Op 20 februari 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in de zaken met betrekking tot de minderjarige [voornaam minderjarige01], geboren in 2008. De kinderrechter heeft een verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West (hierna: GI) behandeld, dat gericht was op het verkrijgen van een machtiging tot gesloten jeugdhulp en uithuisplaatsing. De minderjarige verblijft sinds juni 2022 in een gesloten groep van Schakenbosch vanwege aanhoudend risicovol gedrag. De GI heeft een machtiging verzocht voor een gesloten accommodatie voor de duur van drie maanden, gevolgd door een machtiging tot uithuisplaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder.
Tijdens de zitting is de minderjarige gehoord, bijgestaan door haar advocaat mr. R. Kuijer, evenals de moeder en een vertegenwoordiger van de GI. De moeder heeft ingestemd met het verzoek, omdat het in het belang van de minderjarige is om in de vertrouwde omgeving van Schakenbosch te blijven totdat er een passende plek is gevonden. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige een positieve ontwikkeling heeft doorgemaakt, maar dat zij niet klaar is voor terugplaatsing bij de moeder. De kinderrechter heeft daarom besloten om de machtiging gesloten jeugdhulp voor de duur van drie maanden te verlenen, gevolgd door een machtiging tot uithuisplaatsing.
De kinderrechter heeft het verzoek tot uithuisplaatsing in een accommodatie van een jeugdhulpaanbieder voor de duur van de ondertoezichtstelling goedgekeurd, met als doel de verzorging en opvoeding van de minderjarige te waarborgen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 28 februari 2023. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.