ECLI:NL:RBROT:2023:547

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
23 januari 2023
Publicatiedatum
30 januari 2023
Zaaknummer
10.331868.21
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor bezit van munitie en drugs met vrijspraak voor wapenhandel

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 23 januari 2023 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1990, die werd beschuldigd van het bezit van ruim 300 kogelpatronen, patroonmagazijnen en 7 xtc-pillen. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van wapenhandel, maar hem wel veroordeeld voor het bezit van de munitie en drugs. De rechtbank oordeelde dat het zeer kwalijk en onverantwoordelijk was dat de verdachte deze goederen in zijn auto had bewaard, waarin hij ook zijn kind vervoerde. De opgelegde straf bestond uit een voorwaardelijke gevangenisstraf van 1 maand en een taakstraf van 40 uur. De rechtbank overwoog dat de opgelegde straf aanzienlijk lager was dan de eis van de officier van justitie, die een gevangenisstraf van 7 maanden had gevorderd. De in beslag genomen kogelpatronen, patroonmagazijnen en drugs werden onttrokken aan het verkeer, terwijl de verdachte zijn telefoon terugkreeg. De rechtbank heeft de bewijsvoering zorgvuldig gewogen en kwam tot de conclusie dat de verdachte niet wettig en overtuigend kon worden bewezen dat hij zich schuldig had gemaakt aan wapenhandel. De verdachte had weliswaar contact gehad met een medeverdachte over een vuurwapen, maar de rechtbank kon niet vaststellen dat hij daadwerkelijk betrokken was bij de verkoop of het ter beschikking stellen van een wapen. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, waaronder het feit dat hij niet eerder was veroordeeld voor soortgelijke feiten en dat hij zijn leven op orde leek te hebben.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 3
Parketnummer 10.331868.21
Datum uitspraak 23 januari 2023
Tegenspraak
Vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01] ,
geboren in [geboorteplaats01] op [geboortedatum01] 1990,
ingeschreven in de basisregistratie personen op het adres
[adres01] , te ( [postcode01] ) [woonplaats01] ,
raadsman mr. J.P.R. Broers, advocaat te Rotterdam.

1..Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 9 januari 2023.

2..Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding, zoals deze op de terechtzitting overeenkomstig de vordering van de officier van justitie is gewijzigd.
De tekst van de gewijzigde tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3..Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. D.D.B. Reuter heeft gevorderd:
  • partiële vrijspraak van het onderdeel ‘beroep en/of gewoonte maken' betreffende het onder 1 en ten aanzien van het onderdeel medeplegen betreffende het onder 2 en 3 ten laste gelegde;
  • bewezenverklaring van het overigens onder 1, 2, 3 en 4 ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 7 maanden met aftrek van voorarrest, waarvan 3 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar;
  • verbeurdverklaring van alle in beslag genomen goederen zoals genoemd op de beslaglijst, met uitzondering van de Samsung telefoon;
  • teruggave aan de verdachte van de Samsung telefoon, zoals genoemd op de beslaglijst.

4..Waardering van het bewijs

4.1.
Vrijspraak feit 1
4.1.1.
Standpunt officier van justitie
Aangevoerd is dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het ter beschikking stellen en/of verhandelen van een vuurwapen. De verdachte heeft met medeverdachte [medeverdachte01] (hierna: [medeverdachte01] ) een afspraak gemaakt over de overdrachtslocatie van een vuurwapen, [medeverdachte01] heeft een vuurwapen meegenomen naar een café en vervolgens op instructie van de verdachte verstopt. Dit blijkt onder meer uit het in de telefoon van [medeverdachte01] aangetroffen Whatsapp bericht en vindt steun in de vele foto’s en video’s van wapens die op de telefoon van de verdachte zijn aangetroffen.
4.1.2.
Beoordeling door de rechtbank
De rechtbank acht het feit niet wettig en overtuigend bewezen, zodat verdachte hiervan zal worden vrijgesproken. De rechtbank overweegt hiertoe als volgt.
Vast staat dat de verdachte op 30 september 2021 contact heeft gehad met [medeverdachte01] , vlak voordat [medeverdachte01] door de politie is aangehouden. [medeverdachte01] stuurde op dat moment via Whatsapp een bericht aan de verdachte waarin staat: “
ga zo meegenomen worde”. De verdachte heeft in reactie daarop berichten gestuurd aan [medeverdachte01] met “
verstop hem beter” en “
want ik kan daar pas laat zijn”. [medeverdachte01] is vervolgens door de politie aangehouden. De verdachte heeft verklaard dat hij geen afspraak heeft gemaakt over de verkoop van een wapen, dat zijn berichten niet over een wapen gingen maar over een telefoon en dat hij niet wist dat [medeverdachte01] een vuurwapen bij zich had.
Hoewel er op grond van het vorenstaande aanwijzingen zijn dat het contact tussen [medeverdachte01] en de verdachte gingen over een vuurwapen, kan de rechtbank dit niet met de vereiste mate van zekerheid vaststellen, ook niet bezien in het licht van de later bij de verdachte aangetroffen munitie en patroonmagazijnen. Voor zover de verdachte wist van het vuurwapen bij [medeverdachte01] , staat daarmee immers nog niet vast dat de verdachte voornemens was het vuurwapen te kopen of te verkopen.
De bij de verdachte aangetroffen munitie en magazijnen waren overigens niet geschikt voor de bij [medeverdachte01] aangetroffen Beretta. Ook de video’s en foto’s van wapens die op de telefoon van de verdachte zijn aangetroffen, bieden geen bewijs voor het onder 1 ten laste gelegde, nu daarbij geen enkele context is gegeven die duidt op het ter beschikking stellen of verhandelen van wapens.
4.1.3.
Conclusie
Het onder 1 ten laste gelegde is niet wettig en overtuigend bewezen. De verdachte zal daarvan worden vrijgesproken.
4.2.
Partiële vrijspraak van medeplegen in de feiten 2 en 3
Met de officier van justitie en de verdediging is de rechtbank van oordeel dat van medeplegen zoals ten laste gelegd in de feiten 2 en 3 geen sprake is. De verdachte zal ook van dat onderdeel worden vrijgesproken.
4.3.
Bewezenverklaring feiten 2, 3 (voor het overige) en 4, zonder nadere motivering
Het onder 2, 3 en 4 ten laste gelegde is door de verdachte bekend. Deze feiten zullen zonder nadere bespreking bewezen worden verklaard, met uitzondering van het ten laste gelegde medeplegen.
4.4.
Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte het bewezen verklaarde heeft bekend en geen verweer is gevoerd dat strekt tot vrijspraak. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 2, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
Feit 2
hij in de periode van 30 november 2021 tot en met 1 december 2021 te Rotterdam en Papendrecht, munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de Categorie III onder 1º
,te weten 309 kogelpatronen, kaliber .45 ACP en 12 Gauge
,zijnde munitie die uitsluitend geschikt is voor vuurwapens van Categorie II en/of van de Categorie III voorhanden heeft gehad en heeft vervoerd.
Feit 3
hij in de periode van 30 november 2021 tot en met 1 december 2021 te Rotterdam en Papendrecht, meerdere patroonmagazijnen, zijnde essentiële onderdelen van vuurwapens en een onderdeel van de vuurwapens die van wezenlijke aard zijn, als bedoeld in art. 3 lid 1 van de Wet wapens en munitie, zijnde patroonmagazijnen voor wapens als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens en munitie, te weten een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een pistool van het merk Glock model 21 en 30 en 41, kaliber .45 ACP voorhanden heeft gehad en heeft vervoerd;
Feit 4
hij op 1 december 2021 te Rotterdam
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 3,7 gram
MDMA
,een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet ook daarvan worden vrijgesproken.
Voor zover in de bewezenverklaarde tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze in de bewezenverklaring verbeterd. De verdachte is daardoor niet in zijn verdediging geschaad.

5..Strafbaarheid feiten

De bewezen feiten leveren op:
Feit 2
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie.
Feit 3
handelen in strijd met artikel 26, eerste lid, van de Wet wapens en munitie en het feit begaan met betrekking tot een wapen van categorie II.
Feit 4
handelen in strijd met het in artikel 2 onder C van de Opiumwet gegeven verbod.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de feiten uitsluiten. De feiten zijn dus strafbaar.

6..Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit. De verdachte is dus strafbaar.

7..Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straffen die aan de verdachte worden opgelegd, zijn gegrond op de ernst van de feiten, de omstandigheden waaronder de feiten zijn begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
De rechtbank acht, anders dan het openbaar ministerie, niet bewezen dat verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan wapenhandel. De straf is daarom aanzienlijk lager dan door de officier van justitie is geëist.
Anderzijds heeft de verdachte wel meer dan 300 stuks munitie, patroonmagazijnen en een doos van een Glock in zijn woning en auto in bezit gehad. Daarnaast zijn er 7 xtc-pillen aangetroffen in zijn auto. Met de spullen in de auto heeft de verdachte vier maanden rondgereden, terwijl hij ook zijn kind in diezelfde auto vervoerde. De rechtbank vindt dit zeer kwalijk en onverantwoordelijk. Daarbij vormt het ongecontroleerde bezit van (onderdelen van) vuurwapens en munitie een gevaar voor de samenleving en brengt dit een onaanvaardbaar risico voor de veiligheid van personen met zich.
7.2.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.2.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
30 november 2022, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
7.2.2.
Rapportages
Reclassering Nederland heeft op 16 juni 2022 een rapport over de verdachte opgemaakt. Dit rapport houdt – kort samengevat – het volgende in.
Er is geen sprake van een delictpatroon en de verdachte heeft zijn zaken redelijk goed op orde. Hij komt in het contact over als iemand die zelfstandig in staat is om zijn problemen op te kunnen lossen. Daarom is verdere verplichte hulpverleningsbemoeienis niet geïndiceerd.
7.3.
Conclusies van de rechtbank
Gelet op hetgeen de rechtbank hierboven heeft overwogen, komt zij tot de volgende conclusies.
De rechtbank zal, nu zij feit 1 niet bewezen acht, afzien van het opleggen van een onvoorwaardelijke gevangenisstraf, temeer omdat de verdachte zijn leven inmiddels goed op orde heeft en afstand lijkt te hebben genomen van criminele vrienden. Echter, gezien de grote hoeveelheid munitie en onderdelen van vuurwapens die de verdachte desondanks op verschillende plaatsen (nog steeds) in bezit had, is de rechtbank van oordeel dat de verdachte kennelijk een fascinatie heeft voor dit soort spullen. De rechtbank acht dit zeer zorgelijk. Om die reden zal, naast een taakstraf, een voorwaardelijke gevangenisstraf worden opgelegd, om de verdachte ervan te weerhouden in de toekomst opnieuw (dit soort) strafbare feiten te plegen.
Alles afwegend acht de rechtbank de hierna te noemen straffen passend en geboden.

8..In beslag genomen voorwerpen

8.1.
Standpunt officier van justitie
De officier van justitie heeft gevorderd dat de Samsung telefoon wordt terug gegeven aan de verdachte en dat alle overige in beslag genomen voorwerpen, zoals genoemd op de beslaglijst, te onttrekken aan het verkeer.
8.2
Standpunt verdediging
De verdediging heeft geen standpunt ingenomen ten aanzien van de in beslag genomen voorwerpen.
8.3
Beoordeling door de rechtbank
De in beslag goederen zoals genoemd onder nummer 1 tot en met 18, met uitzondering van nummer 7, op de beslaglijst, zullen worden onttrokken aan het verkeer. Het ongecontroleerde bezit daarvan is in strijd met de wet en het algemeen belang. Daarnaast is het bewezen feit 4 met betrekking tot de in beslag genomen drugs begaan.
Ten aanzien van de in beslag genomen Samsung telefoon, zoals genoemd onder nummer 7 op de beslaglijst, zal een last worden gegeven tot teruggave aan de verdachte.

9..Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikelen 9, 14a, 14b, 14c, 22c, 22d, 36b, 36c, 36d en 57 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 26 en 55 van de Wet Wapens en Munitie en de artikelen 2 en 10 van de Opiumwet.

10..Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlagen maken deel uit van dit vonnis.

11..Beslissing

De rechtbank:
verklaart niet bewezen, dat de verdachte het onder 1 ten laste gelegde feit heeft begaan en spreekt de verdachte daarvan vrij;
verklaart bewezen, dat de verdachte de onder 2, 3 en 4 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte ook daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert de hiervoor vermelde strafbare feiten;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 1 (één) maand;
bepaalt dat deze gevangenisstraf niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
verbindt hieraan een proeftijd, die wordt gesteld op 2 jaar;
tenuitvoerlegging kan worden gelast als de veroordeelde de algemene voorwaarde niet naleeft;
stelt als algemene voorwaarde:
de veroordeelde zal zich vóór het einde van de proeftijd niet aan een strafbaar feit schuldig maken;
veroordeelt de verdachte tot een taakstraf voor de duur van
40 (veertig) uren, waarbij de Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
beveelt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de uitvoering van de opgelegde taakstraf in mindering wordt gebracht volgens de maatstaf van twee uren per dag;
beveelt dat, voor het geval de veroordeelde de taakstraf niet naar behoren verricht, vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van
20 (twintig) dagen;
beslist ten aanzien van de voorwerpen, geplaatst op de lijst van inbeslaggenomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, als volgt:
- verklaart onttrokken aan het verkeer ten aanzien van de feiten 2, 3 en 4:
1. 1 STK Pistool (Omschrijving: [beslagnummer01] , Laser voor op vuurwapen: spike laser sight +reserve batterij, Zwart, merk: Spike Jg-8)
2. 1 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer02] , 93)
3. 50 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer03] , Goud, merk: Sellier & Bellot .45)
4. 50 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer04] , Goud, merk: Fiocchi .45)
5. 1 STK Patroonhouder (Omschrijving: [beslagnummer05] , .45 patroonhouder gevuld met 12 stuks .45 patronen., zwart, chassisnr: 9.13.94)
6. 1 STK Patroonhouder (Omschrijving: [beslagnummer06] , Patroonhouder .45 doorzichtig gevuld 18 stuks .45patronen, Etsgroep.Us)
8. 57 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer07] , Rood, merk: Fiocchi)
9. 21 STK (Omschrijving: [beslagnummer08] , Gamebore Super Steel)
10. 3 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer09] , Sauvestre)
11. 10 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer10] , Acp Acier 67 Acp)
12. 9 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer11] , Solognac Chasse 700)
13. 71 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer12] . Waterfowl soft steel 32gr, Clever Mirage)
14. 10 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer13] . Sport steel shot high velocity 24 gr, Blauw, merk: Clever Mirage)
15. 1 DS Doos (Omschrijving: [beslagnummer14] , Glock)
16. 46 STK Munitie (Omschrijving: [beslagnummer15] )
17. 1 STK Patroonhouder (Omschrijving: [beslagnummer16] , Zwart, merk: Glock)
18. 1 STK Drugs (Omschrijving: [beslagnummer17] , Blauw)
- gelast de teruggave aan verdachte van:
7. 1 STK GSM (Omschrijving: [beslagnummer18] , Zwart, merk: Samsung, chassisnr: [nummer01] ).
Dit vonnis is gewezen door mr. A.M. van der Leeden, voorzitter, en mrs. R. Brand en
S.A. van Egmond, rechters, in tegenwoordigheid van mr. I.M. Sinon, griffier, en uitgesproken op de openbare terechtzitting op de datum die in de kop van dit vonnis is vermeld.
De jongste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst gewijzigde tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
1
hij, op of omstreeks de periode van 30 september 2021, te Rotterdam, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, ter uitvoering van een door zijn, verdachte, en/of zijn mededader(s) voorgenomen misdrijf om, zonder erkenning, een wapen van categorie III en/of (een) onderde(e)l(en) van dit wapen en/of meerdere althans één stuk(s) munitie van categorie III, namelijk, een Beretta, model 70, kaliber .22LR en/of (daarbij) meerdere althans één (voor dit vuurwapen geschikte) patroonmagazijn(en) en/of (daarbij) (voor dit vuurwapen geschikte) munitie in de zin van artikel 1, lid 1 onder 4, gelet op artikel 2 lid 2 van categorie III van de Wet wapens en munitie, te weten meerdere althans één kogelpatro(o)n(en), kaliber .22LR en/of kaliber 9 mm, te vervaardingen en/of te transformeren en/of in de uitoefening van een bedrijf uit te wisselen en/of te verhuren en/of anderzins ter beschikking te stellen en/of te herstellen en/of te beproeven en/of te verhandelen, door met [medeverdachte01] en/of meerdere althans één onbekend gebleven perso(o)n(en) (op whatsapp/telegram)
- afspraken te maken over de aankoop en/of verkoop en/of beschikbaarheid en/of vraagprijs en/of functie en/of afleverlocatie van bovengenoemde wapen en/of onderdelen van dit wapen en/of deze munitie, en/of
- afbeeldingen en/of filmmateriaal van dit vuurwapen en/of dit/deze onderde(e)l(en) en/of munitie te verzenden en/of
- bovengenoemde wapen en/of onderde(e)l(en) en/of munitie mee te nemen naar een openbare plaats (café) (om deze op te halen/af te leveren)
- bovengenoemde wapen en/of onderde(e)l(en) en/of munitie te verbergen en/of te bewaren
terwijl hij en/of zijn mededader(s) daar een beroep en/of gewoonte van heeft/hebben gemaakt terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid
( art 9 lid 1 Wet wapens en munitie )
2
hij in of omstreeks de periode van 30 november 2021 tot en met 1 december 2021 te Rotterdam en/of Papendrecht, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, munitie in de zin van art. 1 onder 4º van de Wet wapens en munitie, te weten munitie als bedoeld in art. 2 lid 2 van die wet, van de Categorie III onder 1º te weten 309 kogelpatronen, kaliber .45 ACP en/of 12 Gauge zijnde munitie die uitsluitend geschikt is voor vuurwapens van Categorie II en/of van de Categorie III te weten
- 162 kogelpatronen kaliber 12 (12 Gauge) en/of
- 101 kogelpatronen kaliber .45 ACP
voorhanden heeft gehad en/of heeft vervoerd;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
3
hij in of omstreeks de periode van 30 november 2021 tot en met 1 december 2021 te Rotterdam en/of Papendrecht, althans in Nederland, tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen, meerdere althans één patroonmagazijn(en), zijnde een essentiële onderdelen van een (vuur)wapen(s) en/of een onderdeel van het/de (vuur)wapen(s) die van wezenlijke aard zijn, als bedoeld in art. 3 lid 1 van de Wet wapens en munitie, zijnde patroonmagazijn(en) voor (een) wapen(s) als bedoeld in art. 2 lid 1 Categorie III onder 1º van de Wet wapens en munitie, te weten een vuurwapen in de zin van artikel 1, onder 3º van die wet in de vorm van een pistool / revolver van het merk Glock model 21 en/of 30 en/of 41 kaliber .45 ACP voorhanden heeft gehad en/of heeft vervoerd;
( art 26 lid 1 Wet wapens en munitie )
4
hij in of omstreeks 30 november 2021 tot en met 1 december 2021 te Rotterdam
opzettelijk aanwezig heeft gehad ongeveer 3,7 gram, in elk geval een hoeveelheid
van een materiaal bevattende MDMA, zijnde MDMA een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
( art 10 lid 3 Opiumwet, art 2 ahf/ond C Opiumwet )