ECLI:NL:RBROT:2023:577

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
3 januari 2023
Publicatiedatum
30 januari 2023
Zaaknummer
648773
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Personen- en familierecht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige met ADHD en ASS

In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 3 januari 2023, wordt de ondertoezichtstelling van de minderjarige [voornaam minderjarige01] verlengd voor de duur van twaalf maanden. De kinderrechter oordeelt dat er sprake is van een bedreiging voor de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01], die gediagnosticeerd is met ADHD en een autismespectrumstoornis (ASS). De minderjarige vertoont ongewenst gedrag en heeft antisociale contacten, wat leidt tot spanningen in de thuissituatie. De Raad voor de Kinderbescherming heeft verzocht om de ondertoezichtstelling, zodat de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West regie kan voeren en samen met de ouders en [voornaam minderjarige01] kan werken aan systemische hulp.

Tijdens de mondelinge behandeling zijn de ouders van [voornaam minderjarige01] aanwezig geweest en hebben zij hun zorgen geuit over de situatie thuis. Zij geven aan dat er verbeteringen zijn, maar dat de situatie nog steeds kwetsbaar is. De kinderrechter concludeert dat de ouders in het verleden hulp hebben ingeroepen, maar dat deze hulp vaak niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd. De kinderrechter benadrukt het belang van structuur in het leven van [voornaam minderjarige01] en de rol die zijn dagbesteding speelt in de verbetering van de thuissituatie.

De kinderrechter besluit om de ondertoezichtstelling te verlengen, zodat de ouders de nodige ondersteuning kunnen krijgen en [voornaam minderjarige01] kan worden geholpen bij het ontwikkelen van zijn vaardigheden. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad en kan door belanghebbenden worden aangevochten binnen drie maanden na de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaaknummer: C/10/648773 / JE RK 22-2768
Datum uitspraak: 3 januari 2023

Beschikking van de kinderrechter over een ondertoezichtstelling

in de zaak van

de Raad voor de Kinderbescherming regio Rotterdam-Dordrecht,

gevestigd te Rotterdam, hierna te noemen: de Raad,
betreffende

[minderjarige01] ,

geboren op [geboortedatum01] 2006 te [geboorteplaats01] , hierna te noemen: [voornaam minderjarige01] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder01] ,

hierna te noemen: de moeder, wonende te [woonplaats01] ,

[naam vader01] ,

hierna te noemen: de vader, wonende te [woonplaats01] .

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen van de Raad van 1 december 2022, ingekomen bij de griffie op diezelfde datum.
Op 3 januari 2023 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden en heeft de kinderrechter de zaak met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:
- [voornaam minderjarige01] , die voorafgaand aan de mondelinge behandeling apart is gehoord;
- de vader;
- de moeder;
- een vertegenwoordiger van de Raad, [naam01] ;
- een vertegenwoordiger van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West
(hierna: de GI), [naam02] .

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige01] wordt uitgeoefend door de moeder.
[voornaam minderjarige01] woont bij de ouders.

Het verzoek

De Raad verzoekt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] voor de duur van twaalf maanden, met uitvoerbaarverklaring bij voorraad.
De Raad handhaaft het verzoek ter zitting en licht het als volgt toe. De Raad ziet een bedreiging voor de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01] . Er is sprake van kindeigen factoren, namelijk ADHD en een autismespectrumstoornis (hierna: ASS). [voornaam minderjarige01] kan ongewenst gedrag vertonen en heeft antisociale contacten. Daarnaast stagneert zijn schoolgang. Door dit alles ontstond er veel gedoe thuis. Het gezin kent een lange hulpverleningsgeschiedenis. De Raad heeft opgemerkt dat het gezin openstaat voor hulp wanneer de nood hoog is, maar dat de deur weer dichtgaat op het moment dat het beter gaat. Een ondertoezichtstelling is nodig, zodat de GI regie kan voeren en samen met de ouders en [voornaam minderjarige01] om tafel gaat zitten om systemische hulp in te zetten.

De standpunten

De GI
De GI sluit zich aan bij het verzoek van de Raad. Het gezin krijgt al jarenlang hulp aangeboden in het vrijwillig kader. Er moet nu gekeken worden welke hulp echt nodig is. De GI wil naast de ouders gaan staan en samen aan de slag met het gezinssysteem. Het is fijn dat de ouders openstaan voor hulpverlening.
De ouders
De ouders hebben ter zitting het volgende naar voren gebracht. In het raadsrapport zijn slechts momentopnames vastgelegd. Het is geen afspiegeling van hoe het werkelijk gaat thuis. Het is onjuist dat de ouders [voornaam minderjarige01] geen ruimte bieden om fouten te maken en dat er in de thuissituatie geen sprake is van ritme of regelmaat. Dat is er weldegelijk. De ouders willen het beste voor [voornaam minderjarige01] . Zij hebben bij de jeugdbescherming aan de bel getrokken toen [voornaam minderjarige01] helemaal niets meer deed. Hij zat elke dag in het park en er waren elke dag conflicten thuis. De situatie was op dat moment niet meer houdbaar. Inmiddels gaat het beter thuis, omdat er meer structuur is in het leven van [voornaam minderjarige01] . Hij werkt nu vier dagen per week, maar daar is veel duw- en trekwerk voor nodig in de ochtend. Bovendien gaat [voornaam minderjarige01] na zijn werk direct weer naar het park om te blowen. Daar zit nog een zorg van de ouders. Verder is [voornaam minderjarige01] nog steeds elke dag boos, vooral in de ochtend als hij zijn medicatie nog niet heeft ingenomen. Het is belangrijk dat [voornaam minderjarige01] wordt geholpen bij het reguleren van zijn emoties en spanningsboog. Daarnaast wordt het tijd dat [voornaam minderjarige01] leert om verstandige keuzes te maken in het leven. [voornaam minderjarige01] is een slimme jongen, maar door zijn ADHD en ASS lukt hem dat niet altijd. De ouders hebben zich in het verleden steeds opnieuw opengesteld voor wisselende hulpverleners, maar dat heeft geen verbetering gebracht. Ook de inzet van een coach vanuit Yulius heeft niet tot het gewenste resultaat geleid. De ouders vinden het fijn en belangrijk dat er een vast aanspreekpunt komt bij wie zij terechtkunnen op het moment dat zij niet meer weten wat te doen.

De beoordeling

Op basis van de stukken en de mondelinge behandeling is de kinderrechter van oordeel dat is voldaan aan het wettelijke criterium genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek.
De concrete bedreigingen in de ontwikkeling van [voornaam minderjarige01] zijn gelegen in de kindeigen problematiek en de gezinsdynamiek. [voornaam minderjarige01] is gediagnosticeerd met ADHD en ASS en heeft beperkte psychosociale vaardigheden. Ook is hij kwetsbaar voor negatieve invloeden (van antisociale contacten). Daarnaast zijn er zorgen over zijn emotie- en impulsregulatie, zijn zelfbepalende gedag en middelengebruik. Als gevolg van de problematiek van [voornaam minderjarige01] ontstaan er spanningen en conflicten in de thuissituatie. De ouders vinden het lastig om met de boosheid van [voornaam minderjarige01] om te gaan. Het is heel goed van de ouders dat zij aan de bel hebben getrokken bij de jeugdbescherming toen de situatie thuis niet langer houdbaar was.
In de afgelopen jaren is met de inzet van hulpverlening onvoldoende resultaat geboekt. De Raad stelt dat de ouders hulp inroepen op het moment dat zij de grip op [voornaam minderjarige01] verliezen, maar dat zij zich weer terugtrekken uit het hulpverleningstraject zodra het gedrag van [voornaam minderjarige01] (tijdelijk) verbetert. Het is positief dat de ouders en [voornaam minderjarige01] aangeven dat het sinds kort beter gaat thuis, maar de situatie is nog heel kwetsbaar. De ouders geven aan dat de situatie is verbeterd sinds [voornaam minderjarige01] vier dagen in de week naar werk gaat. Daaruit leidt de kinderrechter af dat de positieve verandering in de thuissituatie valt of staat met de dagbesteding, en daarmee de structuur, van [voornaam minderjarige01] . Voorkomen moet worden dat de situatie weer omslaat als [voornaam minderjarige01] over een tijd zijn werk niet meer leuk vindt en/of zijn baan verliest. Het is goed dat iemand meekijkt hoe de verbetering in de thuissituatie kan worden vastgehouden en die ook snel kan ingrijpen als de situatie weer verslechterd. De komende periode dient te worden onderzocht wat [voornaam minderjarige01] nog extra nodig heeft om uit te groeien tot een zo verstandig mogelijke volwassene. Hopelijk geeft een ondertoezichtstelling de ouders de gewenste houvast en biedt het daarnaast een mogelijkheid om passende systemische hulp voor [voornaam minderjarige01] en de ouders in te zetten.
De kinderrechter zal [voornaam minderjarige01] onder toezicht stellen voor de duur van twaalf maanden.

De beslissing

De kinderrechter:
stelt [voornaam minderjarige01] onder toezicht van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West met ingang van 3 januari 2023 tot 3 januari 2024;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 3 januari 2023 door mr. W.J. Loorbach, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. B. de Pater, als griffier. Deze beslissing is schriftelijk vastgesteld op 19 januari 2023.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.