelde zal ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking verlenen aan het nemen van één of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbieden;
- de veroordeelde zal medewerking verlenen aan reclasseringstoezicht, daaronder begrepen de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht;
geeft aan genoemde reclasseringsinstelling opdracht toezicht te houden op de naleving van de voorwaarden en de veroordeelde ten behoeve daarvan te begeleiden;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht, voor zover deze tijd niet reeds op een andere vrijheidsstraf in mindering is gebracht;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
60 (zestig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
30 (dertig) dagen;
veroordeelt de verdachte om tegen behoorlijk bewijs van kwijting aan de benadeelde partij [benadeelde partij01] te betalen een bedrag van
€ 1.119.14 (zegge: duizendhonderdnegentien euro en veertien eurocent), bestaande uit € 1.000,00 aan immateriële schade en € 119,14 aan materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 29 september 2020 tot aan de dag der algehele voldoening;
verklaart de benadeelde partij niet-ontvankelijk in het resterende deel van de vordering; bepaalt dat dit deel van de vordering slechts kan worden aangebracht bij de burgerlijke rechter;
veroordeelt de verdachte in de proceskosten door de benadeelde partij gemaakt, tot op heden aan de zijde van de benadeelde partij begroot op nihil en in de kosten ten behoeve van de tenuitvoerlegging nog te maken;
legt aan de verdachte
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij01] te betalen
€ 1.119.14 (zegge: duizendhonderdnegentien euro en veertien eurocent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 29 september 2020 tot aan de dag van de algehele voldoening;
bepaalt dat indien het verschuldigde bedrag niet volledig wordt betaald of kan worden verhaald,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
21 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
verstaat dat betaling aan de benadeelde partij, tevens geldt als betaling aan de staat ten behoeve van de benadeelde partij en omgekeerd.
Dit vonnis is gewezen door
mr. A.M. Zwaneveld, voorzitter,
en mrs. E. IJspeerd en E.M. Rocha, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. S. Kroes, griffier,
en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De oudste rechter en de jongste rechter zijn buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
hij in of omstreeks de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] en/of te [plaats02] , althans in Nederland, meermalen
- afbeeldingen en/of
- gegevensdragers, te weten smartphones (merk Samsung S21, Samsung S10 en/of Samsung S8) en/of tablets (merk Apple iPad Air en/of Samsung tablet) en/of een laptop (merk HP), bevattende afbeeldingen,
te weten foto's en/of filmpjes, van seksuele gedragingen, waarbij iemand die kennelijk de leeftijd van achttien jaar nog niet had bereikt, is betrokken of schijnbaar is betrokken, te weten [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] -2004) en/of een of meer onbekend gebleven personen,
heeft
vervaardigd,
verworven,
in bezit gehad en/of
zich daartoe door middel van een geautomatiseerd werk en/of met gebruikmaking van een communicatiedienst de toegang heeft verschaft
welke seksuele gedragingen - zakelijk weergegeven - bestonden uit:
het met de vingers vaginaal penetreren van het eigen lichaam van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het met de/een vinger(s) en/of hand betasten en/of aanraken van het eigen geslachtsdeel, de eigen billen en/of eigen borsten van een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt
en/of
het geheel of gedeeltelijk naakt (laten) poseren van/door een persoon die kennelijk de leeftijd van 18 jaar nog niet had bereikt, waarbij deze persoon gekleed is en/of
poseert in een erotisch getinte houding
(op een wijze) die niet bij hun/haar leeftijd past/passen
en/of waarbij deze persoon zich (vervolgens) in opeenvolgende afbeeldingen/filmfragmenten van hun/haar kleding ontdoet
en/of (waarna) door het camerastandpunt en/of de (onnatuurlijke) pose en/of de wijze van kleden van deze persoon en/of de uitsnede van de foto's /film(s) nadrukkelijk het (ontblote) geslachtsdeel, de borsten en/of billen van deze persoon in beeld gebracht worden (waarbij) de afbeelding (aldus) (telkens) een onmiskenbaar seksuele strekking heeft en/of strekt tot seksuele prikkeling en hij aldus van het plegen van dit misdrijf een gewoonte heeft gemaakt;
2
hij in of omstreeks de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] en/of te [plaats02] , althans in Nederland, met [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] -2004), die toen de leeftijd van zestien jaren nog niet had bereikt, buiten echt, een of meer ontuchtige handelingen heeft gepleegd, door
- die [slachtoffer01] zichzelf geheel en/of deels uit te laten kleden,
- die [slachtoffer01] haar vingers in haar vagina te doen brengen en/of bewegen,
en door die [slachtoffer01] zichzelf te laten filmen en/of fotograferen terwijl zij bovenstaande handelingen verricht en die [slachtoffer01] deze filmpjes en foto's naar hem te laten sturen;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou kunnen leiden:
hij in of omstreeks de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] en/of te [plaats02] , althans in Nederland, door giften en/of beloften van geld en/of goed, misbruik van uit feitelijke
verhoudingen voortvloeiend overwicht en/of misleiding, te weten door
- het leeftijdsverschil tussen verdachte en [slachtoffer01] en/of het aanwezige sociaal/emotionele verschil in ontwikkeling tussen verdachte en [slachtoffer01] en/of
- die [slachtoffer01] te betalen voor foto’s en/of filmpjes en/of
- die [slachtoffer01] te zeggen wat zij moet doen, fotograferen en/of filmen,
(geboren op [geboortedatum02] -2004), die de leeftijd van achttien jaren nog niet had bereikt, opzettelijk heeft bewogen ontuchtige handelingen te plegen, door
- die [slachtoffer01] zichzelf geheel en/of deels uit te laten kleden,
- die [slachtoffer01] haar eigen vingers in haar eigen vagina te doen brengen en/of bewegen,
en door die [slachtoffer01] zichzelf te laten filmen en/of fotograferen terwijl zij bovenstaande handelingen verricht en die [slachtoffer01] deze filmpjes en foto's naar hem te laten sturen;
3
hij in of omstreeks de periode van 22 september 2020 tot en met 29 september 2020 te [plaats01] en/of te [plaats02] , althans in Nederland, meerdere afbeeldingen waarvan de vertoning schadelijk is te achten voor personen beneden de leeftijd van zestien jaar, te weten afbeeldingen (foto’s en/of filmpjes) waarop zijn ontblote penis zichtbaar was en/of zichtbaar was dat verdachte masturbeerde, heeft vertoond, verstuurd en/of getoond aan een minderjarige, te weten, [slachtoffer01] (geboren op [geboortedatum02] -2004), van wie hij wist, althans redelijkerwijs had moeten vermoeden, dat deze jonger was dan zestien jaar.